Aflevering 178 winter 2012 "s lands geschut en klokkengieter' De derde klokkengieter van het geslacht is Johannes. Of dat een zoon van Michiel is, is niet gebleken, maar wel heel waarschijnlijk. In tegenstelling tot zijn voorgangers, die hun bedrijf geheel voor eigen rekening uitoefenen, staat Johannes in heel nauwe betrekking met de overheid. In de notulen van de Staten van Zeeland wordt hij meermalen "s lands geschut en klokkengieter' genoemd Hij werkt hoofdzakelijk in dienst van de overheid. Grootvader Jan had zijn werkplaats vlak bij de ingang van de Nieuwe Kerk, over de locatie waar Michiel zijn beroep uitoefende is niets bekend, maar Johannes had als giethuis een afdeling van de Abdij van de stadregering ter beschikking gekregen. In dit giethuis vervaardigde Burgerhuys behalve kanonnen een groot aantal klokken, bellen, tafelbellen en vijzels. In 1658 wordt door de Staten "n octroy omme binnen deze provintie [Zeeland] zijn leven lanck geduerende alleene allerley geschut ende clocken te mogen gieten' hem onder bepaalde voorwaarden toegestaan. Hieruit blijkt dat Johannes naar een volledig monopolie gestreefd heeft. Ook Johannes vervaardigt een behoorlijk aantal luidklokken, waarvan er veertien nog functioneren.. 1642 Kerk te Ouddorp 1643 Klok te Yerseke 1644 Klok te Biggekerke 1645 Klok van het landshuis te Hulst 1646 Klok te Sint Laurens 1647 Klok voor de Oude Kerk te Middelburg 1648 Klok te Aardenburg 1649 Klok bewaard op het stadhuis te Hulst 1650 Klok in de toren van de RK-kerk te Achterwehl (G) 1651 Klok voor de Zusterkerk te Middelburg 1659 Klok te Zuidzande 1661 Klok voor de Franse kerk te Middelburg 1662 Klok te Zoutelande 1662 Klok Oostkerk te Middelburg 1667 Klok te Krabbendijke 1668 Klok te St, Filipsland 1674 Klok te Nisse 1667 Klok te Serooskerke (W) Ook moeten er zich nog vele klokken met zijn merkteken, een phoenix, in Schotland bevinden. Johannes overlijdt in 1679. Hij wordt op 3 januari van dat jaar in de Koorkerk begraven. Zijn weduwe, Judith van Bruynich, doet een verzoek aan de Staten van Zeeland om het bedrijf met behulp van de meesterknecht te mogen voortzetten. Het verzoek wordt afgewezen en aan het bedrijf van de klokkengietersdynastie Burgerhuys komt dus een einde. De Ouddorpse klok in de Tweede Wereldoorlog We keren terug naar de Ouddorpse klok. Reeds in 1940 was er in Duitse regeringskringen sprake van de mogelijkheid om Duitse klokken op te eisen als bron voor brons. Al in 1941, toen Rusland binnengevallen werd, was er een dringende vraag naar. Op een gegeven moment moeten ook de klokken

Tijdschriftenbank Zeeland

Nehalennia | 2012 | | pagina 25