Europoort van het Habsburgse Huis Nehalennia winter 2017 nr. 198 Handelsactiviteiten in Veere Veere is halverwege de 13e eeuw als vissersgehucht ontstaan op de kreekrug naast de watergang die van hier in de richting van Middelburg liep. Door het afsluiten van de watergang met een sluis ontstond er een natuurlijke haven. De eerste vermelding van handel dateert van 1294 toen enkele Veerse schippers in Engeland wol inkochten voor de Zeeuwse lakenindustrie1. Door het breder en dieper worden van de geul die Walcheren van Schouwen en Noord-Beveland scheidde, ontstond het Veersegat dat een uitstekende rede opleverde waar een groot aantal schepen gelijktijdig voor anker kon gaan. Ook door het verloren gaan van de havens Westen-Schouwen op Schouwen en Vliet op Noord-Beveland breidde de scheepvaart zich uit en nam de handel toe. J.H. Midavaine Door familiebanden en goede relaties met de Hollandse graven en buitenlandse vorstenhuizen lukte het de Veerse heren een aantal privileges te verwerven waardoor de han del tot grote bloei kon komen: op Valentijnsdag (14 febru ari) 1349 verleende hertog Willem de stad tolvrijdom bij alle grafelijke tollen in Holland en Zeeland, op 10 oktober 1465 werd een overeenkomst met de Franse koning Lode- wijk XI gesloten die vrij handelsverkeer tussen Veere en La Rochelle, Bordeaux en andere Franse steden mogelijk maakte, op 22 december 1471 volgde een gelijksoortige overeenkomst met de Engelse koning Eduard IV en op 18 juni 1488 ook met de stad Antwerpen. Tot slot verleende Christiaan II (koning van Denemarken, Zweden en Noor wegen) de Veerenaren op 15 mei 1523 tolvrijheid in alle Deense wateren2. In 1439 werd de Warwijcksestraat aangelegd die geheel in het teken van de scheepsbouw kwam te staan. Door het steeds groter worden van de schepen werd de werf in 1560 naar de noordzijde van de haven verplaatst, waar hij tot 1812 in bedrijf is geweest. In de Middeleeuwen dreef Veere handel met de Hanze, Engeland, Schotland en Bretagne3. Later kwamen daar Frankrijk, Spanje en Portugal nog bij4. De voornaamste importproducten waren graan, wol en zout5. De export be stond uit haring, zout, landbouwproducten, laken, graan, zuidvruchten, wijn, hout, teer, pek en ijzer, waarvan het merendeel eerst in de stad was geïmporteerd6. Het graan uit de Hanzesteden om de Oostzee werd in kelders en op zolders in Veere opgeslagen om later naar Spanje en Portugal te worden uitgevoerd. Het zout dat door de schepen uit deze landen mee terug naar Veere TROPA

Tijdschriftenbank Zeeland

Nehalennia | 2017 | | pagina 7