POLITIECOMMISSARIS VOS: Bewustwording Gezondheidsraad is optimistisch: 'Slechts' 1500 doden bij ramp in Borssele Sterven in de kerk LAND HIEUW ZEELAND 3 'De verdachte liep gewoon weg' Twee Middelburgse actievoerders hebben een aanklacht ingediend tegen de brigadiers Fraanje en De Koning van de Middelburgse gemeentepolitie vanwege hun poli tieoptreden tijdens de opening van de parkeer-annex atoomschuilkel der in de Geere op 15 juni. Johan Tulp, een van die twee actievoer ders, heeft inmiddels een tweede aanklacht wegens wederrechtelij ke vrijheidsberoving en het feit 'dat hij zich niet aan het gevoel kan onttrekken dat het verhoor op het politiebureau gebruikt is als chan tagemiddel met als doel intrekken van de aanklacht' bij de officier van justitie gedeponeerd. In het kort het relaas van Johan Tulp: 'Samen met een andere jongen heb ik de dag van de opening van de schuilkelder geprobeerd een prikkel draadversperring aan te brengen voor de ingang van de kelder. We gebruik ten daarvoor NA TO-prikkeldraad, met een spandoek waarop stond 'Schuilkeldersde waanzin van Woensdrechtü!' We waren net begon nen met het uitrollen van het prikkel draad toen er plotseling een agent achter me kwam staan die zonder enige reden met zijn portofoon op mijn hoofd begon te timmeren. Later, toen ik het prikkeldraad niet los liet, sloeg hij met de antenne van die portofoon op mijn handen. Door op de agent in te praten probeerde ik hem te laten stoppen met slaan. Die man was echter totaal buiten zinnen en hield pas op toen ik met mijn handen de slagen begon af te weren. Toen we uiteinde lijk het prikkeldraad los lieten hebben de agenten ons gewoon weg laten lopen zonder verder naar onze naam te vragen. Die andere jongen was flink geslagen met een gummiknuppel. Ik heb mezelf direct onder doktersbehan deling laten stellen en een medische verklaring gevraagd. Na bij de dokter te zijn geweest ben ik nog terug gegaan naar de schuilkelder maar ook toen besteedden die agenten geen aandacht aan mij maar aan andere actievoerders die inmiddels de acties hadden overge nomen. Twee weken later diende Tulp via advokaat Muurmans van het Advoka- tencollectief Breda zijn eerste aan klacht in waarin hij vraagt om een onderzoek door de officier van justitie naar het optreden van Fraanje en vervolging van deze brigadier. Een maand na het indienen van de aanklacht ontving Tulp een uitnodi ging van de brigadiers Fraanje en De Koning (tegen wie de andere actievoer der een aanklacht indiende) om op 7 augustus om 19 uur op het bureau te komen voor een gesprek naar aanlei ding van de klacht. Tulp: 'Ik ging nietsvermoedend naar het bureau en werd door de twee agenten ontvangen waartegen ik een klacht had ingediend. Maar het gesprek ging helemaal niet over mijn klacht maar over de overtredingen en misdrijven die ik die dag zou hebben begaan. Je kunt zeggen dat ik onder valse voorwendselen naar het bureau ben gelokt. Het was gewoon een verhoor over de gebeurtenisen van die 15e juni. Toen bleek dat ik niet bereid was om een verklaring af te leggen ben ik na overleg met de korpschef ingesloten en moest ik de nacht in een cel doorbrengen.' De volgende dag werd de 28-jarige actievoerder weer verhoord en nadat hij voor de tweede maal weigerde een verklaring af te leggen ('Die verklaring heb ik in de vorm van een klacht al aan de officier van justitie voorgelegd') werd Tulp rond 11 uur 's ochtends weer vrijgelaten. Daarmee is door de politie in principe juist gehandeld want het is mogelijk een verdachte 6 uur voor verhoor vast te houden. De uren tussen midder nacht en 9 uur 's morgens