BOEREN BEGINNEN ZICH TE WEREN
waar loopt men
«jh-n zeeland met
een rord voor de
kop
Fotosynthese
Stemmen
Driefzandpolletiek
w-vj»:
Zure regen
Wie op de hoogte is van de vaak felle strijd tussen boeren en
milieuorganisaties, zal even met de ogen hebben geknipperd: de
Gewestelijke Raad voor Zeeland van het Landbouwschap is de laatste
maanden aktief in de weer tegen luchtverontreiniging. Het
provinciebestuur kreeg brieven over de nieuwe kolencentrale bij Borssele
en de uitbreiding van de Total raffinaderij in het Sloe, bedrijven die in de
toekomst voor een flinke toename van de lucht- en dus ook
bodemverontreiniging zullen zorgen.
Grofweg gaat er per jaar 13.000 ton
zwaveldioxyde en stikstofoxyde méér de
lucht in dan de afgelopen jaren. De
kolencentrale en Total zorgen dan
samen voor 36.200 ton van die rommel,
waarin dan ook nog giftige stoffen zitten
die op de zwarte lijst voorkomen, zoals
cadmium, kwik en arseen. (Per uur is
dat ruim 4.000 kilo).
Nu hebben boeren en boerenorgani-
saties zich steeds gedragen alsof hun
belangen parallel liepen met die van de
ondernemers uit de industriële wereld.
Hoe is dan die opmerkelijke
ommezwaai te verklaren?
Boeren zijn niet ineens zo begaan met
het milieu, al zijn op dat gebied wel
veranderingen merkbaar. Nee het ligt
aan de opbrengsten van het land. Er zijn
sterke aanwijzingen dat de
verontreiniging de gewassen zo aantast
dat de oogsten verminderen. Op dit
gebied is nog weinig onderzoek gedaan.
Het is bijvoorbeeld minder moeilijk aan
te tonen dat bossen door zure regen
worden aangetast en dat beelden en
gebouwen er last van hebben.
De Gewestelijke Raad is op het spoor
gezet door een aantal leden van het
Zeeuws Agrarisch Jongeren Kontakt
die zich enkele jaren met de invloed van
de industrie op de landbouw hebben
bezig gehouden. Deze boeren, verenigd
in de Werkgroep Relatie Landbouw
industrie hebben de informatie die over
dat onderwerp beschikbaar was bij
elkaar gehaald. Het resultaat geeft te
denken.
Zwaveldioxyde kan bij hoge
concentraties direkte schade toebrengen
aan planten. De plant zet de
zwaveldioxyde om in sulfiet, waardoor
cellen kunnen afsterven en bladeren
verkleuren. De gevolgen kunnen zijn:
groeiremming, versnelde veroudering of
zelfs afsterven. Op deze manier is in de
herfst van 1978 ernstige schade ontstaan
aan sla, andijvie, spruitkool,
boerenkool en prei in het Westland en
Zeeland. Ook stikstofoxyde speelde
toen een rol.
Als planten gedurende een langere tijd
aan een betrekkelijk lage concentratie
zwaveldioxyde worden blootgesteld,
kan er ook schade optreden.
Zwaveldioxyde heeft een remmende
werking op de fotosynthese, een voorde
groei essentieel proces waarbij de plant
koolhydraten vormt uit koolzuur en
water en onder invloed van licht.
Bovendien kunnen planten gevoeliger
worden voor vorst en ziekten.
Het is kortom zeer waarschijnlijk dat
zwaveldioxyde en andere stoffen in de
lucht invloed hebben op de groei en dus
ook de oogst van landbouwproducten.
Een onderzoek in Rotterdam bevestigt
dat. Een plantenkas kreeg daar de
gewone frisse Rotterdamse buitenlucht
toegevoegd, een andere kas werd
voorzien van een luchtfilter dat de
zwaveldioxyde uit de kas hield. Enkele
gewassen in de kas zonder filter hadden
het zo moeilijk gehad, dat de opbrengst
twintig tot veertig procent minder was
dan in de andere kas.
Als je dan bedenkt dat een combinatie
van luchtverontreinigende stoffen vaak
erger is dan de som van het effect per
stof, dan is duidelijk dat ook voor de
landbouw bestrijding van luchtveront
reiniging een grote rol gaat spelen. Voor
natuurgebieden geldt een norm van 30
microgram zwaveldioxyde per kubieke
meter lucht en die norm is gebaseerd op
gegevens over de effecten op planten.
