VOLKSGEBRUIKEN
Over kerstbomen, groene böönen en oudjaor
Vorig jaar waren we half december in Londen. Prachtig weer. En een drukte
in de grote winkelstraten. Van gevel tot gevel liepen de mensen door
Regent en Oxford Street. Het autoverkeer was geweerd: op de rijweg waren
loopstroken voor mensen die wat haast hadden. En honderden jongelui
waren verkleed als kerstman. En ook in ons land heeft kerst een Amerikaans
tintje gekregen.
Nu zie je in alle winkelstraten, ook in Zeeland, als Sinterklaas de aftocht
heeft geblazen, de kerstman met zijn bel door de straat lopen. Tussen het
winkelend publiek. Over kerstmarkten gesproken. Dat was honderd jaar
geleden anders. Toen kwam de kerstboom voorzichtig in beeld. Eerst in de
vrijzinnig protestantse kerken, om de kerstviering van de kinderen die op
de zondagschool zaten, op te luisteren. De kaarsjes in de kerstboom, een
kerstverhaal, een sinaasappel en op het eind een kinderboekje van W. C.
van der Hulst. Zo verlieten de kinderen op Tweede Kerstdag de kerk.
Later kwam de kerstboom ook in de huizen. Hadden
protestantse kinderen ook iets in de kamer staan. Met
weemoed hadden ze de stalletjes zien staan in de huizen van
katholieke mensen of in de winkeletalages.
Het verhaal gaat, dat op Walcheren de kerstboom zowel in
de kerken als in de huiskamers werd geweerd. Behalve op
Westkapelle, daar hadden ze in deze omstreeks 1900 al een
voortrekkersrol.
Nieuwjaarsdag was een heel bijzondere. De familie ging
elkaar gelukwensen. "Veel heil en zegen in het nieuwe jaar en
vooral een goeie gezond'eid." De kinderen gingen met de ouders naar de
grootouders. En de jongste broers gingen naar de oudere. Er was een vaste
volgorde. En overal werd wel wat gedronken. Niet alleen koffie. Ook sterke
drank. "Êêntje maor 'oor, 'k moen nog vèder ee," was het veel gehoorde
antwoord op het aanbod. Sommige nieuwjaorswènsers hadden op het
eind van de middag hun zakken vol. Intussen zat moeder de vrouw thuis te
wachten met het warm eten, want veelal werd er 's middags warm gegeten.
Omdat het niet eenvoudig was een goed uur af te spreken om aan tafel te
gaan, stond er op de kachel een "panne mee böónen en woste". De zoute
gebroken bonen waren de vorige dag al flink gespoeld, zodat ze niet meer
zo zout waren en 's morgens gekookt met de aardappelen en daarop de
verse worst.
In Poortvliet was er vroeger een mannetje die ook nogal wat adressen af
moest om Nieuwjaar te wensen. Onze Kees was een mannetje van maete.
Om te voorkomen dat hij waggelend bij de volgende deur zou komen, nam
hij zich voor te zeggen: "Nêê, vandaege gin borreltje,ma vrouwe, ik 'ou t'm
liever te goed voor 'n volgende kêêr." Op deze manier kon hij natuurlijk
heel wat mensen een Gelukkig Nieuwjaar wensen. Nu had onze Kees een
geheugen als een "iezderen pot." Dat wisten de mensen van Poortvliet
wel. Dus in de loop van januari kwam hij z'n beloofd borreltje halen, "ma
zei t'n, "d'r binnen ménsen op 't durp, die ebbe toch 'n slecht geheugen.
Gelukkig is 't miene beter, zoda 'k toch an m'ntrekken komme."
In Cadzand en omgeving gingen de kleinkinderen al op Oudejaarsdag naar
Aflevering 178 winter 2012