Aflevering 177 herfst 2012
aangehaakt om de 1182 zakken post mee te nemen, die onderweg werden
gesorteerd.
Voor de periode vóór 1800 biedt deze postkroniek inzicht in de
communicatielijnen van de verschillende Zeeuwse steden en de
afstemming van officiële stadsboden en particuliere koopmansboden met
beurtschippers. Na de gelegenheidsboden ontstond er een systeem van
routes, frequenties en tarieven voor de post. Wie klaagt over de last van
de huidige regelgeving, kan niet echt in dit verleden schuilen, want in de
zeventiende eeuw waren er ook tal van voorschriften die de autoriteiten
opstelden om de lasten eerlijk te verdelen, de betrouwbaarheid van het
postvervoer te garanderen en de snelheid te bevorderen. Dit boek legt
al deze afspraken zorgvuldig vast. Historici die de omzwervingen van
belangrijke brieven willen nagaan, kunnen hier hun informatie vinden.
Minder expliciet, maar niet minder belangrijk, was het poststelsel als
indicatie van de macht van een stad. Middelburg had als eerste een
postmeester die het monopolie bezat, maar daarvoor moest er wel
voldoende volume zijn. De andere Zeeuwse steden volgden later. Rond
1750 hadden die allemaal een postmeester. Ook de relatieve macht van
Zeeland ten opzichte van Amsterdam komt aan het licht door de weinig
tegemoetkomende houding van de hoofdstedelijke kooplieden in de
onderhandelingen over een efficiënte postverbinding. Snelle post kon groot
voordeel brengen. De postvoorziening gaf daardoor een goede indicatie
van het belang van een handelsgebied. Contracten met andere steden
weerspiegelden de handelsstromen. Dat gegeven wordt in dit boek niet
uitgewerkt, maar bereidt een dergelijk overzicht wel voor. Ook het volume
van de post helpt om die handelsstromen te ontdekken. Het gegeven dat
in 1670 de Middelburgse postmeester 3500 brieven uit West-Vlaanderen
ontving, maakt nieuwsgierig naar de stroom naar en uit Holland. Het is niet
duidelijk of deze bron over de omvang van de post een zeldzaamheid is of
makkelijk aangevuld kan worden met andere gegevens.
Van water naar land
Als derde punt is de overgang van water naar land als belangrijkste route
een belangwekkend gegeven. Ook zo wordt zichtbaar hoe de verbindingen
tussen Zeeland en de andere gewesten veranderden. Vergelijking met
andere provincies zou aan kunnen tonen of de Zeeuwen dankbaar moesten
zijn voor de dienstverlening van hun postbodes of zich daarover zouden
mogen beklagen.
Als ik tot slot nog een klein puntje van kritiek mag noemen. Ik mis het effect
van de internationale verdragen op de postregelingen. Het is belangrijk zijn
om te weten of die internationale afspraken om eikaars post te vervoeren
ook een stimulerende werking had op het binnenlandse postverkeer.
Kortom, ondanks het feit dat er niet echt een doorlopende verhaallijn door
dit boek loopt, biedt het een schat aan informatie. De grote verrassing is
dat vaak zulke onschuldig ogende enveloppen zoveel geheimen over de
routes kunnen prijsgeven. De auteurs verdienen dank voor het zorgvuldig
reconstrueren van deze details en het samenstellen van deze bruikbare en
prachtige collectie.
Hans Krabbendam