Bakken en klakken Het tweede leven van kleding Pautje Heerschap bij de kleuterschool in een jas, gemaakt van stof van een afgedankte mantel van zijn moeder oude mantels, truitjes van uitgetrokken wol, en bloesjes genaaid van een soms gekocht lapje wollen stof, die hevig prikte. Alles zelf gemaakt door mijn moeder of mijn oudere zusters. Er werd bij ons thuis wat afgetornd en afgenaaid! Alles werd bewaard, niets werd weggegooid. Zo belandden de knopen en gespen in de knopenbus. Van de restjes stof werd nog een inktlap gemaakt voor op school: Rondjes stof met aan de bovenkant in het midden een knoop uit de knopenbus. De bovenkant van zo'n fleurige inktlap hield je natuurlijk schoon. Je begon de inkt af te vegen te beginnen aan het onderste lapje. Pas toen ik tien was, kreeg ik een splinternieuw pak van tweedstof, aangeschaft bij een manufacturenzaak in Menheersen (Middelharnis). Het was een zogenaamde plus-four, hier eendrollenvangergenoemd. Ik mocht met een nicht mee gaan trouwen, vandaar die uitgave. Moe der maakte er van donkergroen geruite stof wel zelf een overhemdje bij met zelfs een stropdasje van dezelfde stof. Stof van een gedragen jurk van een van mijn zussen, denk ik. Mijn oudste zus had er nieuwe grijze kniekousen bij gebreid. Er kwamen nog nieuwe lichtbruine schoenen bij, gekocht bij de bekende Keesje Bok, die gefigureerd heeft voor de boeken van Rien Poortvliet. Vast en zeker zijn er lezers die soortgelijke ervaringen hebben. Wij twijfelen er niet aan dat wij veel bijdragen zullen ontvangen. Dan kunnen wij daarvan in een vol gende Nehalennia een (hilarische) aflevering van samen stellen. Pau Heerschap en met vrijdag wordt uitgezonden op NPO 2. In alle pro vincies zijn opnames gemaakt en sinds 1 september kunt u hiervan genieten. Het programma begint om 18.30 uur en sluit na een kwartiertje af met een spreuk in het dialect en een Nederlandse vertaling. Alle medewerksters/kers hartelijk dank voor jullie inzet. Misschien is het wel jullie eerste stap om een bekende Ne derlander te worden. Op 8 juli was er een foodevenement in IJzendijke. Voor de eerste keer. Overal kraampjes op in de historische tuin van de pittoreske Mauritskerk. Pizza's tosti's, hamburgers, ja zelfs broodjes eend. De bezoekers konden aan al die lekkernijen zich te goed doen. En weet je wat zo leuk was en waarom we het hier vermelden? Er was aan dit festijn een originele streeknaam gegeven. Bakken en klakken, een dialectbenaming voor kokkerellen. Bakken en klakken in IJzendijke, foto: Mike Pagé Op mij was eigenlijk niet meer gerekend, 'n achterankom- mertje was ik zogenaamd. Het was vijf jaar oorlog geweest. De bevrijding stond voor de deur, toen ik in de april maand van 1945 in Ouddorp geboren werd. Goede spul len waren eigenlijk niet meer te koop en babykleertjes al helemaal niet. Dus werd ik in oude luren gelegd en in roze hemdjes gekleed, nog van mijn jongste zuster, die in 1932 geboren was. Nu was dat in die tijd eigenlijk helemaal niet vreemd dat oude kleding opnieuw dienst deed. Ondergoed bijvoor beeld werd steeds gerepareerd totdat dat niet meer ging en het restant tenslotte nog dienst deed als schutteldoek (vaat doek). En dat hergebruik gebeurde niet alleen in de laagste kringen van de bevolking. Het is bekend dat zelfs koningin Wilhelmina haar ondergoed liet verstellen. Mijn vader leurde in Ouddorp met kruidenierswaren langs de deur en op een dag kwam hij thuis met twee don kerblauw fluwelen korte jongensbroeken, die hij van een klant gekregen had. De zonen waren in puberteit en uit hun broeken gegroeid. En die vrouw wist dat mijn moeder naaister was, dus Ik was vier jaar en sta op een school foto van de kleuterschool met een broekje van dat fluweel, met galgjes eraan. En zo ging dat maar door: jasjes uit

Tijdschriftenbank Zeeland

Nehalennia | 2017 | | pagina 20