De laatste rustplaats van de familie van Aerssen van Som- melsdijck Praaltombe mm - «s 'Sf hm In de Gouden Eeuw zijn er zakenlieden en anderen die veel geld verdienen en op zoek zijn naar geldbelegging en status. Een optie is de aankoop van een ambachtsheerlijkheid. Velen van hen besluiten hun achternaam te verlengen met de ach tervoeging van de naam van de ambachtsheerlijkheid die ze hebben gekocht. Zo ook Francois van Aerssen (1572-1641Hij heeft een succesvolle diplomatieke loopbaan en beschikt over meer dan voldoende geld om op 12 maart 1611de heerlijk heid Sommelsdijk van Herman van Bourgondië te kopen. De familienaam wordt nu: Van Aerssen van Sommelsdijck en dat klinkt natuurlijk veel voornamer. Door: J.C. Both De familie Van Aerssen van Sommelsdijck was gedurende twee eeuwen ambachtsheer van onder andere Sommels dijk. Enkele leden van hen behoorden tot de rijkste perso nen van Holland.1 Zij waren mede-eigenaar van Suriname. Ook volgde er de benoeming in de adelstand. Zij hebben nooit in Sommelsdijk gewoond, maar bijna alle familie leden liggen er wel begraven. De eerste ambachtsheer, Francois, liet in het koor van de kerk van Sommelsdijk in eerste instantie een bescheiden grafkelder voor zijn familie bouwen. i pnglgp /Swr rxueól-. Gravure Francois van Aerssen. Uit: Tegenwoordige Staat der Nederlanden van I. Tirion (ca. 1740) tekenaar A. Schouwman, gra veur J. Houbraken. Bij de kerkbrand van 8 september 1624 werd de gehele kerk verwoest. Om financiële redenen kon eerst in 1632 met de herbouw van de kerk worden begonnen. Met deze herbouw was het mogelijk de grafkelder te vergroten. Het moest nu iets moois worden. Daarom werd op de graf kelder een praaltombe geplaatst. Het bovenstuk wordt uit fijn wit marmer samengesteld, voorstellende Francois van Aerssen en zijn echtgenote Petronella, die in geknielde houding aan een tafel zitten. Over deze tafel ligt een kleed gedrapeerd. Het echtpaar heeft een gebedenboek voor zich en in het midden van de tafel ligt een hoed. De laarzen van Van Aerssen zijn voorzien van riddersporen. Zijn vrouw draagt een rouwsluier. Dit fraaie beeldhouwwerk, waarschijnlijk vervaardigd door een Fransman, rust op een blauwe natuurstenen voetstuk van ca. 1.30 m. hoog. Aan het hoofd- en het voetstuk zijn wit marmeren platen bevestigd, waarin de wapens van beiden zijn uitgehak. Deze zijn dan weer omlijst met zwart gepolijst marmer. De tombe heeft het volgende opschrift: 'Francois van Aerssen, Ridder in de orde van St. Michiel, Heer van Sommelsdijk, Plaat, Bommel en Spijk; in zijn leven eerste ordinaris ambassadeur in Vrankrijk, wegens de Verenigde Nederlanden; nog twee extra ordinarisse aldaar, nog vijf in Engeland, nog twee aan de Republiek van Venetië, ter hoogste ere en voordeel van den Raad uitgevoerd hebbende, naderhand in den Raad van State, laatstelijk ter vergadering van de Statengeneraal uit de Ridderschap van Holland gedeputeerd, is onder de zijnen uit deze tijdelijkheid gescheiden, en evenzo stichtelijk, als hij eerlijk en dienstig den vaderlande had toegebracht den 27 december 1641'. De tombe wordt in de lengterichting van het koor geplaatst, Van Aerssen met het gezicht naar de kerk. Het moet een imposant koor zijn geweest met gebrandschil derde ramen en aan de wanden de wapenborden van deze familie. Bij elk overlijden van een familielid wordt er een rouwbord opgehangen. In het midden van het koor hangt een groot fluwelen vaandel met hierop afgebeeld een hermelijn, liggend op een groen eilandje, midden in een moeras. Daaromheen de zinspreuk van de familie: 'Liever te sterven dan te besmetten, Liefde, getrouwheid, Godsvrucht, Gerechtigheid'. Eveneens hangen aan de muren nog de wapenborden van de andere heerlijkheden waarvan zij eigenaars zijn. In 1740 wordt er een wapenkast geplaatst vol met oorlogstuig en -onderscheidingen.

Tijdschriftenbank Zeeland

Nehalennia | 2017 | | pagina 4