Aflevering 180 zomer 2013 Walcheren en de twee andere schepen hadden nu als bestemming de Rede van Rammekens, oost van Vlissingen. 'ten aensien en schrik van duysende menschen' Door recent nieuw onderzoek van Arthur Scheijde van ST1BOZ in de administratie van de Zeeuwse Admiraliteit is onder andere beter bekend geworden wat er is misgegaan.3 Door harde zuidzuidwestenwind raakten de drie schepen ter hoogte van Vlissingen aan lager wal. Twee van de drie wisten zich ternauwernood voorbij de havenhoofden van de Oude Haven te worstelen, maar de Walcheren stootte hard op het Westerhoofd (in tegenstelling tot wat wel beweerd wordt was geen sprake van een 'showrondje' na een gewonnen zeeslag) en 'korts daer op [is de Walcheren ten aensien en schrik van duysende menschen voor de nieuwe haven derselver stad omgeslagen en gesonken' [cursief door auteur]. Dat is ongeveer 500 m oostelijk van wat toen 'Oude Haven' werd genoemd, zeg de tegenwoordige Koopmanshaven. De historische 'Nieuwe Haven' bestaat niet meer. De locatie daarvan is wel nog te herkennen aan het bolwerk in de dijk. De stad Vlissingen volgens een kaart van Blaeu uit 1649 met links de Oude Haven en het Westerhoofd en rechts de Nieuwe Haven. Uit de administratie van de Zeeuwse Admiraliteit wordt eveneens duidelijk hoe men vervolgens heeft gepoogd zoveel mogelijk van het schip te bergen. Met kaapstanders op de dijk en grote takels werd getracht de Walcheren naar de kant te winden, maar dat mislukte. Wel werden direct in de eerste week na de stranding al met kleine boten allerlei stengen, zeilen, touwen en blokken geborgen. In de volgende maanden en jaren werden met succes duikers ingezet om 'schut als andersints te vissen'. Op een gegeven moment wilden de duikers echter niet meer verder werken, omdat het voor hen niet rendabel meer was; ze werden namelijk uitbetaald naar het gewicht van de geborgen goederen. In 1696 werd kennelijk besloten het schip op te blazen, omdat het in de weg lag van de scheepvaart van en naar de Nieuwe Haven. In ieder geval is volgens J.C. de Jonge, in zijn standaardwerk Geschiedenis van het Nederlandsche Zeewezen, in oktober van dat jaar sprake van vaatjes buskruit om het verdronken schip Walcheren te doen springen.4 3 Leugenaar- oranjemolen pas vanaf 1650 Westerhavèt 'Westerhaver Vlissingen Blaeu 1649

Tijdschriftenbank Zeeland

Nehalennia | 2013 | | pagina 5