tellen dan niet mee. Wat Tulp bevreemdt is het feit dat tijdens het op heterdaad betrappen van de actievoerders geen proces-verbaal is op gemaakt en niet eens naar de naam van de overtreders is gevraagd. Aan de Middelburgse commissaris van politie, K. Vos, de vraag hoe dat mogelijk is. Vos: 'Dit is inderdaad niet de normale gang van zaken maar de verdachte maakte zich schuldig op het moment dat de twee agenten wel meer te doen hadden, zoals het in toom houden van andere actievoerders die de weg versperden. Er konden geen arrestaties worden verricht, omdat de verdachte gewoon wegliep. Doordat Tulp een aanklacht heeft ingediend en wij zijn naam toen kenden was het mogelijk om hem uit te nodigen voor nader verhoor. Dat is dan ook gebeurd en volkomen volgens de regels. Volkomen volgens de regels maar volgens Tulp doorgestoken kaart. 'Deze manier van optreden door de politie heeft veel weg van intimidatie. De beschuldigingen die nu tegen mij zijn geuit, worden gewoon gebruikt als chantagemiddel zodat ik mijn klacht zal intrekken. Maar het heeft alleen tot gevolg dat ik nog een aanklacht indien wegens wederrechterlijke vrijheidsbe roving.' Vos laat zich verder niet meer over deze zaak uit, maar wacht het onderzoek af dat door de rijksrecher che is ingesteld. Johan Tulp, pacifist, anarchist en antimilitarist, benadrukt dat zijn klacht tegen de politie niet bedoeld is als een soort wraakoefening tegen Fraanje maar in de eerste plaats uit protest tegen de hele sfeer die het Middelburgse politiekorps volgens hem uitademt. 'Die sfeer maakt het mogelijk dat dit soort dingen gebeu ren. Ik leg ook niet de eerste verantwoordelijkheid bij Fraan je maar bij burgemeester Wolters en de officier van justitie. Johan Tulp (met baard) vraagt brigadier Fraanje (links) naar zijn naam nadat deze met zijn portofoon op het hoofd van Tulp had getimmerd. Op de grond de andere actievoerder die ook een aanklacht indiende. Zijn belager (brigadier de Koning) buigt zich over hem heen. (foto: René Mondeel) Ik neem het Fraanje niet kwalijk dat hij op mijn kop heeft staan timmeren; dat soort excessen zitten ingebakken in de maatschappij. Ik spreek Fraanje in de eerste plaats aan op zijn verantwoordelijkheid als mens en in de allerlaatste plaats als agent. Wat nodig is, is een stuk bewustwording. Er kan pas wat veranderen wanneer mensen als Fraanje na gaan denken over hun manier van handelen.' JANNA VAN VEEN De Gezondheidsraad heeft een nieuw rapport uitgebracht over de gevolgen van een ongeluk met een kerncentrale. En, wat we al konden verwachten gezien de samenstelling van de com missies die zich met het onderwerp bezighielden: het valt allemaal best mee als er iets met de bol in Borssele gebeurt Slechts 500 tot 1500 doden zullen er vallen, dus wat houdt ons nog tegen om er' n paar bij te bouwen. Zo hebben ze bij het CDA kennelijk ook gedacht, want die kwamen prompt met een van hun befaamde politieke zwenkingen: van het CDA mogen er nog wel 3 van die centrales bijkomen in ons land, waarvan minstens 1 in Zeeland. Nu is het vervelende van de studie van de Gezondheidsraad dat ze zich nagenoeg klakkeloos baseert op de uitkomsten van een in 1981 verschenen rapport, dat gemaakt werd door een onderzoeksbureau van de Amerikaan se (commerciële) elektriciteitsbedrij ven (EPRI). De verantwoordelijke overheidscommissie NRC in de Vere nigde Staten heeft dat EPRI-rapport echter nooit geaccepteerd als basis voor haar beleid. Het leek allemaal te ongefundeerd optimistisch. Vandaar dat de NRC zelf een nieuwe studie laat uitvoeren, die pas volgend jaar vol tooid is. Maar uit de