fa*/ Ct)EFhCG,Ai&tC, D 3*lfF*tt*AÊ ÊTC/ f) 30 Aflevering 159 voorjaar 2008 voor het vergieten van enige speelklokken. Deze adviseerde echter om een geheel nieuw klokkenspel te laten maken, omdat het vergieten van enige klokken 'sal zijn als of op een oud kleef een nieuwe lap staat.Hierop besloot de magistraat Pieter (Peeter, Petrus) van den Gheyn uit Leuven een nieuwe beiaard te laten gieten. Deze Pieter was een achterkleinzoon van de Pieter die in 1593 de eerste beiaard had geleverd. Op 16 augustus 1735 werd met hem een contract gesloten voor het gieten van twee octaven klokken, doch men hield er rekening mee, dat dit aantal mogelijk uitgebreid zou kunnen worden tot drie. Als voorbeeld diende het carillon in de Abdijtoren te Middelburg, dat in 1714 door de Amsterdamse geschuts- en klokkengieters Jan Albert de Grave en Claas van Noorden was gegoten. JO Jnuinji) nail ut? .1aagt "V «ia "J? 3 H 4 g ji n v>i o fj j,, ti -c/ i, 'f <9 V 49 9 ■fc.j j a,o a o'ï gh lljro<- Ji- 4J. T-r -ai aj Jol Ju t<! H 6 J L l' -> 3 <3 V v> 3 ij J 3 WI«k -s „t „s w -jK y„ T -llt.uv.w' >iu i o e> 7W-V. >i'< *"*t" <y£o o,-? Ycy (ie ito kt* 3Ce S**t i£c did ffz !u>M~£b f o- 4 to 6b A jC t A< o e/itcaA&^c.Êo.ttfFo,i3A3BC. t i a. 4 ft;. tv r» »v n n.t<.t(jj. iditg.ie.u.viw*r. S>G 3CQ 3><%> z£o J id tri -J t At> 06 r_ F7F1 tÖ0605 Ontwerp van Pieter van den Gheyn uit Leuven voor het gieten van een beiaard voor de stadhuistoren te Veere in 1735, bestaande uit 3 octaven. Z4SAV inv. nr. 1997). N.B. Er is ook een eerder ontwerp aanwezig zie volgende afb.). Het eerste ontwerp van Pieter van den Gheyn voor het maken van een beiaard bestaande uit 2 octaven in 1735. De gewichten staan in ponden (libra, lb) (ZA, SAV inv. nr. 1997). Pieter van den Gheyn was eigenlijk geen gieter, hij beheerde alleen de klokkengieterij na de dood van zijn broer Andreas Frans (1696-1732), totdat zijn neef Andreas Jozef (1727-1790) de zaak zou overnemen. Hij heeft slechts enkele beiaarden gegoten. In 1734 die voor de St-Jacobstoren in Antwerpen, in 1735 die voor Veere en een jaar later een voor Nieuwpoort, waarvan alleen het Veerse carillon bewaard is gebleven. In 1738 heeft hij nog een beiaard gegoten, doch dit was reeds in samenwerking met zijn neef Matthias. Het was een spel voor Nijmegen, waarbij onder meer klokken werden gebruikt van de mislukte gieter Jean Baptiste Levanche. We kunnen aannemen, dat Pieter van den Gheyn het gietersvak niet zo goed verstond wel slaagde hij erin klankrijke klokken te gieten, doch hij wist slechts met moeite een enigszins correcte stemming te realiseren. De voltooiing van de Veerse beiaard vond dan ook eigenlijk pas plaats in 1790, toen Andreas Jozef van den Gheyn, de belangrijkste 18e eeuwse klokkengieter, enkele klokken van zijn oom heeft hergoten en de beiaard opnieuw heeft gestemd. Toen Pieter van den Gheyn na ondertekening van het contract in 1735 naar Leuven terugging, leed de boot waarmee hij voer schipbreuk. Dit was voor hem zo'n traumatische ervaring dat hij nooit meer per schip durfde reizen

Tijdschriftenbank Zeeland

Nehalennia | 2008 | | pagina 34