'Als de overheid kunst als iets onbelangrijks ziet, kun je verwachten dat de mensen er net zo over denken' Als er iemand op een sleutelpositie zit als het om kunst en cultuur in Zeeland gaat, is het wel Henk Koch. Heeft hij een machtspositie als direkteur van de Culturele Raad Zeeland? Wordt hij terecht de cultuurpaus van Zeeland genoemd? 'Welnee. Ik probeer dat niet te spelen. Dat je vaak beter weet dan anderen wat er speelt, dat is natuurlijk zo. Ik ben er hele dagen mee bezig, krijg veel informatie. Maar als ik iets wil, en de raad gaat accoord, is er altijd nog de provincie. Er zijn voorbeelden dat die het weigeren te steunen.' Henk Koch neemt in vogelvlucht de ontwikkelingen door vanaf het begin van de jaren zeventig. De overheid sukkelt achter alles aan, desondanks: 'Zo langzamerhand is er zelfs een aardig kunstklimaat aan het ontstaan, rond Middelburg dan.' Een monoloog. 'Moderne kunst, dat is altijd zo, confron teert mensen met het op een andere manier omgaan met geluid, met beelden, denkbeel den, met toneel. Met onzekerheden dus. Mét de kans dat ze een andere realiteit waarnemen dan ze zelf altijd voor realiteit hielden. Dat roept verzet op. Soms valt het in vruchtbare aarde. Dan is de tijd goed, zoals bij Jan Cremer of Wolkers. De nieuwe wilden en punks zijn parallelle ontwikkelin gen. Kort geleden was in het Stedelijk Museum in Amsterdam een tentoonstelling te zien van videokunst. Als kunstenaars ergens vernieuwend bezig zijn, dan is het met video, een betrekkelijk nieuw medium. Als het niet wordt opgepakt, komt dat door-dat mensen niet wennen aan nieuwe ideeën. Eerste impuls is daartegen in verzet te gaan. Terwijl sommige veranderingen onherroe pelijk zijn. Die gebeuren gewoon. In de media zijn in 20 jaar tijd ontzettend veel veranderingen gekomen, maar tegelijker tijd zie je dat de politiek weer ontzettend veel dingen terugdraait. En dat blijkt te kunnen: wat de mensen kennen, is veiliger. Hobby Sinds 1 januari 1971 ben ik directeur van de Zeeuwse Culturele Raad. Ik ben een oude Zeeuw. Goes. Begin 56 ben ik weggegaan met de bedoeling er nooit meer terug te komen vanwege de culturele armoede. Zo'n twaalf dertien jaar heb ik in Uithoorn gezeten, als gemeente-ambtenaar. Er was een redelijk vooruitstrevend gemeentebe stuur daar. Ze vonden dat dat image een deuk kreeg, doordat ze weinig aan kunst en cultuur deden. Ik heb dat toen opgezet. Uit hobby. Ik was niet deskundig. Als gemeente-ambtenaar zat ik in de plaatselijke culturele raad. Een speelboerderij annex tentoonstellingsruim te heb ik daar van de grond gekregen, met een creatieve ruimte erin en een bouwspeel plaats. Die bestaat nog. Het functioneert als plek waar mensen naar toe kunnen wandelen. Kunst en recreatie naast elkaar. Toen in Zeeland die baan vrijkwam, heb ik daar voorrang aan gegeven. Ik hoopte op een kans hier iets van de grond te krijgen. En er was al een en ander gaande. De Stichting Cultuurspreiding Zeeland was er al. In vergelijking met andere provincies was het uniek dat er zoiets bestond. Het was een goeie Zeeuwse oplossing voor het gebrek aan professionele mensen in de schouwburgen. Die kun je in een provincie als Zeeland niet hebben: te duur. De S.C.Z. werkte goed. Het sloot aan bij de cultuurspreiding via ZVU, Nuts-departe- menten, arbeiderskunstkringen die later de Zeeuwse kunstkringen werden. Van Daalen van het Zeeuws Museum was flink actief op kunstgebied met tentoonstellingen van d'Armagnac, Panamarenko, Joseph Beuys, Juffermans uit Terneuzen. Je had het jongerencentrum de Beuk. Nieuwe Muziek nog niet zo. Maar er waren heel wat groepjes om cultuur naar Zeeland te halen. Er zat een groot gat tussen het officiële beleid en wat door, ja, alternatieve groepjes werd gestimuleerd. Ze kregen weinig gehoor bij de autoriteiten. Links Maar dit is de kunst, er is ook nog de educatieve kant; het bekend maken van, het scholen in cultuur. In die tijd werden er wel conferenties gehouden om het begrip educatief handen en voeten te geven. Dat was moeilijk, het werd gezien als een begrip van links. Heel geleidelijk aan kwam er belangstelling voor permanente educatie. In die tijd waren er in Zeeland ook maar heel weinig openbare bibliotheken. Hele gebieden zaten zonder. Wel was er in de meeste dorpjes een Nuts- of christelijk bibliotheekje. Maar de gemeenten waren snel om toen de belangstelling erg groot bleek te zijn. Er is een heel netwerk over de provincie gekomen, onder meer via de bibliobussen. Het is nu meer: hoe hou je het overeind. De Culturele Raad is ook steeds bezig geweest met de vraag: hoe breng je cultuur bij de mensen. Het idee van een Zeeuwse omroep is daaruit voortgekomen, want de informatievoorziening op cultuurgebied is nu gering. De kunstuitleen was ook zo'n middel en het betrekken van de mensen bij het cultuurbeleid door middel van werk groepen. SCZ bijvoorbeeld ging zich presenteren als Uit in Zeeland en probeerde via werkgroepen de mensen het cultuurbe leid te laten bepalen. Hetzelfde is gepro beerd met de kunstzinnige vorming. Het ging kortom om het opzetten van een meer democratische structuur, zodat niet enke lingen uitmaakten wat er gebeurde, het tot uitdrukking brengen van de politieke idealen uit de jaren 70 eigenlijk. Wil de kunst kunnen functioneren, dan moet je er kennis van kunnen nemen. In de opvoeding is het slecht gesteld met de kunst. Aan de kunstzinnige vorming moet op de scholen een evenredige plaats worden gegeven. Als je dat op scholen en pedagogische academies vorm wil geven, stuit je op een rijksbeleid dat meer plaats wil geven aan exacte vakken. Heel bewust heeft de culturele raad nagestreefd dat via het Regionaal Pedagogisch Centrum Zeeland te bereiken. Tussen het RPCZ en alle groepen die zich met kunst bezig houden, hebben wij een samenwerking tot stand gebracht. Het Zeeuws Steunpunt voor Kunstzinnige Vorming en Volwassenen educatie is daar het resultaat van. Concurreren Een kind op de lagere school zal er nog niet zoveel van merken. Het zijn natuurlijk heel langzame ontwikkelingen. De samenwer king tussen de ministeries van Onderwijs en Wetenschappen en van Welzijn, Volksge zondheid en Cultuur is heel moeizaam. Je 8

Tijdschriftenbank Zeeland

Nieuw Zeeland | 1984 | | pagina 8