jj 32 Aflevering 160 zomer 2008 ertoe hebben bijgedragen dat de kerkmeesters op 2 september 1504 een contract sloten met de Mechelse klokkengieter Peeter Waghevens tot het gieten van drie nieuwe klokken van respectievelijk 1400, 1000 en 800 pond. Bij dit gesprek was ook Anthonis Kelderman aanwezig, onder wiens leiding de Grote Kerk in Veere werd gebouwd. De oude klokken werden bij de klokkengieter ingeleverd en voor klokken die daaruit werden gegoten rekende hij vijftig stuivers per honderd pond en voor klokken uit nieuwe spijs 2 gr. Vis. per honderd pond. Om de juiste prijs te kunnen bepalen moesten ze gewogen worden in de waag van Mechelen. Er was kennelijk haast mee geboden want de kerkmeesters verlangden dat de klokken met de kerst dat jaar al in de toren zouden hangen. De eerste afrekening met Waghevens vond plaats op Bamisse (1 oktober) 1504 waarbij hij 9 gr. Vis. ontving. Eenzelfde bedrag kreeg hij toen de klokken waren afgeleverd en gekeurd en het resterende bedrag ontving hij in jaarlijkse aflossingen tegen 16% rente. Het betrof hier drie klokken om te luiden. Over een uurklok wordt niet gesproken, wat niet wil zeggen, dat er geen uurwerk in de toren heeft gezeten. In 1572 is de kerk in de strijd tegen de Spanjaarden geplunderd, verwoest en verbrand. Bijna twaalf jaar bleef zij als bouwval liggen, tot de stenen uiteindelijk in 1584 naar Veere werden overgebracht om daar een jaar later in het nieuwe Oranjebolwerk te worden verwerkt. De kerktoren bleef als ruïne honderden jaren staan en is pas in maart 1812 door de Franse bezetters geslecht. Over het lot van de klokken, die vermoedelijk bij de brand onherstelbaar beschadigd zijn geworden, is niets bekend. i o -"i «A 'j-izH'4 De kerk van Zanddijk omstreeks 1550 Panorama van Walcheren, door Antoon van den Wijngaerde, 1550). Noten De eerste aflevering van dit artikel verscheen in het vorige nummer van Nehalennia. (J.W. Perrels, Middelburgsche Courant 2 oktober 1926, stadsrekening 1458, 8e maand, 2e week):Item beth. Jan Matthijs Tantworpen, van der huerclocke te maken die opten thoren staet, wegende VcL Lib. tot VII. 5 Rijnsche guld-thondt, die maken XLI Rijnsche guld en een grn., en daartoe noch den zeiven Jan beth van den anden werke, te weth op thof ende opt stede huijs XI rijnsche guld, maken tsame LU R. guld en I grt, ft VIII XIIII s II gr. Zie noot 5. (J.W. Perrels, Middelburgsche Courant, 2 oktober 1926, kopie kerkrekening 1484): Bethden oirgelist van 5? maanden tot Meije toe anno 1484; ende van Meije sal men beijeren tot alderheilighen avent toe, soo ist inste jaer facit 27 schel., 6 gr.En in een volgende post staat: 'Betaeld Jannis die Coster van beijeren 1? gr.alsmede: 'Betaeld tot Pr. Heijnricxen van 1 orakijn ant cleijn prijm clockscen weghende 7 pond, elck pond 1 gr., 6 mijten, is 9 groten, 10 mij eten'. Eenige Zeeuwsche oudheden, uit echte stukken opgeheldert en in het licht gebragt; behelzende een beschryving der stad Vere door Jacobus Ermerins, derde stuk, te Middelburg by den wed. Willem Abrahams MDCCXCII, blz. 248. (J.W. Perrels, Middelburgsche Courant, 2 oktober 1926, stadsrekening 1579): 'Ontvangen van den Burgemeester Andries Marinniszoon, de somme van thien ponden groten vims, over reste 14. 15. 16. 17 18.

Tijdschriftenbank Zeeland

Nehalennia | 2008 | | pagina 34