TERUGKEER NAAR VICTORIA OTTO VISSER SPORTTHEATER SPORTAANZIEN 1984 Voetbal 17 juni Voor Vaderdag 10 MATINEE: EENZAME BESLISSING ITALIAANSE VOETBALBOTER RECTIFICATIE TERUGKEER NAAR VICTORIA NIEUW ZEELAND Spelers: De zesde klas van de o.l.s. Prinses Margriet in Kats. Scenario: Han van de Kop, Siem de Schaatser, Dick Snippe Diverse passages worden onderstreept door muziek. Deze muziek dient hiervoor niet speciaal te worden gecomponeerd, maar is ontleend aan De Vuurvogel van Igor Strawinsky (ter ere van zijn geboortedag: 17 juni 1882, Oranienbaum waar zijn ouders de zomer doorbrachten). Ook zeer zachte achtergrondgeluiden (straatlawaai, schie ten, rennen, bombarderen, juichen) dienen voortdurend te worden toegepast, behalve tijdens de gesprekken tussen vader en zonen. Tijdsduur: een sigaar. Backgammon, mé- langge Habana Calir Coronas Especiales N.Y. Club, f. 4,40 Vader Kick Wilstra (wijzend naar de schoor steenmantel): Wat 'n prachtding hé? Gedurende een heel jaar kunnen we ons aan deze schitte rende bocaal vergapen. Rob: Die zal wat kosten. Moeder Wilstra: Het is anders wel een enerverende tijd geweest jon gens, met dat paasvoetbaltoer- nooi. (Even stil, dan:) Als jullie je vervelen, kun je me vandaag best wat helpen in de keuken. Rudi: Ach nee mam, das toch vrouwenwerk. Moeder, lachend: Wacht is, ik weet al wat. Zoeken jullie op zolder de oude tijdschriften bij elkaar. Dat is meer mannenwerk. Morgen komen ze van de zending. Rob: Mmmm, dat lijkt me wel wat. De jongens zt ten het laddertje in het trapgat en klimmen omhoog. Toneelbeeld: zolderverdieping, zichtbaar boven de kamer, met dekenkist, opklapbed, stapels oude tijdschriften, rommel, loop lamp. Rudi: Dat varkentje zullen we eens gauw wassen. Tjee, dat zijn er nogal wat. Rob tilt stapel tijdschriften op, terwijl Rudi in de oude kist duikt. Rudi: Hier, een oud Victoriashirt van vader. Rob (de stapel terugzettend): En zijn kicksen. Rudi: Kijk hier is: plakboeken. Rob: En een doos vol sportmedailles. Als prins Bernhard die allemaal om hing, kon-ie niet eens meer opstaan om zijn boeltje te pakken, wed ik. Rudi: Kijk, uit z' n tijd in Engeland. Waarom is hij eigenlijk nooit professional geworden? Rob: Ik denk wel is dat moeder in die tijd ook gehypnotiseerd moet zijn ge weest, ze herinnert zich weinig van die tijd. Ze praat er haast nooit over(het blijft even stil) Rudi: Wie weet wordt hij 't nog wel is. Wat hebben we hier. Eigen teelt staat er op. Wat zou dat zijn? Rob: Dat is oeroud, uit de oorlog geloof ik. Rudi: Latén we er een opsteken, de vloeitjes zitten er bij. Rob: Tenslotte moeten we eenmaal volwas- N. sen worden. Rudi (in zichzelf): Ik hoop dattie gauw op is. Wat een snertsmaak. Juist op het moment dat ze er allebei kuchend en traanogend tabak van krijgen, gaat het zolderluik open en Kick Wilstra (met zijn hoofd door het trapgat): Zóóóóóóó. Noemen jullie dat opruimen. Willen jullie later flinke sportkerels worden? Nou, vergeet 't maar gerust. Roken. Niets komt er van jullie terecht. Enfin, als je zo graag rookt, kom dan maar even mee. (Ze gaan het trapgat af, vader voorop) Alsjeblieft. Echte sigaren. En nu: roken. (De arme tweeling wordt het groen en geel voor de ogen. Op 17 juni 1958 won Brazilië in de gedenkwaardige Pele-wedstrijd met 5-2 van Zweden. Ze draaien dan ook helemaal dol.) Moeder (komt de kamer binnen met een dampende schaal aardappelen): Bah, wat gemeen van je, Kick. Die arme stakkers. Morgen