m
onderricht te hebben gehad over hoe het dialect is ontstaan en hoe de
verbasteringen erin zijn geslopen, kwam nu het moment suprème: het
voordragen van een eigen verhaal in dialect. Vol verwachting zaten vele
familieleden, vrienden en bekenden in de trouwzaal te wachten op wat
komen ging.
Pau heette allen van harte welkom en verklapte tegelijk dat alle deelnemers
hun certificaat van de basiscursus Taal en Dialect glansrijk hadden behaald.
Dus dat beloofde wat.
Els Dekker beet de spits af met haar verhaal over een patiënt die haar
gehoorapparaat per ongeluk vervangen had door een zetpil. JolandaTanis
vertelde over haar veertigste verjaardag, die vol met verrassingen zat en
haalde herinneringen op aan haar opa, haar ome Huib die naar Frankrijk
geëmigreerd was en haar vader. Ze had het oude woordenboekje Frans, dat
haar grootvader aangeschaft had om met zijn schoondochter te kunnen
conserveren, meegebracht. Jammer voor hem, maar die Frangaise deed
tijdens een bezoek aan Ouddorp nauwelijks haar mond open. Frouke
Bienefelt en haar Bram deden ondeugende dingen in de schuur van Jaapje
Roozenbeek. Er waren wat problemen met de slaapzakken...
Gerard Tanis vertelde een gevoelig verhaal over het landleven van vroeger.
Heieen Pijl verhaalde hoe haar overgrootvader Door ooit onschuldig in de
gevangenis onder de toren van Ouddorp belandde. Ellen Koreman had een
kleurrijk verhaal over de grote schoonmaak van Aagje, die hulp kreeg van
buurmeisje Mina. Haar man lag op bed met blaasontsteking en moest zijn
urine voor onderzoek in een fles verzamelen. Dat gaf enige verwarring toen
de borreltijd aangebroken was...
Elma Posthuma vertelde een persoonlijk verhaal, hoe in de zeventiende
eeuw haar bet- bet- bet- betovergrootvader Willem Paulus Bosland leraar
was in het schuilkerkje van de Dopers en hoe wonderlijk het was dat zij
een paar eeuwen later geboren werd in het huis dat grensde aan datzelfde
schuilkerkje, dat toen ook nog in gebruik was. Elma zong zelfs een liedje
in het Ouddorps, dat gemaakt was voor het huwelijksjubileum van haar
ouders.
Jan Huuksloot was de hekkensluiter van de enthousiaste vertellers. Jan
is geboren en getogen in Rotterdam en hij voelde enige schroom toen
hij Pau vroeg, of hij ook welkom was bij de dialectcursisten. Hij werd
met open armen ontvangen, want wat is er nu leuker dan een rasechte
Rotterdammer Ouddurps te horen praten, want dat wilde hij graag leren. In
onvervalst (beschaafd) Rotterdams vertelde Jan een grappig en ontroerend
verhaal over hun parkiet PP. Na de pauze vertelde hij nog een aangrijpend
verhaal over zijn ervaringen in de hongerwinter van '44. Iedereen schoot
onbedaarlijk in de lach toen Jan het had over 'schoer', toen hij schouder
bedoelde. Daar bewees hij toch maar weer mee dat het niet aan hem lag! Hij
wilde en wil nog steeds zijn best doen om te integreren, maar het Ouddurps
is en blijft moeilijk voor een 'overkanter'. Tot slot moest hij, wilde hij zijn
certificaat in kunnen laten lijsten, wel twee zinnen in het Ouddorps kunnen
nazeggen. Pau deed het voor en Jan zei het met heel zijn hart, mond en
stem op een onnavolgbare wijze na. Het waren deze zinnen: Doet 't heekie
van d'n hil dichteaors laope de tiekes weig en Buurvrouw Pie'ie heit 'n
honge'ie enome. Zo zie je maar weer: je hoeft niet persé op ons eiland
42 Aflevering 176 zomer 2012