zdv
Van de Zêêuwse Dialectverênigieng
Van de redactiecommissie dialect
Vanaf de tijd dat de eerste bladeren weer aan de bomen
verschenen, zag je ze weer komen: kooplui uit Brabant,
want aan hun zachte g te horen dachten wij, dat ze daar
vandaan kwamen. Zij probeerden hun waren aan de man
te brengen. Zo verschenen er altijd een man en vrouw
met dekens bij ons aan de deur. Moeder hield er altijd van
om bij die rondlaopers, reizigers of kasjesveinten te kopen.
Je kon dan ook afdingen. Onze buurvrouw was daar heel
sterk in, maar de vrouw van de dekens had daar iets op
gevonden, zo vertelde zij moeder: 'Ik verhoog gewoon de
startprijs en dan kom ik toch uit op de prijs die jullie er
ook voor moeten betalen.'
Ik kan me ook nog herinneren, het is al meer dan 65 jaar
geleden, dat er bij de poort van de kleuterschool regelma
tig een man zat met een emmer vol van die kleurige wind
molentjes. Als je dan wat lompen inleverde kreeg je er één.
Je rende dan om kwart voor twaalf snel naar huis om bij je
moeder om oude kousen of iets dergelijks te zeuren. Dat
viel niet mee, want vroeger werd alles gestopt of versteld.
Dan gauw weer terughollen, want ander waren misschien
de molentjes op. Ook kwam er een keer een man met een
aapje aan een lange ketting dat allerlei kunsten kon verto
nen op het schoolplein. Hij haalde er dan met zijn koperen
centenbakje geld voor op, net als de man van het draaior
gel. Allerlei handel langs de deur dus, in deftige woorden
ambulante handel genoemd.
Ook plaatselijk was er dat soort handel. Zo was vader
boerenknecht, maar in zijn vrije tijd ging hij langs de deur
met vis, zoals haring, bokking en ook kaas. Op den duur
ontstond daar een handeltje uit met een volledig kruide
niersassortiment, van klompen tot sigaretten toe. Tot de
supermarkten verschenen in de jaren zestig van de vorige
eeuw. Toen bracht het niet meer voldoende op en is vader
in 1962 bij de Deltawerken gaan werken. Voor het eerst
kreeg wij het toen echt goed, met sociale voorzieningen.
In mijn jeugd gingen er in Ouddorp ook enkele hande
laars met hun koffer met allerlei kleding langs de deur.
Ook dat stopte op een gegeven moment. Ook uit Herkin-
gen kwam er regelmatig een handelaar in zijn fraaie Citro
en met allerlei waar: ondergoed, handdoeken, vaatdoeken,
theedoeken en nog veel meer. Jarenlang heb ik zijn achter
naam niet gekend, men sprak altijd van d'n Hèrkenaer. Pas
jaren later kwam ik erachter dat de man Witvliet heette.
Er liggen in mijn linnenkast nog 'nieuwe' vaatdoeken en
theedoeken van hem, inmiddels zestig jaar oud! Moeder
kocht namelijk graag bij hem.
Soms verschenen er ook woonwagens in het dorp, wel
niet meer getrokken door een paard, maar door een
oude auto, soms een kleine vrachtwagen. Zij stonden
op wat stille verlaten plekken aan de rand van het dorp.
Ook die mensen hielden zich bezig met de zgn. am
bulante handel: lompen en oud-ijzer opkopen, allerlei
handelswaar aan de man brengen, zoals tapijten, mes
sen, scharen. De vrouwen hielden zich soms bezig met
Zêêuwse Dialect
Verênigieng
handlezen en waarzeggen. Ook waren er vaak goede
muzikanten bij. De mensen in het dorp hadden het niet
op dat 'weunwaegenvolk'. Ik weet nog dat de buurvrouw
ooit zei: 'Noe kunne m'n 's nachts de deure wel op slot
doewe!' Want dat volk had de reputatie van stelen en
roven. Toen ik op de Kweekschool in Ede zat, in de jaren
zestig, zag je het nog volop: rondtrekkende zigeuners, die
van plaats naar plaats trokken. 'Woonwagenkamp' was
zelfs een onderwerp bij tekenen. Ik heb me er in 1963
een keer aan gewaagd, ik was toen achttien. Het resultaat
gaat hierbij.
Dat trekken met woonwagens is in 1978 door de overheid
verboden. Voortaan moest men staan op een vast woon
wagenkamp.
Al die zigeuners werden in dialect benoemd onder de
term 'weunwagenvolk'. Van Roma en Sinti wist niemand
precies wat die benamingen inhielden, ook ik niet. Dat
veranderde niet lang geleden, na het lezen van een prachti
ge autobiografie van Zoni Weisz, de enige overlevende van
een Sintigezin. Evenals de Joden zijn ook de Nederlandse
Sinti en Roma weggevoerd en omgebracht in de Tweede
Wereldoorlog. Het was de bedoeling om alle zigeunervolk
op één dag op te pakken en naar Westerbork af te voe
ren, met als eindbestemming Auschwitz. Dat gebeurde
op 16 mei 1944. Door een wonderlijk toeval kon de toen
zevenjarige Zoni hieraan ontkomen. Op 2 augustus 1944
zijn de Roma en Sinti allemaal vergast, ook Zoni's moe
der, twee zusjes en zijn jonge broertje. Zijn vader kwam
om tijdens een bombardement op het kamp Dora bij het
Duitse Nordhausen. Zoni is bij een tante in Apeldoorn
opgegroeid en heeft zich ontwikkeld tot een beroemde
bloemsierkunstenaar, die o.a. het bloemenontwerp heeft
Pau Heerschap, Woonwagens, plakkaatverf 1963