Bunkerbouw in Cadzand tijdens de Tweede Wereldoorlog m -r Nehalennia zomer 2022 nr. 216 Gerard van de Velde 2 3 De krijgsgevangen gingen door met graven die zondag tot s avonds tien uur. Toen klonk er een schril fluitje. Einde van het graafwerk. In het kampement aangekomen, kregen ze van de kok een pollepel Kartoffelsuppe (aardappelsoep), als schrale beloning voor hun werk. Een paar dagen later arriveerde in Cadzand een groep Vlaamse schrijnwerkers, timmerlui. Ze vonden onderdak in de gevorderde dorpsschool van Cadzand. De Mari- nebouw en een deel van de Todt zorgden hier voor hun voeding. Hun eerste werk bestond uit een stevige bekisting maken voor de te bouwen bunker bij het Haventje, de Comman dobunker. Van hieruit werden later tijdens de bezetting ongeveer 250 marinesoldaten aangestuurd. Aanvoer per spoor Het beton werd door de genoemde Oostburgse firma gemaakt. Die had op een plaat twee grote betonmolens staan vlak bij het Uitwateringskanaal van het Haventje. De S.B.M. voerde de kies aan evenals het zand. (Kies is zand gemengd met grint). Dat gebeurde over het tramlijntje via Sluis en Retranchement en tenslotte tot het bietenlijntje bij 't Haventje, waar karren op een kipspoortje gereed ston den en naar de bunkerbouw werden gereden. Het cement kwam in Maldegem aan per spoor. Men sloeg het daar in schuren op. Met een tactor, een Lanz Bull dog, en aanhangwagen reed men via Eede, Aardenburg, Oostburg, Zuidzande naar 't Haventje. Elke morgen tussen 10.00 uur en 10.30 uur reed die zware machine met erach ter een wagen naar de bouwplaats. “Ik zie het nog voor me” gaat Gerard van de Velde verder. Zo'n 70 stappen vanaf commandobunker op de duintop, bouwde men het eerste scheepskanon in de betonnen bunker. scheepsgeschut. Die zaten in grote houten kisten, die met een takel op de wal werden gezet en vervolgens naar de opslagbunker werden gereden. Na de oorlog gebruikten de Kezantenaoren die kisten voor van alles en nog wat. Ook voor stooksel. Een aantal jaren geleden bezocht de marine-kapitein nog eens deze plaats. Hij maakte nog eens de reis van Vlissingen naar Cadzand en sprak er met de vader van Leendert Becu. Een vondeling Over de krijgsgevangenen weten we eigenlijk niet veel. Het was bijna onmogelijk met hen als bevolking in contact te komen. Slechts één keer is er een ontsnapt. Dat gebeurde als volgt. De jongens waren bezig met eenmansputjes te graven langs de weg in opdracht van de Duitsers. Eén wist zicht buiten het gezichtsveld van de Duitse bewakers te stellen en ging ervan door. Toen het bemerkt werd, zoch ten de Duitsers het hele gebied af. Niet één dag, maar wel een paar dagen lang. En ze vonden hem niet. Toen een arbeider van landbouwer Johannes de Feijter tij dens koffietijd langs de slootkant zijn stuten zat op te eten, In deze bijdrage staat de bouw van een grote Duitse stel ling in de duinen bij Cadzand centraal. De versterkingen maakten diepe indruk op de kustbewoners, die hand- en spandiensten moesten leveren aan de bezetter. Het tweede kanon vinden we ongeveer 100 stappen verder. Dreigend op de Scheldemonding gericht. In juni 1944, tijdens de invasie in Normandië, waren beide kanonnen operationeel. Een maand later, het derde kanon stond al gedeeltelijk in de betonnen muren, stopte de Todt met de bunkerbouw. Het vierde kanon, we noemden dat Max, stond helemaal vrij en kon dus in alle richtingen schieten. Als die vuurde, hoorden we grote poffen, vandaar de naam Max. In die tijd waren de krijgsgevangen al vertrokken en waren er nog ongeveer 250 