m Korte Oudestraat
26 Aflevering 180 zomer 2013
In het 'Contract tusschen den Marquis en die van de stad Verevan 20
januari 1582 lezen we: 'Is mede met goeder voorwaerde ondersproken, dat
huys daer inne des stads geschut plach te staen zal eeuwelijck subject zijn
om 's heeren balance daerinne te gebruyken'P Volgens deze beschrijving
bevond de waag zich in 1582 in het voormalige geschutshuis. Dit gebouw
stond als laatste aan de zuidzijde van de Korte Oudestraat, die liep van de
Markt naar de Torenwal.24 Het was na de ingebruikname van het nieuwe
arsenaal aan de noordzijde van de stad in 1569 leeg komen staan. Na het
instorten van een gevel van de waag in de Kraanstraat in mei 1570 is de
balans naar het oude geschutshuis overgebracht. Het was stadseigendom
en gebouwd kort nadat een deel van de schorren aan de oostzijde van de
stad rond 1490 was ingepolderd. Uit een post in de rekening van de extra
fortificatiewerken in 1542 blijkt dat er dat jaar een nieuwe eiken vloer in
was gelegd, waarvoor 60 eiken planken waren aangeschaft.25 In 1571 was
het strooien dak vernieuwd.26
Sinds de ingebruikname van de waag in de Korte Oudestraat werd
de grote zolder van het gebouw om de drie jaar door de rentmeester
apart als opslagruimte verpacht. Aan de hand van een bestek voor
herstelwerkzaamheden uit 1736 komen we iets meer over het uiterlijk van
het gebouw te weten.27 De dakgoot, die dat jaar moest worden vernieuwd,
bevond zich aan de oostzijde en had een lengte van 70 voet (21,10 m). In de
voorgevel zaten twee kruisvensters en in de achtergevel één, ieder met zes
ramen. Het gebouw had drie ingangen, waarvan één aan de voorzijde met
een dubbele deur. Uit het bestek blijkt verder dat twee raamkozijnen waren
dichtgespijkerd en weer opengemaakt moesten worden en twee andere
dichtgemetseld. De twee op het dak staande dakvensters werden bij de
herstelwerkzaamheden verwijderd. Tot slot was het dak gedekt met rode
dakpannen.
Onderhoud en twee nieuwe balansen
Het merendeel van de rentmeestersrekeningen uit de periode 1491-1496 is
bewaard gebleven.28 Uit de posten blijkt dat er in de waag twee balansen
waren, een grote voor het wegen van zware goederen en een kleine voor de
lichtere. Kosten die regelmatig terugkomen zijn het verstalen van de nagel
en het vernieuwen van de touwen.29
Nadat de balansen begin 1492 naar het gebouw in de Kraanstraat waren
overgebracht, bleek al spoedig dat de grote balans niet goed meer
functioneerde en werd een nieuwe gemaakt. Op 28 april werd met de
volgende personen afgerekend: timmerman Valck die met zijn zoon Marten
twee dagen bezig was geweest een nieuwe (zolder)balk in de waag aan te
brengen, Marten die een halve balk had geleverd waarvan de balansarm
was gemaakt en smid Bertoen die de haak en een ring had gesmeed
waarmee de balans aan de zoldering werd opgehangen en ook een nieuwe
wijzer had gemaakt. Op 29 december werd Baue betaald, die anderhalve
dag bezig was geweest om van drie door de stad geleverde planken nieuwe
schalen te maken. Het ijzerwerk ervoor was geleverd door smid Sijmon
(Oom), wiens rekening op 2 januari 1493 werd voldaan. De totale kosten
bedroegen £1:6:11 Vis.
In 1493 klaagden de kooplieden dat ook de kleine balans zeer traag
geworden was en werd ook deze vervangen. Op 16 november vonden