Nehalennia najaar 2016 nr. 193 Goedaert overleed begin januari 1668. Hij werd in de Nieuwe Kerk in Middelburg begraven op 15 januari 1668. Zijn grafsteen is niet bewaard gebleven. Het tweede deel van Metamorphosis verscheen in 1667. Een aantal exem plaren van deel twee kan hij zelf nog ingekleurd hebben. Naar alle waarschijnlijkheid heeft Goedaert een aantal mensen in zijn omgeving, waaronder mogelijk zijn vrouw Clara de Bock en zijn dochter, opgeleid om de afbeeldin gen in te kleuren. De kleuring van het derde deel van zijn werk en de kleuring van de Franse uitgaven kan van zo danige goede kwaliteit zijn, dat dit door de door Goedaert opgeleide mensen, naar verloren gegane kleurenafbeeldin gen van hemzelf, moet zijn gedaan. Na bestudering kan een correcte inkleuring als 'Atelier Goedaert' benoemd worden. De oplagen van de door Fierens gedrukte boeken zijn niet bekend. We weten ook niet hoeveel exemplaren door Goedaert ingekleurd zijn, maar het moeten er vrij veel geweest zijn. Wereldwijd bezitten veel bibliotheken en par ticulieren een of meerdere exemplaren. De afgelopen de cennia werden enkele tientallen exemplaren op veilingen en in antiquariaten aangeboden. Goedaert moet veel tijd besteed hebben aan zijn entomologische onderzoekingen en het maken en inkleuren van zijn etsen. Wellicht zijn dit twee van de verklaringen voor het geringe aantal schilde rijen en tekeningen dat nog van hem bekend is. Afbeelding van de Paeuw-ooge, nu Dagpauwoog De verschillende uitgaven en drukken van Metamorpho sis Naturalis Tussen 1660 en 1669 werd door Fierens Goedaerts werk in drie delen gedrukt in drie talen: Nederlands, Latijn en Frans. Van de Nederlandstalige drukken van het eerste deel zijn drie verschillende drukken bekend. Van de Neder landstalige delen twee en drie en de Latijnse en Franse vertalingen van de drie delen is steeds maar een druk bekend. Dat wil echter niet zeggen dat er geen verschil len zijn tussen de afzonderlijke Latijnse en Franse delen. Boeken die gedrukt zijn tijdens de handpers periode zijn nimmer precies hetzelfde en ook als er maar één druk van het hoofdwerk, die met de bij ons gebruikelijke Arabische cijfers genummerd zijn, bekend is, zijn er altijd interes sante verschillen of persvarianten tussen twee boeken, die oppervlakkig gezien hetzelfde zijn. Persvarianten kun nen gevonden worden in het voorwerk, het gedeelte van een boek dat voor het hoofdwerk ingebonden is, of in het nawerk, het gedeelte van een boek dat na het hoofdwerk ingebonden is. Bovendien zijn ook in het hoofdwerk van dezelfde druk in diverse boeken soms interessante ver schillen te vinden. Bijzonder interessant is het de verschillen in de kleuring van de uitgaven te bestuderen en dan in het bijzonder de door Goedaert zelf gekleurde afbeeldingen in het eerste deel. 'Metamorfosis Naturalis', het eerste Nederlandstalige deel De volledige titel van de eerste uitgave van het eerste deel van het werk van Goedaert luidt: Metamorphosis Naturalis, Ofte Historische Beschryvinghe vanden Oirspronck, aerd, eygenschappen ende vreemde veranderinghen der wormen, rupsen, maeden, vliegen, wit- jens, byen, motten ende dierghelijcke dierkens meer; niet uyt eenighe boecken, maer alleenelijck door eygen ervarentheyd uytgevonden, beschreven, ende na de konst afgeteykent. Goedaert startte in 1635, op achttienjarige leeftijd, met het nauwkeurig beschrijven en documenteren van zijn waarnemingen. Hij vermeldt dit jaartal in de eerste 'On- dervindinge' van het eerste deel bij de beschrijving van de Paeuw-ooge, de vlinder die we nu dagpauwoog noemen: 'Dese Rupse heb ick ghevanghen den 14 Mey, 1635. ende onderhouden met netel-bladeren tot den 11 Junii des self- den jaers.' (blz. 16). Over het jaar waarin de eerste uitgave van Metamorphosis Naturalis is verschenen bestaat meer dan 350 jaar ondui delijkheid. Traditioneel wordt 1662 vermeld als jaar van uitgave. De uitgever van het werk, Jaques Fierens, vermeldt in de Nederlandstalige druk geen jaar van uitgave. In de ook door Fierens uitgegeven Latijnse uitgave van het werk wordt door de vertaler ervan, Goedaerts goede vriend Johannes de Mey, in de Dedicatie, de datum aangegeven: 27 januari 1662. In vrijwel alle bronnen over Goedaerts werk wordt 1662 eveneens aangegeven als jaar van uitgifte van de Nederlandstalige uitgave. Een aandachtige lezer leest in het door Goedaert geschre ven hoofdstuk 'Aen den goedtwilligen Leser' op blz. (c) 2 onderaan: 'hoewel ick den tijdt van vier ende twintich jaren daer in besteedt hebbe, beginnende anno 1635.' Goedaert schreef dit dus in 1659. Dat wil niet zeggen dat

Tijdschriftenbank Zeeland

Nehalennia | 2016 | | pagina 9