Zeeland. Andere verhalen zijn recent opgenomen. Ook hier zijn vernederlandste teksten te vinden in de vorm van een sprookjesboek of fotoboek per stoel, waarin ook een inleiding op het specifieke dialect van die regio wordt opgenomen. Per verhaal kan aandacht worden besteed aan dialectologische eigenaardigheden. In de boekjes is uiteraard een inhoudsopgave opgenomen met het aantal minuten dat het verhaal of het liedje duurt en een vernederlandste tekst met commentaar. 3. Computeropstelling Het derde onderdeel is een computeropstelling. Die is ingebouwd in de tuinbank. Daarin vindt de bezoeker bijkomende informatie. Zeven vinyldoeken zijn immers niet genoeg om het Zeeuws te beschrijven, en dat kan iets uitgebreider met die computer. Daarin is bijvoorbeeld ook de sprekende kaart die het Meertens Instituut heeft gemaakt opgenomen of de cd-rom of website van het Huis van Alijn. Op die manier kan een bezoeker ook over de grenzen heen luisteren, als hij dat wil. 4. Varia Ten slotte komt er ook nog een dialectenkrant waarin het Zeeuws iets uitgebreider uit de doeken wordt gedaan. Deze krant kan bijvoorbeeld ook worden gebruikt in het onderwijs, samen met een dvd waarop een selectie van de geluidsfragmenten te horen zal zijn. Een mooi vervolgproject zou bijvoorbeeld een lesbrief over taalvariatie kunnen zijn, waarin met de gegevens van dit project gewerkt wordt, of een dvd met informatie over de dialecten. De dvd met fragmenten zal te koop aangeboden worden voor wie daarin geïnteresseerd is. De toekomst Wat gebeurt nu met deze tentoonstelling de volgende jaren? Ze zal eerst twee jaar reizen langs Zeeuwse openbare bibliotheken. Daarna kan ze eventueel nog terecht in scholen, musea en verzorgingsinstellingen, zij het dan misschien niet in deze opstelling. Aangezien het hier om digitaal materiaal gaat. kan het vrij flexibel gebruikt worden in scholen en verzorgingsinstellingen, zelfs zonder de buizenconstructie of de bioscoopstoelen. Natuurlijk verliest de tentoonstelling zelf dan wel iets van haar charme. Het is ook mogelijk nieuw materiaal op te nemen in de tentoonstelling, nieuwe dialectfragmenten uit dezelfde bronnen of uit andere, enz. Ook het toespitsen op een bepaalde regio is mogelijk. Als men alleen dialecten uit Schouwen-Duiveland wil opnemen voor een bepaalde gelegenheid, dan is dat een mogelijkheid. Een groot project dat samen met vrijwilligers moet worden aangepakt is de verdere ontsluiting van dit dialectmateriaal door het materiaal verder te transcriberen. Die gegevens worden dan ook bezorgd aan het Meertens Instituut en de Vakgroep Nederlandse Taalkunde, die het materiaal voor deze tentoonstelling hebben aangeleverd. Slot Deze tentoonstelling was er niet gekomen zonder de hulp van vele mensen: leden van de dialectverenigingen en andere vrijwilligers hebben geholpen bij het selecteren van leuke, boeiende of interessante stukken of bij het nakijken van of helpen aan de transcripties Even belangrijk is uiteraard de financiële steun: de Provincie Zeeland speelt hierin een substantiële rol; het VSB-fonds is bereid gevonden de dialectenkrant en de dvd te helpen financieren, het PBCF gaf een bijdrage voor de ontwikkelingskosten van de tentoonstelling en de Zeeuwse Bibliotheek zorgt voor het transport tussen de bibliotheken. Zonder deze financiële injecties was er geen tentoonstelling geweest. Uiteraard hebben ook de stagiaires en de vormgever een wezenlijke rol vervuld in het geheel. Ik dank hen allen voor hun inzet bij het realiseren van deze tentoonstelling en hoop u allen in de loop van de volgende twee jaar te mogen ontmoeten in een van de openbare bibliotheken in Zeeland. 16

Tijdschriftenbank Zeeland

Nehalennia | 2006 | | pagina 18