Schip met 'Mont Louis'-vaten maandelijks in Terneuzen pi r7 G.S.: 'Verscherping vervoersregels niet noodzakelijk' Het provinciaal bestuur van Zeeland weet wel, dat er radio-aktief materiaal over de Zeeuwse wateren wordt vervoerd, maar hoeveel en met welke schepen, is onbekend. Voor de meeste transporten is geen vergunning of melding nodig. Aldus het antwoord, dat GS geven op schriftelijke vragen van het ppr/evp-statenlid Constant van Waterschoot. Gedeputeerde Staten zeggen óók te weten dat er via de haven van Terneuzen 'incidenteel' doorvoer plaatsvindt van uranium-hexafluoride. Hetzelfde materi aal, dat de Mont Louis aan boord had, toen dat schip de afgelopen zomer na een aanvaring met de Olau-veerpont verging vlakbij de Zeeuwsvlaamse kust. Volgens GS zijn voor de transporten, die via Terneuzen gaan geen vergunningen vereist, zodat de provincie ook niet weet hoe vaak dat soort schepen er komen en welke hoeveelheden radio-aktief materiaal ze bij zich hebben. Uit het antwoord blijkt niet dat het provinciaal bestuur zich zorgen maakt over die toestand. Toch zou dat wel op zijn plaats zijn. Feit is immers, dat een schip van de Bore- lijn vrijwel maandelijks de sluizen van Terneuzen passeert. Meestal gebeurt dat in de nacht van zondag op maandag. Dat schip (een zogenaamd ro-ro-schip) vaart van Rusland op Frankrijk en heeft behalve cellulose (dat in Terneuzen gelost wordt) ook vaten met het uiterst giftige uranium- hexa-fluoride aan boord. Munitie-schepen Van Waterschoot: 'Als je weet wat er allemaal in de sluizen van Terneuzen ligt onder de vlag van de 'vrije doorvaart', dat is niet misselijk! Om een voorbeeld te noemen: schepen vol munitie uit Luik en Herstal varen via Antwerpen én de sluizen van Terneuzen naar Gent en Zeebrugge. Je moet er niet aan denken dat er iets met zo'n schip gebeurt terwijl een schip van de Bore-lijn in de buurt ligt. Van Waterschoot is het ook helemaal niet eens met de stelling van GS, dat er geen vergunning nodig is voor deze doorvoer: 'Die vrijstelling geldt volgens de kernenergie wet alleen voor een aantal duidelijk aangegeven douane-hoofdkantoren. En daar staat Terneuzen niet bij. Als men dit soort gevaarlijk spul via de haven van Terneuzen wil vervoeren moet men een machtiging hebben. En dat is zeer terecht. Want als er ooit iets gebeurt en je weet niet eens dat er 'n 20 Vrijwel maandelijks arriveert in de nacht van zondag op maandag een ro-ro-schip van de Bore- lijn in de haven van Terneuzen. Behalve de cellulose, die hier wordt gelost, heeft dit schip ook vaten aan boord met hetzelfde radio-aktieve materiaal als de Mont-Louis. schip met radio-aktief materiaal in je haven ligtik moet er niet aan denken.' Van Waterschoot is van plan nieuwe vragen te stellen omdat hij helemaal niet tevreden is met de antwoorden: 'Ze schrijven, dat de veiligheid van het transport gewaarborgd wordt door de kwaliteit van de verpakking. Maar hoe kunnen ze die verpakking controleren als ze niet eens weten in welke schepen er uranium-hexafluoride zit?' Een aardige van GS is trouwens ook het antwoord op vraag 8. Dat antwoord luidt: 'Verscherping van de vervoersregels wordt niet noodzakelijk geacht omdat uit de ongevals-statieken blijkt dat het vervoer van radio-aktieve stoffen thans reeds een hoge veiligheidsstandaard kent.' GS baseren zich kennelijk liever op statistieken dan op de (nog niet in statistieken verwerkte) realiteit van de Mont Louis-ramp. Kees Slager i-hexa- 3. en 4. Inderdaad vindt incidenteel doorvoer van ura- uoride nium-hexafluoride plaats via de haven van Terneuzen. izen te Aangezien ook voor deze transporten geen vergunning vereist is, zijn de vervoerde hoeveelheden en de fre- j inzicht quentie van deze transporten niet bekend. t? Informatie over het concrete transport dat als voor beeld wordt aangehaald is dan ook niet beschikbaar. 15 tot nd van a in en •vracht de, op 5. Zoals gebruikelijk wordt de aard van de lading van een ït toe- schip gemeld aan de havenautoriteiten. Vanuit een oogpunt van veiligheid wordt geen toezicht op indivi duele transporten door de bevoegde overheidsinstanties noodzakelijk geacht. 4 o

Tijdschriftenbank Zeeland

Nieuw Zeeland | 1984 | | pagina 20