U moet de groeten hebben
uut Grunning
Siemon Reker
De dialectendag in 's-Hertogenbosch van
maart '97 heeft het contact van deze
Groninger met Zeeland vergemakkelijkt.
De Stichting Nederlandse Dialecten
(SND) had de Reeks Nederlandse
Dialectatlassen tot thema genomen, de
uitgever bleek onder het stof nog een aan
tal exemplaren van dat reuzenwerk te heb
ben liggen en ais een van de gelukkige
kopers kan ik nu zomaar die twee afleve
ringen pakken die de Zeeuwse eilanden
tot onderwerp hebben. Ach, zó praten ze
in Kezaant waar we in '88 en '89 met
zoveel plezier de zomervakantie door
brachten, ook al meenden we dat we toen
in Cadzand waren. Hé, in Rilland zeggen
ze diek, maar in Bat hebben ze het over
de daik en Zoutelande heet in het plaatse
lijke dialect tot mijn verrassing
Zoetelande. Dialect is en blijft een kwestie
van smaak.
In Cadzand bracht de PTT laat op een
avond de laatste drukproeven van het
Groninger zakwoordenboekje. Ik geloof
dat ik geen voorbeeld ken van werk dat zo
mooi de dubbele kant van het streektaal-
functionarisschap weergeeft en dat tegelijk
zo succesvol bleek te zijn. Dit voorjaar
verscheen de vijfde druk en dat kleine
ding heeft z'n weg dus wel gevonden.
Hoezo, geen belangstelling voor de streek
taal?
Toen de Provincie Groningen in '84 over
ging tot de aanstelling van zo'n taaiambte
naar, wilde ze dat deze zich concentreerde
op twee dingen: hij moest het Gronings
onderzoeken (vandaar de tewerkstelling
op de RU Groningen, de instelling die zo
mooi dichtbij ligt) en hij moest het
gebruik van het Gronings stimuleren.
Aanpittjen, heette dat in de advertentie en
daar had die nieuwe functionaris - toen
nog een unieke baan in Nederland en
Vlaanderen - geluk mee. Er waren juist
twee tijdschriften ontstaan die zaten te
schreeuwen om een helder overzicht van
de spelling. Die kwam er en daar is sinds
midden '84 tot mijn grote genoegen nooit
veel over te doen geweest. De schrijvers
konden hun gang gaan en die twee bladen
hadden nu ook helderheid.
Vooral het tweemaandelijkse Toal en
Taiken was een groot succes. Ik schat dat
ze momenteel tegen de 6000 abonnees
hebben en dat is niet gek voor een provin
cie met 600.000 inwoners. De zestiende
jaargang is inmiddels ingegaan en een
klein legertje vrijwilligers en een even
groot aantal auteurs zorgen er gezamenlijk
voor dat iedere aflevering mooi op tijd
verschijnt en tegelijk herkenbaar is en
nieuws bevat. Eén betaalde kracht is niets.
Hij kan misschien van alles entameren, de
activiteiten van al die vrijwilligers tikken
vele malen harder aan, om het even of het
schrijvers zijn, muzikanten, mensen die
ervoor zorgen dat er werkelijk tientallen
keren per jaar toneeluitvoeringen in het
Gronings zijn, de vertalers van de bijbel
en de kerkliederen die zo succesvol zijn en
noem maar op.
Die laatste groep vertalers heeft ook maz
zel dat ze zo dicht bij een universiteit zit
ten. De ruimten van de RUG worden
regelmatig benut, maar belangrijker is
natuurlijk de deskundigheid die met
iM o e
nummer
<o
O
0)
D