Aflevering 176 zomer 2012 45 De toren van Kruiningen. Bei Cok. herkende bepaalde passages. En herkenning niet alleen in de personages, maar ook in het dialect. Dat is altijd een succes. In die tijd was de wereld nog klein. Ik luisterde naar de radio. Televisie was er nog niet. Ja, ik ben van 1920. Bij de radio zittend, leerde ik al die populaire versjes. Die kon ik allemaal meezingen. Zo ging dat in die tijd. Stiekem droomde ik ervan ook eens voor de radio te mogen optreden. Bei maakte niet alleen liedjes, maar ook boekjes. Toch? Inderdaad, vooral na mijn pensionering had ik volop tijd om me met teksten bezig te houden. Maar ook met liedjes hoor. In 1991 verscheen een bundel met verhalen. Noe nog mooier was de titel. Ik moet echt zeggen was, want het boekje is na een herdruk, nu niet meer te koop. 'Alles uitverkocht', zegt een glimlachende Bei, terwijl hij een eigen exemplaar van tafel neemt en triomfantelijk in de lucht steekt. Dat is ook het geval van het D'n tied, vergieng, een uitgave van 1998. Ook herdrukt en niet meer verkrijgbaar. Het is een bundel verhaaltjes en gedichtjes, alles in dialect. Ik blader in het gele boekje en zie tot m'n vreugde op biz 114 het bekende liedje Schuuftenduum staan. Met de openingsregels: Vroeger kregen oans a vroeg de raêd Zunig wezen mie je geld. En wat a je di aal mie kon doen/ Wier je ok a rap verteld. Bei houdt ervan melodieuze muziek te schrijven en teksten met een verhalend karakter. Dus met een duidelijk begin- en eindpunt. En in het midden gebeurt dan het zogenaamde verhaal. Een soort film. In m'n gedachten schiet het verhaal van de twee broers die achter in de polder woonden, samen met een huishoudster. Je snapt het wel, er ontstaat een romance en één van de mannen trouwt met de huishoudster. Zo'n hele

Tijdschriftenbank Zeeland

Nehalennia | 2012 | | pagina 47