In Zeeland is de lucht nu al een stuk
vuiler met 26 tot 43 microgram per
kubieke meter. De logische conclusie is
dat er nu al schade optreedt. De
werkgroep verwacht dat de boeren
straks vijf tot tien procent van hun oogst
door de extra vervuiling moeten
inleveren. Terecht vinden de werkgroep
en de Gewestelijke Raad dat de schade
kan worden voorkomen door het
rookgas honderd procent te
ontzwavelen. Dat kan en kost niet
zoveel: 0,6 cent per kwh.electriciteit.
Wat doet het provinciebestuur? Alsof
er geen zure-regen probleem bestaat, de
PZEM vergunning geven voor een
kolencentrale waarvan straks maar de
helft van de rookgassen wordt
ontzwaveld.
Je zou maar massa wezen.
Lijkt me niet leuk. Je kunt brullen,
ja, herrie maken. Want een massa
is meestal boos en ontstemd.
Maar je hebt geen stem, of je
moet een microfoon hebben of
een megafoon. En die heb je
meestal niet.
Kom op mannen, zegt de micro
foon, ze weten daar niet waar ze
over beslissen. We gaan naar het
gemeentehuis, we gaan ze laten
zien dat we dat niet pikken.
Daar gaan de duizenden, naar
het gemeentehuis. Over een
kwartier weten ze daar dat ze het
niet pikken. De volgende dag
weten nog veel meer mensen't
uit de kranten: Duizenden men
sen protesteerden tegen
Spreker zus zei...spreker zo zei...
De journalist kan natuurlijk de
massa niet horen, alleen als hij
(of is een massa vrouwelijk of on
zijdig?) brult. Ze betuigen luid
keels hun instemming, staat er
dan in de krant.
De journalist hoort alleen de mi
crofoon, de bestuurder van de
massa: de opkomst is groot; het
is duidelijk dat u wil vechten voor
uw zaak. Wij laten het er niet bij
zitten. De heren daar weten niet
waar ze over praten, het zijn stu
deerkameridioten.
Vindt u dat ook, massa?
Luidkeels instemming.
Vindt u dat ook, meneer die een
beetje achteraf staat?
Ik voel me zwaar belazerd, net
als iedereen hier. Het probleem is
dat we in de afgelopen jaren
belazerd zijn, dat is verleden tijd,
gebeurd. Nu moeten we de reali
teit onder ogen zien en die brengt
kale feiten. Dat doet pijn. Mogen
we een beetje brullen?
Natuurlijk. Natuurlijk mag dat.
Het is zelfs een recht. Gans het
raderwerk staat stil, als de arbei
der het wil.
Macht is dat, en machteloos
heid. vooral machteloosheid.
Machteloze eenlingen vormen
een massa die' t niet meer
pikt.
En terecht, daar niet van.
Te laat ook, veel te laat.
Waarom wachten jullie tot het
water je aan de lippen staat?Tóch
niks te vertellen?
Maar daar gaat het nou juist
om. Jullie zijn zo braaf. Jullie
moeten veel eerder
Daar heb je de microfoon weer:
dan gaan we nou met z'n allen
naar het directiegebouw. De
heren daar moeten ook weten dat
de grens is bereikt
Het gemeentehuis stroomt leeg.
Dat zo'n gebouw die duizenden
mensen kan bergen! Over tien
minuten weet ook de directie dat
de grens is bereikt. De stoet golft
door de stad achter de stakings
leiders aan.
Hoffelijk neemt de directeur de
boodschap in ontvangst.
Wat zou die denken?
Dat een massa gevaarlijk kan zijn,
weet hij ongetwijfeld. In de
geschiedenisboeken staat dat zij
ruiten ingooien en vernielen en
zelfs moorden en plunderen. Dan
moet je politie en militairen inzet
ten en dat is vervelend.
Dat massa's ontstaan als het
water ze aan de lippen staat, zal
hij ook weten.
Hoe hij massa's moet voorkomen
hoeft hij van de regering niet te
weten. De directeur zal wel zijn
best doen voor zijn mensen, dat
wel. En hij gaat naar binnen.
De massa zwermt de poort uit en
valt uit elkaar. Daarnet was er
nog een massa en nu hoor je weer
allerlei verschillende stemmen.
Dat klinkt heel wat prettiger. Naar
zulke stemmen is het goed
luisteren.
S. de Schaatser
)BB|dpjOOH UI
Vorige weke kwam d'r wee zö'n
stads ventje in de wienkel. Een pear
uren zoeke ril een kruukje of een
têêle om het uuteindelijk toch noga
diere te vinden. Afijn me rochte an
de proat. 'Wat of ik vond van de
huidige maatschappij?' 'Oppasse
Joanus!' dienk ik dan bie m' n eigen.
