Aflevering 179 voorjaar 2013
53
(Klz). T (Anl; Scherp) geeft als betekenis: vuil; Ovm en Po bevuuld. SchD
Elm, Otl; Rns: plekkerig. Bezêêkt ZVW (Wtk). Bekletst ZVW Nvt; Gde). Bepöö-
teld ZVW (Nvt; Gde). Besmoesterd LvA (Hok; Nz).
5. Kloetstok polsstok W (Ok) ZB (Kn). Blauwstok W (Bgk). Kloetsok is een
duwbom bij een kloetschuit SchD (Elm; Otl, Rns).
6. 't Legt niks af het is zinloos werk ZB (Dwg; Ovz; Hrh; Lwd); ZVW (Hp;Wtk;
Nvt; Gde; Bvt) LvA (Hok) ZVO-zd (Ovs; Kw) waerk vo niks T (Anl) vö niks
werke(n) T (Po) 't 'ael niks uut SchD (Zr) kosten voo 't sterf'uus SchD (Zn) t
brieng gêên èèrde an den diek LvA (Nz) 't leg gëên pad afLvH (Hek; Klz) en 't
ee gjin avance ZVO-zd (Nwn).
7. de schreve de rijksgrens ZB (Bzl) ZVW (Wtk; Nvt; Gde; Bvt) LvA (Hok) ZV>
zd (Ovs; Kw) de streep LvA (Hok) schreef LvH (Hek; Klz)
de meet LvH (Hek) me te ZVO-zd (Kw) en de grenze ZVO-zd(Wdo).
8 over iets in de waste zitte(n) zich zorgen maken over iets W (Ok) ZB (Kn;
Bz; Hrh) T (Ovm) SchD (Elm; Otl, Rns; Po) Phi(Phi) ZVW (Hp; Wtk; Nvt Gde)
LvA (Hok) erges benauwd over weze T (Anl) mee 'n keutel in z'n broek lööpe
W (Bgk) in de prutsen zitt(n) ZB (Kn) in de zurge zittefn) ZB (Ktg) in de nisten
zitte(n) SchD (Zr) d'r zit wat op z'n lever ZVW (Wtk) in de penaorie zitte(n)
LvA (Nz) in zijne piepzak zitte(n) LvH (Klz) en in zurgzijn LvH (Lam; Kt).
9 flinters flarden W (Ok) ZB (Ktg; Bzl; Dwg; Ovz; Kwd; Hrh; Lwd) T (Tin;
Ovm; Po) Phi (Phi) SchD Elm; Otl; Rns; Zr; Otl; Zn; Bns; Sjl) ZVW (Hp; Wtk;
Nvt; Gde; Bvt) LvA (Hok; Nz) Lvh (Lam; Kt) GOfl (Odp) flieters ZV)-zd Wdo;
Ovs; Nwn) flenters T en SchD. Flinters kleine dunnen stukjes W (Bgk) In de
betekenis van snippers ZB (Kn) T en SchD.
10. hippelen springen van een vogel. ZB (Ktg; Bzl) T (Tin) Phi (Phi) SchD
(Bns) ZVW (Hp Wtk) LvA (Nz) GOfl (Odp) wippen ZVO-zd (Nwn) hupse(n)
LvA (Hok) hippe(n) SchD Elsm OtlRns Zr; Zn) LvH (Klz, Lam Kt) 'upkes
maoken LvH (Lam; Kt) hoppe(n) SchD (Zr)
huppele(n) LvA (Hok) LvH (Lam; Kt) ZVO-zd )Wdo; Ovs; Kw) 'uppele(n);
wuppele(n) ZB (Kn) en wuppe(n) ZVW (Nvt; Gde).
11pienkere(n) met je ogen knipperen W (Bgk) ZB (Bzl; Hrh; Lwd) ZVW (Hp;
Wtk; Nvt; Gde) LvA (Nz) LvH (Lam; Kt) ZVO-zd (Wdo;
pienke(n) (ZB (Kn; Ktg; Dwg; Ovz; Kwd) T (Tin; Ovm; Scherp; Po Phi(Phi)
ZVW (Nvt; Gde; Bvt?) LvA (Hok; Nz) pinke(n) LvH (Klz) ZVO-zds (Ovs)
peenke(n) ZVO-zd (Nwn) pienkele(n) SchD (Elm; Otl; Rns; Zr; Zn) en het
A.N. knippere(n) Phi(Phi) SchD (Zr; Rns).
12. pienkeren richting aangeven met je richtingaanwijzer ZVW (Wtk) LvA
(Nz) LvH (Hek; Lam; Kt) ZVO-zd (Wdo; Kw) en pienken LvA (Nz) LvH (Klz)
ZV)-zd(Ovs; Nwn).
13. êënpikkel melkkrukje met één poot W(Ok) T (Ovm) Phi(Phi) SchD (Elm;
Otl; Rns; Zn) ZVW (Wtk; Nvt; Gde;) LvA (Hok; Nz) LvH (Hek; Klz; Lam; Kt)
ZVO-zd (Nwn; Kw) en een pikkel LvA (Nz).
14. schielijk snel W(Bgk; Ok) ZB (Ktg; Bzl; Gwg; Ovz; Kwd; Hrh; Lwd) T (Anl;
Tin; Ovm; Scherp; Po) Phi(Phi) SchD (Elm; Otl; Rns; Zr; Zn; Bns; Sjl; Rns)
ZVW (Hp; Wtk) LvA (Nz; LvH (Hek; Klz; Lam; Kt) ZVO-zd (Ovs; Nwn; Kw)
GOfl (Odp). Schoef ZB (Bzl) en zêêre snel ZVW (Gde; Nvt) Schielijk in de be
tekenis van onpasselijk: T (Scherp; Elm; Otl; Rns).
15. Die zit an den trok die krijgt een erfenis toebedeeld ZVW (Hp; Wtk; Nvt;
Gde) LvA (hok; Nz) LvH (Hek; Klz) Die gae trokke ZB (Dwg; Ovz; Kwd; Hrh;
Lwd) Phi(Phi). Bekend in de betekenis: die is doodop: LvH (Lam; Kt) ZVO-zd
(Wdo; Ovs Nwn; Kw) en die zit an d'n trok: ontvangt pensioen: ZVW (Bvt).
