Aflevering 155 voorjaar 2007
slaap inhaalde, wat niet geheel geruisloos gebeurde: "Mijn collega kan ik
horen slapen op vier meter afstand van me in een andere kamer. Wat was
de stakkerd moe.' Diezelfde avond gingen Oussoren en Van Til nog naar
Paterson, om de 'vele Van Tils' die daar woonden - vermoedelijk familie
van de predikant - te bezoeken. De volgende dagen stonden er reizen door
de omgeving van New York en de naar enkele meren in de regio op het
programma. Op zondag gingen beide Middelburgse predikanten voor in de
Christian Reformed Church in Hoboken.64
Op maandagochtend 15 september keerde Van Til terug naar Nederland. Na
een negendaagse reis op het schip de Volendam arriveerde hij op 23
september in Rotterdam. De volgende ochtend bekeek hij samen met zijn
familie en in aanwezigheid van de pers de kleurenfilm die hij in Noord-
Amerika gemaakt had. Op de film waren Oussoren en emigranten uit
Zeeland te zien, shots van de Canadese natuur en fragmenten van een
Amerikaanse vliegshow. Waarschijnlijk heeft Van Til later nog een
gemeenteavond belegd om deze film te vertonen, want in zijn vijfde brief
aan De Faam beloofde hij zijn Middelburgse kerkgenoten: 'Ik zal U in de
gelegenheid stellen de resultaten [van de kleurenfilm] te zien.'65
Besluit
In dit en in de voorgaande artikelen 'Luctor et Emigro' heb ik geprobeerd
duidelijk te maken dat zowel regionale economische factoren als
godsdienstige verschillen een rol hebben gespeeld bij de naar verhouding
geringe naoorlogse emigratie uit de provincie Zeeland. Het feit dat er in
Zeeland in vergelijking met de noordelijke provincies relatief veel
bevindelijk-gereformeerden woonden en minder neocalvinisten, remde de
emigratie uit deze provincie af. In dit afsluitende artikel heb ik deze eerder
verdedigde stelling willen onderstrepen door aan te tonen dat de
neocalvinisten ruimer gebruik maakten van de pers om emigratie te
propageren. Zij gebruikten de neutrale pers om emigratie te promoten,
terwijl de bevindelijk-gereformeerden zich beperkten tot De Saambinder.
De Christelijke Emigratie Centrale, journalisten en predikanten werkten
effectief samen om emigratie een positieve nieuwswaarde te geven. Dit was
niet alleen landelijk het geval, maar ook in Zeeland. Oussoren en Van Til
waren predikanten met een brede internationale oriëntatie, die positief
over emigratie naar Noord-Amerika oordeelden en de lezers van De Faam
doorverwezen naar de Christelijke Emigratie Centrale. Hoewel ze ook de
schaduwzijden van de Amerikaanse en Canadese maatschappij aan de orde
stelden, meenden ze dat emigratie naar Noord-Amerika zeker verantwoord
was voor mensen met ruggengraat en doorzettingsvermogen. We mogen
gerust aannemen dat Oussoren en Van Til als boordpredikant een
belangrijke stimulerende rol vervulden. Boordpredikanten vormden door
de publiciteit en aandacht die zij voor, tijdens en vooral na hun reis voor
de overzeese emigratie vroegen 'een belangrijke factor in het 'emigratie-
minded' maken van onze kerken in het vaderland', zo merkte J. Kremer, de
voorzitter van de Deputaten van de Emigratie van de GKN in 1956 terecht
op.66
Toch sorteerde de positieve berichtgeving van Oussoren en Van Til in
Zeeland niet helemaal het gewenste effect. Zoals we in 'Luctor et Emigro I'
constateerden, bleef de emigratie van neocalvinisten uit Zeeland naar