'Kiek uut wat a je zeit.' En ik zei
tegen z' n da' k er vrééd vee
moeite mie ao en a' k von dat het
glad nie goed goeng.'A r vee erme
mieters komme dan kan ik ok wè in
En um wist het zö an te rikkemen-
wee. Of a' kr niks voe voelden om
het meer van um zei dan van mien.
'Of a' k het elezen öa van die sociale
rechercheur?' Dat stoeng in die
nieuwe krante. Van t êên noch
tander oa' k ehoare. En om noe van
lank kort te maeken, even leater zat
ik mie Nieuw Zeeland in m' n annen
gemieter over d' Oosterschelde.
Kiek di wor' k noe glad nie goed
van.
En um wist het zö an te rekkemen Indertied è'k zö tegen die
deren da' k beloofden om een abon- afsluuting ewist, da' k zeivers nog
nenment te nemen.'k Dochte dat eholpen om protestborden te
kan d'r wé af a'k joe die schilderen. Eindelijk kwam toen
scheutel mè an je broek kan die oplossing van die pijlerdam.
smaere. Tjoengejoengen wat were ze toen
Een paer daegen leater was' n d r a groas. Nederland gien een
wee. Of a' k r niks voe voelden om in waereldwonder bouwe. Inééns
die krante te schrieven. Noe, ik weren ze miljeuvriendelijk. Ze
ouwe van t êêle verke en dat oa' k deeë of a ze' t zelf bedocht oa. Noe
nog nooit edae. Ikke, Joanus voalt dat veeste diere uut en wat
Sienkel, as schriever.' K zag het bliekt? Z' t nooit edae voe tmiljeu
glad voe me.' K zou êêl wat makke- mè om de regering bie mekaore t'
lijker an de kost komme dan mie ouwen. A Westerterp het toen nie
dat gekeutel langs de deure en in de een bitje glad estreken oa, dan oa' t
wienkel. kammenet uut mekoare voale. Dan
oa' t CDA het te diere vonde. En a't
En noe zit ik dan voe m' n êêste nie deur egaen oa, dan oa, de PvdA
stikje. Dat voal nog vrêêd vee cT r mie estopt. En wien roert er noe
tegen. Wan praote is niks, mè j wee in de stront? Wee het CDA.
schrieve! Afijn di bin onderwerpen Kunne jalder dat noe begriepe?
genoeg. Wan neem noe dat j Ikke nie. Lekkere jongers bin dat.
Je za' t er mè voe werke. Eést litte ze
zö'n minister koenkele en draaie.
En tegen d'n tied a't uulskuuken
uutebroed wordt -noe a't te laete is-
dan gl dat ventje van Eversdiek en
konsorten dat wee opraekele.
Dan doe ze net of a de schuld glad
bie een aar ligt. En dan motte m' ok
nog gloave dat a't an ulder elegen
oa't oal vee beter uutekomme was.
Bel, bel, a'j di toch mie etrouwd bin!
Z gin beuter op dr oat mè stroop-
vet, bergen stroopvet.
1' K nog nooit gin volk ezie dat a zö
tegenstrijdig was. An d'êne kant
geve, an d are kant neme. An d êne
kant zeake, an d are kant melke. An
d ene kant dicht en d are kant zo lek
as een zift.'k Begriepe noe pas wur-
rom a m'n'n pijlerdam è.'t Is't
gezicht van' t CDA. Je kan d r oale
kanten mie uut, verrot diere en
Sienkel mag betaele. En a'tn
gekieke wil straks nog driedubbel
ok. A't mooi weer is, bin ze voe't
miljeu, mè at een bitje waait dan
vinde ze dat onverantwoord. A't
oorlog is binnen ze voe vrede, me
a't vrede is binne ze voe kernwa
pens. En gi zó mè deur.
Gelokkig stae die pijlers van dien
dam op dikke matten, wan je zou
benauwd weze a ze net as de pijlers
van t CDA, op driefzand stae.
A'k m'n stemme dl an kwiet was,
dan schreef ik vandaege nog da' k n
vrom most En nooit, nooit zou k
'nd'r ml an geve.
Zö dat is't'r uut.'K bin blie da'k
tegen dat ventje ezeid da' k een
pseudonaem gae gebruke. Wan
aars zie'k natuurlijk nooit gin
CDA'ers ml in de wienkel. En dl
wil ik m'n belasting toch graag
ekstra an vrom verdiene. Die ver-
koap ik zögezeid koekjes van eigen
dêêg.
SIENKEL