Dialectgebruik in Twente Dr. Anne van der Meiden De gastvrijheid die Noe mij biedt waar deer ik zeer. Ik denk dat het goed is wat informatie over de stand van zaken bij het dialectgebruik over te seinen, van de ene grens van het land naar de andere. Hoe staat het er Noe voor? Now, doar za'k owleu bod van doon. Ik doe dat maar in het Algemeen Beschaafd Esperanto dat we Nederlands noemen, maar er zal dus wel eens een Twents woord vallen. Je kunt wel zeggen dat er in Twente, in nauwe samenwerking met Salland en de Achterhoek erg veel op gang gekomen is, gedurende de laatste 15 jaar. Op verschil lende gebieden. Ik noem de voornaamste. 1Het dialectgebruik door de bewoners van de streek lijkt niet meer terug te lopen. Bij de jongeren is zelfs sprake van een stijging van het gebruik. In elk geval is er nauwelijks nog sprake van een bepaalde 'gêne' om dialect te spreken onder elkaar. Vroeger moest je dat achter lijke taaltje zo snel mogelijk vergeten, an ders kwam je in de maatschappij niet ver. We zien een veel nadrukkelijker tweetalig heid groeien, waarbij het wederzijds afzetten vermindert. Dat wordt als een goede zaak ervaren: men is tweetalig grootgebracht of niet en er is geen enkele reden om daar niet trots op te zijn. Dat is trouwens een gegeven voor vele honderd duizenden in ons land en daar hoeft ook niets aan veranderd te worden. Dat mensen die een dialect als moedertaal hebben, minder goed Nederlands zouden beheersen dan de bewoners van de rest van het land, is al vaker een sprookje gebleken. Dat de beeldvorming van mensen, zelfs van onderwijskrachten ten aanzien van het intelligentie-niveau van dialectsprekende kinderen nogal dubieus is, heeft het onderzoek van Van Reydt te Nijmegen onlangs aangetoond. Misschien een aardig onderzoek om eens breeduit in Noe te bespreken. Meer past der op: de gruwel goat ow oawer de grawwels! Er blijken, om het vriendelijk te zeggen, nog tal van vooroor delen te bestaan! 2. Het Nedersaksisch is in 1996 opgeno men in het Europees programma voor de regiotaai-ontwikkeling. Dat is een belang rijke stap geweest. Er komt nu geld voor onderzoeksprojecten en onderwijs programma's los. Een zeer groot projekt, de zogenaamde GGOS (Grensoverschrij dende Gelders-Overijsselse Streektalen) is op breed niveau in staat van ontwikke ling. Het blijkt nog eens duidelijk hoe noodzakelijk een wetenschappelijke aanpak van de dialectregistratie en -bevordering is! In verband daarmee is nu ook onlangs een streektaalconsulent aangesteld voor Overijssel. Groningen en Drenthe hadden die functionarissen al. 3. Organisatorisch is Oost Nederland rijk bedeeld met drie Instituten die met inzet van vrijgestelden en vele vrijwilligers de bevordering van de streektaal en de streek- cultuur professioneel aanpakken. Ik bedoel de IJssel Academie te Zwolle, het J.J. van Deinse Instituut te Enschede en het Staring Instituut te Doetinchem. De wil en de kansen om samen te werken zijn naar mijn inschatting nog nooit zo hoog geweest. Daarnaast zijn er tal van organisaties die zich op vrijwilligersniveau bezighouden met de streekcultuur, de streekhistorie en

Tijdschriftenbank Zeeland

Noe. 'n bitje uut 't zuudwesten | 1998 | | pagina 38