Martiem erfgoed van het deltagebied 2
De schouw
Pau Heerschap
De Philippine 67
Met de oud sleepbootkapitein Wout Dijkstra uit Bruinisse
maakten wij in de vorige Nehalennia al kennis. Hij ver
telde toen als deskundige van oude Zeeuwse scheepstypen
over de hoogaars. In dit nummer doet hij een en ander uit
de doeken over de schouw, in het bijzonder over de PI 67,
een vaartuig dat gebruikt werd voor de mosselvisserij. Wat
was het geval?
In 2001 ontdekte Wout het vaartuig op de scheepswerf van
Van Duivendijke in Bruinisse om gerepareerd te worden.
Dit vaartuig lag hier al twee jaar. Daar lag nog een schouw,
de Betje, die gediend had als veerboot tussen Kamperland
en Veere. Deze boot, destijds gebruikt voor personenver
voer, was ook zwaar beschadigd, maar zou met Europese
subsidie gerestaureerd worden. Geïnspireerd hierdoor rees
het plan om ook de PI 67 te restaureren. Maar de eige
naresse beschikte niet over de nodige financiën hiervoor.
Bovendien had ze al schulden en was ook haar timmer
man failliet gegaan. Een groot probleem dus. In 2002
besloot Wout de schulden te betalen en zodoende werd
het vaartuig zijn eigendom. Nu moesten nog de nodige
gelden verworven worden voor een restauratie. Er werd
daartoe een eigen stichting opgericht: 'De nieuwe zorg' en
daarin werd het vaartuig ondergebracht. Het lukte om var
de Provincie Zeeland een bedrag te krijgen van 48.000.
Dit bedrag was voldoende om het schip met behulp van
vrijwilligers te restaureren. Het vaartuig werd van Brui
nisse overgebracht naar Goes, naar de grote loods van het
Nijverheidscentrum.
Het lukt om een groepje vrijwilligers te werven die één
dag per week aan het vaartuig zullen werken. Bijzonder is
dat een van de vrijwilligers Michiel Verras is, een klein
zoon van de oorspronkelijke bouwer.
Tijdens de restauratie gaat het nog bijna mis. Er ontstaat
op een gegeven moment een felle brand in de loods in
Goes. Gelukkig staat het vaartuig achter een muurtje en
vier brandweerlieden hebben het vrijwillig een hele nacht
met een nevel natgehouden. Zo kon voorkomen worden
dat het vaartuig alsnog in vlammen opging, wat aanvanke
lijk eigenlijk de bedoeling was.
De geschiedenis
In 1924 geeft de burgemeester van Philippine, Emile Abrc
scheer, opdracht aan scheepwerf'De Paal' van Verras in
Graauw opdracht om een schouw te bouwen die geschikt
zal zijn voor de mosselvangst.
Na de Tweede Wereldoorlog wordt het schip omgebouwd
voor de pleziervaart en gaat het over in diverse handen.
Wout heeft bijna alle eigenaars kunnen achterhalen. Het
vaartuig wordt eigendom van verschillende personen in
diverse plaatsen in Nederland. Zo wist Wout ook dat een
kapitein van de Harwichboot in Hoek van Holland ook
eigenaar geweest was, maar hij wist de naam van de man
niet. Tijdens een feestelijke bijeenkomst van Smit kwam
hij er bij toeval achter. Eén van de gasten kende de huis
houdster van deze meneer en zodoende kon hij achter de
naam komen: M. Romijn. Het zou te ver voeren om hier
de namen te noemen van alle eigenaars. Het is verbazing
wekkend om te zien hoe gedetailleerd Wout alles gedocu
menteerd heeft. Zo is er een heel fotoalbum gewijd aan d(
restauratie van de Philippine 67. In deze bijdrage ziet u er
enkele foto's van.
Het karakter van een schouw
Een schouw is niet zo elegant van bouw als een hoogaars.
Het is vergeleken daarmee een vrij lomp en plat vaartuig.
Het is daardoor ook niet zo snel. Het verschil komt ook
uit in de prijs. In 1924 kostte een hoogaars 1800 gulden,
terwijl de prijs voor een schouw 1400 gulden was.
Het scheelde maar een haartje of het zou gedaan zijn met de Philippine 67 (PI 67), een Zeeuwse schouw, de laatste die vooi
de visserij gebruikt is geweest. Het zwaar beschadigde vaartuig stond namelijk op de nominatie om opgestookt te worden
Het is Wout Dijkstra die dit heeft weten te voorkomen.
Wout Dijkstra bestudeert de gegevens over dit vaartuig