Marinesoldaten in Cadzand onderge bracht. Zij bleven eenzaam op de grote stelling achter, of zoals de Duitse officieren zeiden: Unseres Festsakschlag- schiff. Elke nacht kwam er bevoorrading en post vanuit Vlis singen naar deze marinesoldaten. En er was nog meer aan boord. Ook munitie: twee of drie grote granaten voor het In 1942 lieten de Duitsers een oprit aanleggen in de buurt van het Strandhotel om op deze manier beter hun lucht doelgeschut te kunnen bereiken. De kleigrond daarvoor, werd door strangewerkers uit de nabijgelegen Tienhon- derdpolder gehaald en met gevorderde wagens naar de dune gebrocht. Op een teken van een Duitse soldaat loste men de wagen op de helling. De voerman reed vervolgens verder omhoog met een lege wagen en wachtte daar tot de verse grond geëgaliseerd was op de helling. Dan reed hij naar beneden. Omdat de wagens geen rem hadden, blokkeerde hij een achterwiel met een staoke en reed/gleed zo omlaag. Met deze bouw was in feite een begin gemaakt met de kustverdediging van West-Zeeuws-Vlaanderen. Kort daarop verschenen er landmeters in de duinen en werd het hele gebied zorgvuldig in kaart gebracht. “Wat zou hier nu op handen zijn?” vroegen de bewoners van het landelijke Cadzand zich af. Dat werd al snel duidelijk. Tussen het Haventje en het Badhuis zou een sterke artille riestelling worden gebouwd door de Kriegs Marine Bouw, de K.M.B., in de vorm van een vestzak oorlogskruiser met vier zware stukken scheepsgeschut. De commandobunker was gelocaliseerd in de buurt van het Haventje, aan de westkant van de stelling dus. Vanaf hier zou de hele mon ding van de Westerschelde worden bestreken. De loop van elk kanon had een lengte van 7 meter en een doorsnede van 15 cm. De bouw begint Op een mooie zondagmorgen in mei 1943 vorderde de bezetter tientallen pèèrdeknechts uit Cadzand en Zuid zande. Ze moesten zich melden met paard en wagen in Zuidzande. Achter de school, op de wei van Izaak Bron, lag een heleboel hout dat vervoerd moest worden naar Cadzand. De mannen van Zuidzande hadden die planken, kepers, balken en palen al dagenlang zien liggen. “Prachtig out ee”, zeiden ze tegen elkaar, “daor zou 'k wel een paor planken van kunnen gebruuken.” Maar niemand waagde zich eraan planken of afmaakpalen mee te nemen. Het hout werd die morgen op de wagens geladen en het ging richting Cadzand. Bij het Haventje, aan de voet van de duinen, werd halt gehouden en daar stonden de paardenknechten opeens oog in oog met een groep van 900 tot 1.000 Franse en Marokkaanse krijgsgevangenen, die de wagens moesten lossen. De Duitsers kafferden deze jongens uit voor alles wat mooi en lelijk was. Allereerst moesten ze een onderkomen bouwen voor zichzelf. Mijn stiefvader heeft daar ook zelf aan mee moeten helpen. De krijgsgevangenen werden gecommandeerd door of ficieren van de Kriegsmarine. Bijna gelijktijdig begonnen de arbeiders met het uitgraven van een gebied waarin de bunker moest komen, uitgedacht door de Organization Todt, waarvoor veel Nederlanse en Vlaamse bouwfirma's werkten, waaronder René Verstraeten uit Oostburg die al jaren in het betonwerk werkzaam was. Rommelasperges op het strand van Cadzand. Aangelegd om een geallieerde landing te voorkomen. Het kanon Max, dat opgesteld stond op een betonnen vloer met daarin een metalen ring. Het kanon kon 360 graden draaien. Het rustige dorpje Cad zand aan het begin van de vorige eeuw. Een Lanz Bulldogg met de karakteristieke geluid van het monotone Boem, boem, boem, boem...

Tijdschriftenbank Zeeland

Nehalennia | 2022 | | pagina 3