Aflevering 166 winter 2009 9 exemplaar werd blijkbaar zonder pardon weggeworpen en verruild voor een nieuwe. Dat gegeven zegt in feite meer over de welvaart in het Zeeuwse milieu dan het aantal veronderstelde keren roken van de pijpen. De afgedankte pijpen werden zonder aarzeling in de beerput gegooid en gleden in de zachte smurrie naar beneden. Om die reden hebben veel van de gevonden pijpen nog een aanzienlijk stuk steel. Nawoord De bestudering van een vondstgroep pijpen blijkt veel nieuwe informatie op te leveren over de productie, de distributie en het gebruik van de kleipijp in een specifiek Zeeuws milieu. Dankzij het weggeworpen rookgerei krijgen we een beeld van de lokale smaak en het aanvoerpatroon dat daarmee verbonden is. Eeuwen na datum kunnen we de keuze van de rokers voor bepaalde soorten pijpen vaststellen en hen karakteriseren vanwege hun specifieke elitaire smaak. Voor het algemene onderzoek naar de kleipijp is deze stort echter van veel groter belang geweest. De vondsten leren ons meer over één maker uit Gorinchem en diens assortiment over de tijd van ruim tien jaar. Zij tonen een hechte en logische ontwikkeling. Daarnaast zijn zij van belang om meer over de kwaliteit van de kleipijp uit Gorinchem te weten te komen en de wijze waarop de makers op een specifieke, regionale smaak inspeelden. Tevens brengt de vondst enkele nieuwe merken aan het licht, evenals een onverwachte decoratie. De reeks pijpen met het hielmerk roos laten zien hoe geregeld de stempels werden gewisseld en welke veranderingen men in de steeldecoratie aanbracht. Door de chronologie van de gevonden pijpen vast te stellen ontstaat een helder beeld van de evolutie van een Hollands pijpmodel naar een soort pijp bestemd voor een specifieke markt in Zeeland. De pijpen uit de beerput in Vlissingen behoren wel tot een van de meest consistente gebruikersgroepen die ooit zijn gevonden. Hier bediende men zich jarenlang van dezelfde soort pijpen, zonder daar ooit van af te hebben geweken. Dankzij dit gegeven tekenen zich in het marktaanbod patronen van minimale productverandering af. Onvermijdelijk evolueerde het model gaandeweg en constateren we een vormverandering, die de roker van toen mogelijk zelf nooit heeft opgemerkt. Andere vondsten in Vlissingen zullen moeten laten zien hoe deze gebruikersgroep zich verhoudt tot het algemene marktaanbod in die stad. Beerputinhoud Dubbelconisch in geglaasde kwaliteit roos gekroond 7 roos gekroond initialen WP 19 roos met kelkbladeren 62 idem met reliëfsteel 3 lelie in ruit 19 indeterminabel 329 totaal 142 Don Duco (1953) studeerde kunstgeschiedenis en museologie in Leiden en publiceert sinds 1974 over tabakspijpen en de rookcultuur wereldwijd. Hij is als conservator werkzaam voor de Stichting Pijpenkabinet in Amsterdam.

Tijdschriftenbank Zeeland

Nehalennia | 2009 | | pagina 11