"i
30
j±J$3ISÈÊÊÊÊk
O-A
De overgang van haemete naar mienige
Ik dacht aanvankelijk zelf dat het een stukje van een plas
tic zak was. Als hij er met zijn vinger naar wijst, klimt de
oude spin, die onraad vermoedt, snel naar boven.
De vegetatie op de hoagten is afhankelijk van de plaats:
aan de oost- en noordzijde groeit veel Eikvaren, aan de
zuidkant Zandblauwtjes, Muizenoortjes en Buntgras. Op
bepaalde plaatsen is er mul zand, dat van de haogte af lijkt
te stromen te zien. Dat is meestal het gevolg van intensieve
betreding. De Ouddorpers gebruikten daar een mooie
term voor: de haogte laoit in. (mul zand laoi zand).
Eikvaren, rechts een 'n ingelaoid stik
Opvallend is de opslag van allerlei struiken en bomen in
het terrein, o.a. van eiken, dennen, populieren en elzen.
'Als je dat zo zijn gang laat gaan, dan wordt het open ter
rein binnen de kortste keren een bos. Regelmatig beheer
is daarom noodzakelijk.' De Vereniging beschikt dan ook
over een werkgroep Terreinbeheer, aangevuld met vrijwil
ligers, de zgn. 'Vliegende brigade', die vroeg in het seizoen
maait en kapt om de percelen zo veel mogelijk 'open' te
houden. Krijn houdt van open landschap in Ouddorp.
Zo'n 60% van het zandwallengebied is in gebruik voor
recreatie. Met zorg kijkt hij dan ook tegen de huidige in
tensieve bouw van recreatiewoningen aan.
Al verder wandelend wordt ik nog gewezen op een over
vliegend Visdiefje. Ook zien we een Groene Specht. Krijn:
'Die heeft een lange puntige kleverige tong die hij in mie
rennesten steekt.' Even later wordt ook nog een Kleine
Vuurvlinder waargenomen.
Boerderij De Kleistee
We komen aan bij het terrein waarop ooit boerderij de
Kleistee stond. Die is aan het eind van de jaren zeventig
V*s4
v..| f
De oude drinkpoel
gesloopt. Aan een verhoging in het landschap kun je nog
zien waar die zich bevond, het puin heeft men gewoon
laten liggen en is nu overdekt met begroeiing. De drink
waterpoel voor het vee is er nog en ook de boomgaard
is nog duidelijk te herkennen. Rechts naast die poel had
mijn vader in de jaren vijftig een klein perceeltje 'hof'
gehuurd om er vroege aardappels en als die gerooid waren
sperziebonen voor de veiling op te verbouwen. Nu is er
van een 'hof' niets meer te herkennen: alles is vol gegroeid
met bomen en allerlei struikgewas. In de boomgaard po
seren Krijn en Clarie bij de, naar schatting, honderdjarige
moerbeiboom, die nog altijd elk jaar heerlijke sappige
vruchten draagt. Het echtpaar Tanis is in dezelfde week
dat dit interview plaatsvond veertig jaar getrouwd. Via de
'boomgaard' verlaten we het terrein en komen in een laan
terecht, in Ouddorp lieje genoemd. We gaan daar rechtsaf.
•ÉS#
Bij de oude moerbeiboom