Liberaal Om te begrijpen waarom de directie in Terneuzen het produktieproces -en de werknemers zijn daar gewoon een onder deel van- regelt, zoals het dat regelt is het van belang te weten vanuit welke filosofie dat gebeurt. De Kool en de kaderleden typeren die als 'klassiek-liberaal'. Dit denken is in Europa al tientallen jaren geleden verdwenen, maar in Amerika bloeit het -misschien dankzij de economi sche crisis- als nooit tevoren. De basis van de filosofie is de zelf standige en onafhankelijke individu die in de grootst mogelijke vrijheid zijn eigen doeleinden wil nastreven. Daaruit vloeit voort dat elk individu in een concurrentie verhouding met anderen leeft, in strijd om de eerste plaats, de macht, het bezit. Vrijheid is in de eerste plaats de vrijheid tot concurrentie en het is slecht deze in de aard van de mens gelegen eigenschap te onderdrukken. Concurrentie is goed voor de individu en goed voor de samenleving. Er moeten zo weinig mogelijk regels zijn om die vrijheid te beperken. Regels dienen vaak om de zwakken te beschermen, maar ze beroven daarmee de zwakken feitelijk van de mogelijkheid sterk te worden. Ze beroven de samenleving van het mechanisme dat automatisch tot het beste en goedkoopste voert. En ze beroven de mens van het hoogste goed: de vrijheid. Zo is de mens, maar om een personeels beleid te voeren, moetje ook weten wat hij wil. Nog niet zo heel lang geleden ging men er van uit dat 'het meeste' maar één ding kon betekenen: het meeste geld. De door bedrijven binnengehaalde psychologen en sociologen ontdekten al gauw dat meer zaken om bevrediging vroegen, als er eenmaal was voorzien in de eerste levensbehoeften als wonen, voedsel en kleding. De werknemer wil dan ook veiligheid. En als daarin is voorzien, wil hij werkzeker heid, geborgenheid en daarna verantwoor delijkheid, hij wil zich kunnen ontplooien. Een werknemer is kortom een vat vol behoeften dat door het bedrijf zoveel mogelijk moet worden gevuld. Die behoeften kun je scheiden en stuk voor stuk verwerken door de juiste techniek te gebruiken, schrijft Arie de Kool. En: 'Mensen gelukkig maken ten dienste van het bedrijf, de taak van personeelszaken, verschilt dan niet echt meer van pompen en kleppen gangbaar houden, zodat ze zonder problemen op het moment dat dat nodig is, doen wat er van hen wordt verwacht. De Kool noemt het de regeling en het onderhoud van het menselijk deel van het systeem. Hoe gaat dat nu in de praktijk? Prikkel De onderlinge concurrentie wordt aange wakkerd door het afsluiten van de individuele arbeidsovereenkomsten, de i.a.o.'s. Alleen zo is er de prikkel om de beste prestaties te leveren voor de markt. En de markt is in dit geval natuurlijk het bedrijf. Zo kan elke werknemer zich waarmaken en het levert de gemeenschap (in dit geval alle werknemers: het bedrijf) een maximaal resultaat. De hoogte van het in de i.a.o. overeenge komen loon is gebaseerd op een beoorde ling die merit rating wordt genoemd, een soort staat van verdiensten. De werkne mers halen niet alleen rapportcijfers op hun vakkennis en ijver, maar ook op punten als volgzaamheid, verantwoorde lijkheidsgevoel en verbondenheid met het bedrijf. Volgens Arie de Kool is voor de werknemers volstrekt onduidelijk hoe de beoordeling plaatsvindt. 