zitten ze voor hun examen. Kick: Wat een kerels, en die sigaren zijn nog niet half op. Mopper maar niet op mij, want dit is heus de geijkte methode. Voorlopig raken die twee geen sigaret meeraan. En nu moet ik je eens spreken over een belangrijkere kwestie. Moeder: Wat doe je ijselijk geheimzinnig. Kick: Ga is rustig zitten en denk niet aan die kwajongens. Vanmiddag belde Apollonius K. me op, namens Titan Milano. Ik heb ja gezegd. We moeten naar het zonnige zuiden verhuizen. De opvoeding van de jongens zal er lelijk door in de war worden gestuurd. Moeder: Wat vreselijk moeilijk hè. Maar het belangrijkste is: weet je zeker dat je prof wil worden? Kick: Ik vind 't helemaal geen schande. En hoewel ik momenteel vrij behoor lijk in vorm ben, nadert toch ook de tijd dat ik m'n loopbaan als voetballer zal moeten afsluiten. Het lijkt me een goeie finale. Voordat de volgende scène begint, vertolkt Antal Dorati met het London Philharmonic Orchestra gedeeltelijk maar vlekkeloos L 'oiseau de feu, De vuurvogel. De grond gedachte is de overwinning van de lente (semi-professionalisme) op de winter (ama teurisme). De komst van de lente wordt in een wiegelied voorspeld. Een rustige episo de illustreert het opstijgen van sappen in de schoot van de aarde. Angstaanjagend stoten de kopers rauwe accoorden uit. Tussen de muziek door: stemmen uit de zaal. Stem 1: Daar gaat weer een van onze topspelers! En wij maar doormod deren met het schijnamateuris- me. Stem 2: Wanneer zal de bond eens wijzer worden. Claude Debussy: Ik heb hem onlangs nog ontmoet. Hij is ook een verwend kind. Mevrouw Wilstra: Een heerlijke sensatie. Je merkt nauwelijks iets bij het opstijgen. Claude Debussy: 't Is ook een jonge wildeman. Hij draagt opvallende dassen en kust de handen van de dames, terwijl hij op hun tenen staat. Stem 3: Wat heb je aan leuke evenementen als de topsporters ontbreken? Claude Debussy: Oud geworden zal hij onverdraaglijk zijn. Momenteel is hij een geweldige kerel. Toneelbeeld: Het vijf vorken-restaurant van de internationale luchthaven Malpensa in Milaan. Drie mannen zitten aan een tafel met uitzicht op dalende en opstijgende vliegtui gen. Belichting: azzuri-blue. Morro (il presidente): Sapristi! Gianta van Titan is ons toch te vlug af geweest. Dit wordt te gek. Dat varken heeft ons ook al een Hongaarse crack voor de neus weggekaapt. Maar ik ben er de man niet naar om bij de pakken neer te gaan zitten. (gaat staan en richt zich tot de twee mannetjesputters: Gianni Masseroni en Luigi Cassidei.): Jullie weten wat je te doen staat. Luigi: Ja baas. Gianni: Si si. Morro: Daar staat die Gianta al. Het vliegtuig kan ieder ogenblik aankomen. Vooruit Luigi, cf r op af. En Gianni, wacht op de hoek. Presto!! De mannetjesputters vertrekken.) Morro (bladerend in menukaart) mompelt: Figi con prosciuto, vijgen met ham, een verrukkelijk voorge recht. Dan natuurlijk spaghetti Milanese. Maar denk erom dat je de spaghetti niet snijdt, want dat staat hier gelijk met vloeken. Om je vork winden! Uit de luidspreker schalt: De kist uit Holland met aan boord signor Wielstra zal binnen enkele minuten landen op startbaan West. Morro (op 't puntje van zijn stoel): Opschieten! Als Luigi die Gianta maar op tijd heeft afgevoerd. Ober: We hebben geen scampi meer, helaas. Morro: Dan graag zes maal scaloppi di vitello con buro en een fles Lambrusco. En voor toe Macedonia di frutta con Marsala en natuurlijk