vooral LANG
OIDERWEG
OEFENEN IN MIDDEN-ZEELAND:
reistijd
8
conclusies.
In december 1993
stuurde de Stichting
Popmuziek Zeeland
77 bands op
Walcheren, Noord
en Zuid-Beveland
een vragenformulier
in het kader van
een enquête naar
de oefenruimte-si
tuatie. Er kwamen
34 formulieren te
rug, 44 De uit
komsten van het
'bliksemonderzoek'
waren in sommige
opzichten verras
send. Reden om in
NOOT een overzicht
van de belangrijkste
resultaten op te ne
men.
Aanleiding voor het
onderzoek van de
SPZ waren
noodkreten uit de
steden Goes,
Middelburg en
Vlissingen waar om
verschillende
redenen poppodia
die aan vele bands
oefen-onderdak
bieden, worden
bedreigd met
sluiting,
verplaatsing of
verbouwing.
Wanneer hierbij met
de belangen van de
bands geen
rekening wordt
gehouden, komen in
de loop van '94
mogelijk zo'n dertig
tot veertig Midden
Zeeuwse bands
zonder oefenruimte
te zitten.
Eén van de
opvallende
uitkomsten van de
enquête is, dat het -
in ieder geval voor
de bands die de
vragenlijst hebben
ingevuld- wel
meevalt met de
oefen-nood. 70
van alle bands vindt
dat hun huidige
oefenruimte
voldoende
beschikbaar is. En
de meerderheid van
de bands kan in de
oefenruimte
gebruikmaken van
faciliteiten als
afsluitbare opslag
(58 apparatuur
zoals versterkers of
een zanginstallatie
(ook 58 of
geniet van de
aanwezigheid van
koffiezetapparaat,
koelkast of biertap
in de buurt.
Op de 'klachtenlijst'
scoort de categorie
bands die niks
invult (dus, nemen
we aan, geen
klachten heeft!) het
hoogst (32 De
rangorde van
klachten en
bezwaren is
vervolgens: (1de
ruimte is te weinig
beschikbaar; (2) te
weinig
opslagmogelijkheden;
(3) klachten van
anderen (bv.
omwonenden of de
verhuurder); (4)
klachten over de
ruimte zelf: vuil, te
klein, gevaarlijk,
niet goed
verwarmd, etc. (Wat
dat laatste betreft:
eenderde van de
bands oefent in een
onverwarmde
ruimte...)
Het werkelijke
probleem dat de
meeste bands
ondervinden, ligt
waarschijnlijk niet
bij de oefenruimte
op zich. Wat uit de
resultaten van de
enquête blijkt, is
dat de meeste
bands een grote
reis moeten maken
om bij de
oefenruimte te
belanden.
Gemiddeld moet er
35 minuten per
bandlid worden
gereisd om de
oefenruimte te
bereiken. Dat het
een respectabele
afstand is, blijkt
wel uit het feit dat
er per band door
alle leden samen
gemiddeld 32 km.
afgelegd wordt tot
de oefenruimte.
Overigens is er
hierbij nog een
facto het spel.
Verbazend is dat
maar liefst 85
van alle bands
bestaat uit leden
die niet uit
dezelfde plaats
afkomstig zijn.
Deze
eigenaardigheid
(die waarschijnlijk
alles te maken
heeft met het
plattelandskarakter
van Zeeland)
speelt het oefenen
ongetwijfeld
parten.
De enquête levert
nog wel meer
interessante
gegevens op. Zo
blijkt dat de bands
die de enquête
invulden, relatief
goedkoop af zijn
met hun
oefenruimte:
gemiddeld wordt f
8,08 per dagdeel
betaald aan de
huurbaas.
Veelbetekenend is
verder dat de
gemiddelde
repetitietijd per
week per band op
slechts 3,1 uur ligt
(nog geen dagdeel
per week); 53
van het totaal
aantal bands
besteedt aan
oefenen tussen
3,5 en 5 uur per
week. 58,8 van
alle bands kan
gedurende meer
dan 3,5 uur per
week in de
oefenruimte
terecht. Hieruit
zou de conclusie
gerechtvaardigd
zijn dat het
aanbod aan
oefenruimte in
ieder geval niet
kleiner is dan de
vraag, wat ook
bevestigd wordt
door het grote
percentage (80
van bands dat
aangeeft
voldoende van de
oefenruimte gebruik
te kunnen maken.
De enquête levert
geen klinkklare
conclusies op. De
meerderheid van de
bands vulde geen
vragenlijst in
(jammer, jammer!)
en ook is er
natuurlijk een groep
bands die wij
domweg niet
kennen. Daardoor
konden we in ieder
geval niet het
belangrijkste
antwoord boven
water krijgen: of er
inderdaad een grote
behoefte bestaat
aan oefenruimte.
Wel kunnen we op
grond van de
resultaten tenminste
twee dingen
afleiden.
1Zeeuwse bands
bestaan over het
algemeen kort in
dezelfde
samenstelling (3
jaar of korter) en
treden weinig op
(73 speelt 1 x per
twee maanden tot
1 x per maand). Het
feit dat per band
gemiddeld niet
meer dan 1 dagdeel
per week (3,5 tot 5
uur) aan oefenen
wordt besteed,
heeft hiermee
waarschijnlijk te
maken.
2. Zeeuwse bands
vinden over het
algemeen een
oefenruimte die
voldoet aan hun
wensen en
voldoende
beschikbaar is.
Maar deze uitkomst
wordt waarschijnlijk
vooral veroorzaakt
oefenruimte een
barrière is om vaker
te oefenen, zeker
als je in aanmerking
neemt dat in
verschillende
gevallen bandleden
doordeweeks niet in
Zeeland wonen.
Hiernaar is echter
niet expliciet
doordat het aantal
oefen-uren per
week zo gering is.
Het is trouwens
verleidelijk om te
veronderstellen dat
de gevonden grote
reistijd resp. -
afstand tot de
gevraagd.
Onze voorzichtige
conclusie is, dat het
dan misschien wel
meevalt met de
aanwezigheid van de
oefenruimtes, maar
(Vervolg p. 10)
9
FOTO FRANK HUSSLAGE