patievereniging. Het tijdschrift Veldeke,
een verenigingstijdschrift waarin veel aan
dacht aan literaire prestatiesbesteed wordt,
bestaat al vanaf 1926. Er bestaat een
Veldeke-Literair-Reeks, waarin werk met
literaire aspiraties wordt uitgegeven. Elk
jaar wordt er een Groot-Limburgse-
Veldeke-Literaire wedstrijd gehouden,
waarbij telkens ongeveer vijftig auteurs
werk insturen. De uitreikingsplechtigheid
is iedere keer weer een gebeurtenis van
provinciaal belang. De deputés voor
Cultuur voor Nederlands en Belgisch
Limburg reiken die prijs afwisselend uit.
De redevoeringen van depute Urlings van
Nederlands Limburg en van depute
Sleijpen, zijn Belgische collega, inspireren
telkens weer. Ze spreken er - uiteraard -
altijd Limburgs. Veel hooggeplaatsten
bedienen zich in de lokale media zonder
enige terughoudendheid vaak van het
Limburgs.
Veldeke heeft de steun van beide provin
ciale besturen. In cultuurnota's van de
provincies wordt de plaats van het
Limburgs op een hedendaagse manier niet
mis te verstaan erkend. Maar er is volgens
Veldeke nog steeds veel te wensen.
Veldeke-Limburg onderhoudt goede con
tacten met de zusterverenigingen in het
(Duitse) Rijnland, waar men een dialect
spreekt dat sterk verwant is aan het
Limburgs. Eind 1997 is er, in samenwer
king met twee instituten van over de
grens, een cd-met-boek verschenen met
literair werk uit Nederlands Limburg en
het Rijnland.
Het literaire gehalte ervan is hoog.
Ook buiten Veldeke gebeurt er veel in en
voor het Limburgs. Op de provinciale
Limburgse radiozender is op alle door-de-
weekse dagen een programma van een uur
in het Limburgs te beluisteren: "t Ei van
Sint-Joost'. Twee keer per week is er een
uur lang Limburgstalige muziek te belui
steren op dezelfde zender. Er is ook een
wekelijkse televisie-aflevering van 't Ei. Er
bestaat een rijk Limburgs liedjesrepertoire,
in alle moderne stijlen. In de andere pro
gramma's van Omroep-Limburg klinkt
geregeld Limburgs, al lijkt het alsof men
daar alleen maar Nederlands goed genoeg
voor vindt. De redenering is dan: er zijn
speciale uitzendingen in het Limburgs.
Dan moeten alle andere uitzendingen in
het Nederlands.
Op lokale zenders wordt vaak Limburgs
gebruikt. Merkwaardig genoeg blijkt het
nieuws overal in het Nederlands te gaan;
Veldeke verzet zich tegen deze opvatting.
In beide kranten komen vaker teksten
voor in het Limburgs, maar dat is nog
muundjesmaot.
In de familie-advertenties is het Limburgs
een vaak gebruikt medium.
Overlijdensadvertenties verschijnen overi
gens zelden in die taal. Er is de laatste
twintig jaar een levendige traditie
ontstaan in het spelen van tonneel in het
dialect. Niet alleen het traditionele dia
lecttoneel bloeit. Ook is er experimenteel
toneel in dialect. De provinciale overheid
subsidieert dit, zij het niet zeer ruim
hartig. In veel verenigingen gaan alle
bijeenkomsten en vergaderingen in het
Limburgs. Er wordt thans aangedrongen
op gebruik van het Limburgs naar buiten
uit. Bie Vastelaovesvereiniginge is det al
van vreuger oet zo.
Sinds 1997 is de discussie er weer om een
leerstoel-Limburgs te krijgen aan de
Universiteit van Maastricht. Er zijn werk
groepen bezig die nagaan of een dergelijke
post - die vergelijkbaar zou kunnen zijn
met de post die Siemon Reker aan de uni
versiteit van Groningen heeft -te realiseren
is. Deze discussie is al vaker gevoerd; na
de erkenning lijkt er meer kans van slagen
te zijn voor dit project.
De voornaamste taak van Veldeke is wel:
de jonge mensen ertoe aanzetten dat ze
hun kinderen in het Limburgs opvoeden.
Dat is een moeilijke taak, omdat veel
jonge ouders niet heel erg zeker ervan zijn
dat ze binnen de provincie blijven wonen.
Het zogenaamd zekere voor het onzekere