Aflevering 163 voorjaar 2009
geconcludeerd dat het natte slib per 1000 gram (1 liter) pekel 150 tot
175 gram zout water opneemt dat vervolgens verloren gaat. Duidelijk is
tevens dat men niet onbeperkt as kan toevoegen omdat al het zeewater
dan zou worden opgenomen door de as. Men hanteerde het beste
proefondervindelijk gemiddelde.
Tenslotte kan worden opgemerkt dat de hoeveelheden slib aanzienlijk zijn.
Zoutopbrengsten
Op basis van de gegevens verkregen met kleine hoeveelheden as en
pekel is per kubieke meter nat veen, waarvan de as was opgelost in
Oosterscheldewater, de zoutopbrengst en de hoeveelheid slib berekend.
- Buitendijks veen Oosterschelde: opbrengst 22,8 kg droog zout, 61,5 kg
droog slib met een omvang van 0.042 kubieke meter.
- Binnendijks veen Smokkelhoek: opbrengst 10,2 kg droog zout, 15.9 kg
droog slib met een omvang van 0.016 kubieke meter.
- Binnendijks veen top Oudelandpolder: opbrengst 5,7 kg droog zout.
- Binnendijks veen midden Oudelandpolder: opbrengst 12,7 kg droog zout,
naar schatting 25 kg droog slib.
- Buitendijks veen Westerschelde op basis van eerdere proefnemingen:
opbrengst 11.4 kg droog zout.
Uit de gegevens blijkt duidelijk dat het zoutgehalte van het veen afhankelijk
is van de omgeving van het veen. Buitendijks veen ter hoogte van Bath,
waar de saliniteit van het water aanzienlijk minder is dan die van de
Oosterschelde, heeft dus een lager zoutgehalte. Binnendijks veen aan de
top van de veenlaag is uitgespoeld met zoet water en bevat geen zout.
Dieper gelegen binnendijks veen bevat nog wel zout maar aanzienlijk
minder dan buitendijks Oosterscheldeveen. Hiermee wordt bevestigd dat
voor de middeleeuwse zoutwinning met name buitendijks veen zal zijn
gebruikt.
Voorzover kan worden nagegaan, bevat uitsluitend het water dat in
het veen is opgenomen, zout. Een kubieke meter Oosterscheldeveen
bevat 685 liter zeewater ofwel 685 x 24 gram zouten 16,4 kg zouten.
Om deze hoeveelheid te kunnen vergelijken met de gemeten opbrengst
van Oosterscheldeveen moet daar een hoeveelheid (aantal liters
zeewater dat moet worden verdampt) van 384 x 24 gram zouten= 9,2 kg
zouten bij worden opgeteld. Het totaal is dan 25,6 kg zouten, hetgeen
nagenoeg overeenkomt met de gemeten opbrengst van 22,8 kg zout uit
Oosterscheldeveen. Leenders noemt ook een gemeten hoeveelheid zout in
een brok losgeslagen veen uit de Oosterschelde van 15 kg zout per kubieke
meter nat veen. Voor Noord-Duitsland noemt hij 14,2 kg zout per kubieke
meter nat veen. Daarnaast noemt hij enkele hogere zoutopbrengsten die
erop duiden dat in veenresten hogere concentraties zout zouden kunnen
ontstaan.
Per hectare buitendijks veen bij een graafdiepte van 1 meter kon na
vermenging van de as met zeewater 228 ton zout worden gewonnen. Dit
leverde weer 615 ton slib op met een omvang van 420 kubieke meter. Voor
het indampingsproces was naar schatting weer 12780 ton nat zoet veen
benodigd ofwel 1,278 hectare.