Nehalennia - zomer 2017 - nr. 196 Thuis Het leven van Frantina de Ie Lijs 23 terschool stonden daar al in hun beste kleren. Burgemees ter Kleijnenberg voltrok het huwelijk en sprak het paar poëtisch toe. De kinderen van de kleuterschool zongen het verse bruidspaar toe. Welke liederen dat waren, weet ik niet meer. Ik was immers niet bij het oefenen aanwezig geweest! Er zal wel een psalm op hele noten bij geweest zijn. Ine Sperling, een leerling van mijn zus mocht bloe men aanbieden: witte tulpen. Na afloop werd er een rondje door de dreven van Ouddorp gereden. Een kerkelijk huwelijk was er niet. Dat was er bijna nooit in Ouddorp. Dan het samenzijn thuis, maar het bruidspaar moest ook nog naar Middelharnis om bij fotograaf Rotsma statiefotos te laten maken. Het resultaat daarvan kunt u zien in deze bijdrage. En thuis was het feest met koffie, thee, gebak, bruidsuikers en 'n glaesje en veel gezelligheid. Nog meer kinderen kwa men thuis bloemen brengen, roze tulpen. Het was immers voorjaar. Laat in de avond is het feest afgelopen. Nu gaat het bruids paar naar de nieuw ingerichte woning. Maar nee, mijn zus bleef gewoon nog wat dagen thuis. Moeder wilde dat ze eerst nog hielp met de voorjaarsschoonmaak. Wonderlijk is dat wel. Maar in het regioboek over de dialecten op Goeree-Overflakkee vertelt mevrouw Soldaat- Poortvliet uit Dirksland dat dat wel meer de gewoonte was. Boven dien was hun woning nog niet helemaal compleet inge richt. Na een aantal dagen betrok het paar hun woning in de oude school van de Oostdijk. De woningnood was in die tijd groot. Vandaar dat van de twee lokalen, woningen waren gemaakt. In elk lokaal was een kamer en slaapka mer, de rest diende als keuken en bergruimte. Mijn zus woonde in het voorste lokaal, dat aan de weg lag. Ik ging daar wel eens logeren en sliep dan in de rookstoel. Een speciale comfortabele stoel om halfliggend te roken. Tegenwoordig onvoorstelbaar!Als ik dan op de leuning ging staan, kon ik door het hoge raam uitzien op het oude stadje Goedereede. Misschien wilt u ook uw verhaal kwijt over uw ervaringen met 'trouwen vroeger'. Dan weet u ons te vinden. Van harte welkom! Pau Heerschap Gerard van de Velde Francina werd geboren op 12 oktober 1842 in Schoon- dijke, wijk Tragel. Francina was niet zoals een ander. Werken als dienstmeid was er voor haar dus niet bij. Daardoor moest zij een groot deel van haar leven in bittere armoede doorbrengen en daarom ging ze zwervend en bedelend door het leven. In het jaar 1873 werd zij, ongehuwd zijnde, zwanger. Het was op 5 december, dat zij het leven schonk aan een zoon. Ook die werd net als zijn moeder geboren op den Traogel, zoals ze dat deel van Schoondijke noemden. Hij kreeg de voornaam Jacobus en de achternaam natuurlijk van zijn moeder: de le Lijs. [Uitspr. De le Lies]. De vader was immers onbekend. Een probleem was echter, dat Francina, die bedelend de kost verdiende, de baby niet kon opvoe den. Ze legde hem, daags na Sinterklaas, heel vroeg in de mor gen te vondeling op de stoep van de hervormde pastorie, waarin het gezin van dominee J. de Visser huisde. De baby was slechts in wat vodden gewikkeld. Dominee De Visser, hoorde die morgen steeds een klein kindje huilen en besloot eens buiten te kijken om te zien wat er gaande was. En wat vond hij daar op de stoep voor de voordeur liggen? Een huilende baby, schamel gekleed. Hij nam het kindje op en ging ermee de kamer in, waar hij de baby op tafel legde. Natuurlijk was zijn vrouw erbij komen te staan en zij begon het kind te verzorgen: wassen, verschonen en wat melk geven. Bij een paar mensen in de buurt, die ook jonge kinderen hadden, werden wat kleer tjes opgehaald. De dominee begreep ook wel, dat het kind niet bij hen in de pastorie opgevoed zou kunnen worden. Een mogelijkheid was bij Simon Faro en zijn vrouw, die op het eind van de Damstraat woonden. Het was een wat ouder echtpaar, zonder kinderen. En bij dit echtpaar vond Jacobus een warm thuis. Hier groeide hij op in liefde en genegenheid bij zijn pleegouders als ware hun eigen kind. Op 9 juli 1880 vindt op het gemeentehuis van Groede het huwelijk plaats van Machiel Lamper en de bijna twintig jaar oudere Francina de le Lijs, de moeder van Jacobus de le Lijs, de moeder die eens haar kind te vondeling legde. Tot die tijd had ze zich al bedelend in haar levensonder houd voorzien. Al lopend door West-Zeeuwsch-Vlaande- ren, in de dorpen en op de boerderijen, scharrelde ze haar kostje op. Dag aan dag, zomer en winter, jaar na jaar. Na slechts enkele maanden ontdekt Machiel Lampier al, dat zijn vrouw hem ontrouw is. Hij vertrekt onmiddellijk uit ons land en strijkt neer in België. Daar verdient hij de kost als leurdersknecht. Slechts zo nu en dan laat hij zich hier weer neer. Tot het moment, dat bekend wordt, dat Francina de le Lijs zwan ger van hem is. Op 4 november 1886 wordt in het huisje waar Francina woont, hun zoon geboren, die de naam krijgt van Pieter Lampier. Vader is bij het opmaken van de geboorteakte op het gemeentehuis van Schoondijke, aan wezig. Korte tijd later, op 24 januari van het volgend jaar, wordt het huwelijk ontbonden, volgens een aantekening in

Tijdschriftenbank Zeeland

Nehalennia | 2017 | | pagina 25