Het platte en het lage, van Schouwen naar Walcheren? Aflevering 166 winter 2009 Aad de Klerk Al enige tijd verbaas ik mij over een aanduiding van een gedeelte of delen van Walcheren, die vooral in kringen van biologen, ecologen en natuurbeschermers in zwang lijkt te zijn. Zij spreken van 'het Platte van Walcheren' als ze het hebben over (delen van) de oude eilandkern, het oudlandgebied met de kenmerkende afwisseling van hogere kreekruggen en relatief lage poelgebieden. Dat gebeurt bijvoorbeeld met enige regelmaat in het tijdschrift Zeeuws Landschapzoals in 2007 door Chiel Jacobusse en Wannes Castelijns in een artikel over de Sint Laurense Weihoek1, maar ook op andere plaatsen. Enkele recente voorbeelden daarvan: 'Het Platte van Walcheren tussen Buttinge en Middelburg'; 'De Poelgebieden in het Platte van Walcheren'; en 'Het Platte van Walcheren tussen Aagtekerke en Westkapelle'.2 Ik verbaas me over deze aanduiding 'het Platte', omdat bekend mag worden verondersteld dat Walcheren allesbehalve plat is, maar juist een variatie van hogere kreekruggen en lage poelgebieden kent - ondanks naoorlogse her- en ruilverkaveling waarbij veel hoogteverschillen werden uitgewist. En zelfs de poelgebieden zijn lang niet altijd plat, maar - als gevolg van moernering - vaak hollebollig. Walcheren is qua opbouw te vergelijken met een poffertjespan, en die heeft een allesbehalve platte of vlakke bodem. De vraag - hier al eens eerder opgeworpen - doet zich voor hoe oud en hoe oorspronkelijk de aanduiding 'het Platte van Walcheren' eigenlijk is. Het lijkt erop dat Walcherse dialectsprekers de naam niet gebruiken, net zo min als Ghijsens Woordenboek der Zeeuwse dialecten de naam kent. Is - wat ik vermoed - de aanduiding 'het Platte' soms ontleend aan een ander Zeeuws eiland, aan Schouwen? Het middendeel van dat (voormalige) eiland werd en wordt namelijk wel aangeduid als 'het Platte van Schouwen'. Dat valt bijvoorbeeld te lezen bij Beekman en Uil, die deze naamgeving verklaren uit de lage ligging, vooral veroorzaakt door moernering.3 John Beijersbergen wijdt een artikel aan dit gebied onder de titel 'Het Platte van Schouwen'.4 Ook ten aanzien van deze toepassing is de vraag hoe oorspronkelijk de aanduiding 'het Platte' is. Dialectsprekers van Schouwen verklaren de naam niet te gebruiken, evenmin als hun ouders dat deden. Men sprak altijd van 'het laege' of 'het lëêge' land, om daarmee de omgeving van Serooskerke, Moriaanshoofd tot Kerkwerve aan te duiden. Ook in het boek De vogels van Schouwen-Duiveland gebruikt men niet de aanduiding 'het Platte', maar het 'Laege' van Schouwen.5 Het strookt met de dialectaanduiding 'lëêgelanders' voor inwoners van dit gebied - ook wel "t Lêêgeland' genoemd - tussen Serooskerke en Kerkwerve.6 Een andere aanduiding voor het gebied was 'De Moeren'. Ook de aanduiding 'het Platte van Schouwen' lijkt op het eerste gezicht

Tijdschriftenbank Zeeland

Nehalennia | 2009 | | pagina 18