'Maar', zegt hij, 'de uitkomst staat altijd vantevoren vast. Een tiende is erg goed, een tiende van een ploeg is matigjes en de rest zit daar in gèlijke parten tussen.Het percentage sterken en zwakken dat Dow toepast, zal ongetwijfeld op een aantal sociologische onderzoeken zijn gebaseerd. Hoe probeert Dow de werknemers tevreden te stellen? Het bedrijf besteedt nogal wat zorg aan de veiligheid. De medische dienst zorgt dat alleen gezonde mensen het bedrijf binnen komen, die vervolgens regelmatig op hun gezondheid worden gecontroleerd. Dat is nog niet alles. Een ergonomisch team bekijkt sinds 1980 of de werkomstandig heden bij de verschillende ploegen niet zó kunnen worden veranderd dat het er nog prettiger werken wordt. Zo wil Dow het ziekteverzuim naar beneden drukken, want als mensen niet onder de juiste condities draaien, gaan ze storingen vertonen. Het bedrijf zorgt voor de juiste condities. Maar er zijn dingen die de directie niet in de hand heeft. Zo noemt de directie als bron voor 'abenteïsme' de sociale situatie. 'Deze heeft o.a. betrekking op het hoge sociale verzorgingsniveau in Nederland. Daar kunnen we als directie weinig of niets aan doen.' Geborgenheid Het resultaat is dat Dow in 1980 een ziekteverzuim boekte van 4,5 procent, een voor Nederland zeer laag percentage. Werkzekerheid is er ook: wie eenmaal in vaste dienst is, heeft practiscn gesproken de garantie te kunnen blijven en tegen relatief gunstige voorwaarden. Maar die zekerheid mag niet tot concurrentiever valsing leiden. Een bepaald soort werk of een bepaald loon wordt niet gegarandeerd. De zogenaamde multi craft groepen voorzien in de behoeften aan geborgenheid en verantwoordelijkheid. In het sociaal jaarverslag over 1980 van Dow staat het zo: 'Het -beleid geeft de individuele verantwoordelijkheid voor het werk dan ook een zo ruim mogelijk draagvlak. De medewerker krijgt maximale zeggenschap over zijn eigen werk en funktie. In-de ploeg vindt de werknemer geborgen heid. Hij is er ook verantwoordelijk voor alles wat er moet gebeuren. In andere chemische bedrijven bestaat een strikte arbeidsindeling, in de multi craft ploeg is het streven dat ieder in staat is alle voorkomende werkzaamheden te doen. Hoe de mensen het werk verdelen, mogen ze zelf uitmaken. De hoofdoperator is in zo'n ploeg meer collega dan baas. Behalve de al genoemde behoeften, geeft dit systeem in de ogen van Dow ook arbeidsvoldoening. En het is, alweer, goed voor het bedrijf. Dow zegt: 'In het belang van de produktiviteit en in het belang van de arbeidsvoldoening is het niet goed dat mensen alleen wachten tot er iets fout gaat en dan corrigerend optreden, maar moeten de operators naast hun normale aktiviteiten ook andere werkzaamheden, zoals laboratorium- en onderhoudswerk, verrichten. Om dat andere werk te kunnen doen, biedt Dow de mensen de gelegenheid cursussen te volgen. De Kool schrijft in het onderzoeksverslag: 'Wie zich bij dit bedrijf niet maximaal ontplooit, heeft dat enkel en alleen aan zichzelf te wijten. Ook hier vallen in het gehanteerde systeem weer de belangen van bedrijf en werknemers samen. Het bedrjf zou zich te kort doen, wanneer het geen gebruik maakte van de talenten, waarover de medewerkers beschikken. De medewerkers zouden beneden hun niveau blijven en gefrustreerd raken als ze de ontplooiings mogelijkheden niet aangrepen. Uit het voorgaande zal duidelijk zijn dat Dow flink aandringt op ontplooiing van zijn mensen. Bij de beoordeling tellen cursussen ook zwaar mee. Bij automatise ringsprojecten en andere reorganisaties betekent het niet volgen van de vereiste opleidingen practisch dat er geen plaats meer is in de eigen ploeg. Deel je de filosofie van Dow, dan zou je zeggen dat het er een arbeidersparadijs is. Maar uit het onderzoek komt naar voren dat de meeste handarbeiders, het meren deel van de 2200 werknemers van Dow, zich niet als concurrerende wolven willen opstellen. Uit het verslag: 'Wij ontkennen bepaald niet, dat mensen egoïsten zijn. Dat wil zeggen, dat mensen soms egoïstisch zijn. Maar soms zijn ze het ook helemaal niet. En het beroerde is, dat je, als je een systeem baseert op de gedachte dat mensen egoïsten zijn, ze in dat systeem niet 10

Tijdschriftenbank Zeeland

Nieuw Zeeland | 1985 | | pagina 10