reeds gepubliceer de deelstudies blijkt dat EPRI inder daad veel te optimistisch is. Dat de Gezondheidsraad voorbijgaat aan die nieuwe feiten en niet wacht op het totaal-resultaat van het NRC- onderzoek tekent de partijdigheid van deze raad. Een partijdigheid pro kernenergie en anti-gezondheid. O- verigens zelfs al zouden er bij een ramp in Borssele 'maar' 1500 doden vallen, dan zijn dat er nog bijna evenveel als bij de februariramp van '53. Zwervend over het kerkhof van het katholieke Zeeuwse dorpje stuitte ik op een grafsteen waarop een tekst stond die mijn nieuwsgierigheid opwekte: Merien van het Westeinde, door een noodlottig ongeval in de Willibrorduskerk overleden 10 april 1953. Een ongeval in een kerk. Was hij gestikt in een hostie? Was hij uit zijn bank gevallen en had hij zijn nek gebroken? Ik wilde het weten. Niet iedereen sterft in de kerk. Na twee dagen kwam ik erachter via een gepensioneerde doodgraver. Als echte Zeeuw (niks voe niks) wilde hij me voor een doos sigaren wel vertellen wat er gebeurd was. Tragiek in optima forma. Merien had een moeilijk leven gehad. Een vrouw, die altijd ziek was, vier dochters waarvan er één een voorechtelijk kind had en altijd op 't hoefje was gebleven omdat ze niet meer aan de man kon komen, een dochter die met een protestant getrouwd was en daarom niet meer thuis mocht komen. Een derde dochter die eindelijk netjes getrouwd was zoals het hoorde en twee ongelukkige kinderen kreeg en de vierde die naar de grote stad verhuisde en in het leven terecht kwam. Merien was er een beetje door aan de drank geraakt. En wat erger was: hij kwam niet meer in de kerk. Het hele dorp praatte erover. De pastoor had zich ermee bemoeid en lang met Merien gesproken. Over Job en hoe de Heere zijn volgelingen soms op de proef stelde en hoe uiteindelijk alleen een groot geloof in Hem zou leiden tot Gelukzaligheid. Hij zou zijn leven drasties moeten veranderen en zich weer tot de kerk richten, want daar lag tenslotte zijn heil. Om te beginnen moest hij negen vrijdagen achter elkaar 's morgens om zeven uur een half uur lang gaan bidden voor het beeld van de Maagd Maria, Troosteres der Bedrukten. Daar verdiende hij alvast een volle aflaat mee. Merien had het allemaal een beetje beneveld aangehoord en ijverig ja geknikt. Hij had een halve liter jenever op en voor hem stak het niet meer zo nauw. Maar blijkbaar was het dan toch tot hem doorgedrongen, want de eerst komende vrijdag zat hij om zeven uur op z' n knieën voor het beeld van Maria. 'In die kerke', zei de ouwe doodgraver en wees op een laat gotisch gebouw met een slanke spits. Indertijd nog ontworpen door de beroemde architekt Kuypers. Het dorp had weer iets om over te praten. Merien ging netjes iedere vrijdag ter kerke en stak ook nog een kaarsje op voor Maria. De negende en laatste vrijdag stormde het hevig. In de kerk vielen door het voort durende gebeuk van de wind de plakken kalk van het plafond. Kuypers was dan wel een beroemd architekt geweest, maar met bouwmaterialen had hij het nooit zo nauw genomen. Merien zat weer op z'n bekende plaatsje en prevelde zijn gebedjes voor de H. Maagd. Langzaam, milimeter voor milimeter kwam het loodzware beeld voorover. En net toen Merien zijn rozenkrans wegborg om op te stappen donderde het kolossale gevaarte bovenop hem. Hij was op slag dood. De technische inspektie wees uit dat de voet van het beeld totaal verrot was en kort daarna werd de kerk gerestaureerd. Maar de pastoor had gelijk gehad. Merien was toch mooi van zijn problemen verlost. RAATS

Tijdschriftenbank Zeeland

Nieuw Zeeland | 1984 | | pagina 3