kaas. Gorgonzola of bel paese. Maar wacht u even tot m'n gasten er zijn. Morro (duidelijk zichtbaar opgelucht): Aaahhh, signor Wielstra. Wiel- kommen, wielkommen (overhan digt een bos witte chrysanten, zijn verlangen heeft kleur gekregen). Mevrouw Wilstra: Een symbolische stap, Kick. Ik vraag me af wat de gevolgen ervan zullen zijn. Morro: Ober! Ober! Breng 't eten maar. (Met een knipoog naar de tweeling): Morgen beginnen de Italiaanse lessen. De ober schuift drie tafels aan elkaar en dient op. Morro (tot Kick): Hum... Ik wil open kaart met u spelen. Ik ben de manager van Realo, de grote concurrent van Titan. Onze scout in Nederland trof u helaas niet thuis. Wij zijn bereid u 20% meer te betalen dan Gianta. En voor uw vrouw een vlammend rode Fiat 1500 sport! Abusievelijk hebben wij in de mei-aflevering van Het sportaanzien van 1984 verkeerde namen vermeld. Roelant moet Roland zijn en Corinne hoort in het hele stuk niet voor te komen. Lees voor die naam Hannie Bakvis. Het zetduiveltje speelde ons parten. Daar voor excuses. Kick: Maar waar is Gianta dan? Hij zou ons afhalen. Morro: Die loopt nu ergens langs de autostrada bij Novara, hi-hi-hi. Rudi (tegen Rob): Nou, we vallen gelijk met onze neus in de Italiaanse voet- balboter. Kick: Zeer vereerd signor Morro. Maar ik moet allereerst mijn afspraken met Gianta nakomen. Een man een man, een woord een woord. Hoe komen we in Novara? Toneelbeeld: De spots richten zich op een mini-podium dat achter in de zaal is opgesteld. Hierop staat een 'beeld' dat zo dadelijk onthuld wordt. Gedurende de hele voorstelling heeft 't standbeeld daar ge staan Belichting: elephant grey. Het standbeeld wordt onthuld: Kick Wilstra zit in een rolstoel op een sokkel met de rug naar het publiek. Op de sokkel staat: Kick Wilstra, Jeugdheld 1950 tot 1958. Kick draait zich naar het publiek. Kick: Ik zit hier maar in m'n eentje als de man die overal verstand van moet hebben en kan mijn verhaal nauwelijks kwijt. Waarschijnlijk hierdoor heb ik het tot op de dag van vandaag onthouden. Jullie moeten het niet gek vinden dat ik almaar door over hetzelfde praat. Het gaat eigenlijk niet om een of ander verzonken wereldbeeld dat waarschijnlijk niet eens bestaan heeft, tenzij in de verbeelding van schrijvers. Maar voor mij betekent het veel meer. Soms kan ik onmogelijk de gedachte van mij afzetten dat er een andere wereld bestaat. Het is zoiets als de hemel, niet boven of niet onder of niet op de aarde, maar elders nog, zonder dat het rechtstreeks iets met de dood te maken heeft. Het is een land dat vlak nabij is, omdat wij het deels ook in ons binnenste dragen, maar tevens verder van ons verwijderd dan de verste onder de sterren aan het uitspan sel, waarover je lezen kunt, dat hun licht duizenden keren miljoe nen jaren nodig heeft om tot bij ons te komen. Reeds als kind heb ik gevoeld, dat er een dergelijk land bestaan moet en daarom is het waarschijnlijk dwaas van me, dat ik er ook thans nog in geloven blijf. Maar het is als een heimwee, dat ik nauwelijks onder woorden kan brengen, een heimwee waar van men nooit weer geneest als het je eenmaal te pakken heeft, en dat soms eensklaps kan omslaan in het vreemde gevoel, dat er een geheime weg naar dat Victoria bestaan moet, een weg die je vinden kan, als je tenminste de moed bezit om hem met je hele wezen te willen vinden. Sigaren: Benno Vranken.

Tijdschriftenbank Zeeland

Nieuw Zeeland | 1984 | | pagina 10