Comestibles
bracht De Baanbreker geruchten in
omloop over een minder goed funktione-
ren van de bakkerij in Vlissingen. De
Lange maakte zich over een en ander
verschrikkelijk kwaad. Louw Onderdijk,
die als bestuurslid de bakkerij kwam
inspekteren, werd er ruw door de chef
uitgeduwd en kreeg een flinke mep op zijn
ogen.
De verhoudingen werden slechter en
slechter, totdat De Lange in januari 1908
werd overgeplaatst naar de bakkerij in
Middelburg. Daarop volgde het artikel van
Leeuwenburg, die dacht De Lange defini
tief uit de weg te ruimen door allerlei feiten
op te diepen over diens gedrag in de
Vlissingse bakkerij: een vrouwenkwestie,
hij zou diktatoriaal optreden, baklijsten
vervalst hebben, stiekum van de melk
gedronken enz. Ernstige beschuldigingen,
die ook ernstig genomen werden door de
vrijen. Een onderzoek van hen wees uit, dat
een deel van de beschuldigingen waar was,
maar dat er geen reden was De Lange als
redakteur van De Toekomst te ontslaan.
Korrupt
Met de overplaatsing naar Middelburg
begonnen de moeilijkheden pas goed, want
De Lange was er de man niet naar om
zoiets op zich te laten zitten, ook al moest
hij -door de spanningen overwerkt- enkele
malen rust nemen als redakteur. Hij had
sterk het idee dat de SDAPers hem
probeerden te ontslaan bij de koöperatie,
om De Toekomst monddood te maken.
Hij begon de klerk David Sanderse
(SDAPer) zwart te maken. In augustus
1908 beschuldigde hij E. de Priester van
malversaties en C. v.d. Weel van pogingen
de werkvrouwen over te halen tot zekere
handelingen. Het hele bestuur was kor
rupt. Er was veel mis in 'De Broederband'
en daar waren de korrupte SDAPers de
schuld van. Het werd er niet beter op toen
'De Vooruit' op initiatief van Jan
Onderdijk besloot ook een koöperatieve
bakkerij op te richten.
Er kwamen persoonlijke aanvallen op De
Lange en hij begon Louw Onderdijk en
Eliza de Priester op straat uit te jouwen.
Maar de beschuldigingen tegen het bestuur
van 'De Broederband' kon hij niet waar
maken. Daarom stapte hij in november
1908 op na een gesprek met zijn kollega's.
Hij bleef echter lid van 'De Broederband'
en daardoor bleef het nog jaren onrustig in
de koöperatie. Op de SDAPers was De
Lange des duivels, vooral toen hij in het
begin van 1909 ook nog eens tot een boete
werd veroordeeld wegens smaad tegen de
Tilburgse SDAP-propagandist Elffers. In
februari 1909 werd De Toekomst het
drukwerk voor 'De Broederband' ontno
men. Dat zette geweldig kwaad bloed,
zodat De Lange, de anarchist, zelfs gir\g
stemmen om Louw Onderdijk uit de
gemeenteraad te houden: Liever conserva
tief dan S.D.A.P.'sch! Waar we ook maar
eenigszins kunnen zullen we ze trappen. Dat
hebben de broodroovers en ketterjagers ten
volle aan ons verdiend.
Hij begon in de Teerpakhuizenstraat, niet
de meest voorname straat van Middelburg,
een handel in 'aardapellen', groenten en
kippevoer.
Bert Altena
Het nostalgische belletje tingelde nog een tijdje na.
'Comestibles', stond op de etalageruit van het winkeltje.
Een dikke man hing over de toonbank en stond uitgebreid de krant te lezen.
Bij mijn binnenkomst vouwde hij deze zorgvuldig op en zei:
'N'avond, wat mag ut weze?'
'Goedenavond meneer. Ik ben van het maandblad Nieuw Zeeland en ik
wilde weten of U belangstelling heeft om een advertentie te plaatsen.'
Hij ging rechtop staan en keek me met halfdichtgeknepen ogen
onderzoekend aan.
'Wat mot ik mee een advertentie?' vroeg hij onwillig.
'Ik liever da je wat kopt.'
'Ja, ja, dat begrijp ik', zei ik haastig.
'Maar U moet niet vergeten dat je pas gaat verkopen als je bekendheid geeft
aan je zaak. Vandaar die advertentie, ziet U.'
Hij haalde zijn schouders op, niet overtuigd.
'Limme mè is kieke', zei hij, 'want die krante van joe ken ik glad nie.'
Ik haalde een stuk of vijf exemplaren voor de dag en verschafte hem uitleg
over de artikelen die erin stonden, de bedoeling ervan, de oplage en de prijs
van de advertenties.
Hij ging alles eens op z'n gemak staan bekijken, met zijn ellebogen op de
toonbank geleund, soms goedkeurend knorrend, soms met z'n hoofd
schuddend.
'Die moste ze opange', zei hij resoluut, wijzend op Lubbers.
'Dat kan gebeuren', zei ik, 'als ik U nu abonnee maak van de krant.
Want hoe meer mensen er achter staan des te meer invloed heb je.
Het kost U vijfentwintig gulden per jaar.'
'Ja ja, jie verkopt ut goed', zei hij schaterend.
'As ik wist dat ut waer was kocht ik zö je handel op.
Allé vooruit, voe êên keer wil ik dan wè een advertentie zette.
Da krantje wor ier op 't durp toch ok eleze, anders eit gin zin natuurlijk.'
'Zeker', zei ik haastig. 'Er zijn behoorlijk wat mensen hier die abonnee zijn,
en op zo'n dorp gaan die dingen toch snel van hand tot hand, dus dat is geen
probleem.'
'Wie is dat?'
De schelle stem kwam uit de kamer achter het winkeltje.
De man kreeg even een schichtige blik in de ogen en riep naar achteren:
'Een klant.'
Een deur ging open en een jongetje van een jaar of zes liep de winkel in.
Een voorpost, op verkenning gestuurd.
'Donder jie is op en gi is trug ni je moeder vooruit, vlug', snauwde de man.
Hij fluisterde: 'doe mè een kleintje zonder geouwehoer. Zet mè: Doe maar
gewoon en koop daarom bij Toon.'
Het jongetje drentelde naar achter en verdween in de kamer.
Terwijl ik bezig was een en ander te noteren ging andermaal de deur van de
kamer open en kwam een vrouw van een jaar of vijfenveertig de winkel in.
Met een felle blik in de ogen ging ze voor de man staan.
'Wat heb ik je nou laatst nog gezegd lui', schreeuwde ze met een duidelijk
haags accent. 'Goeienavond meneer', dit terzijde tegen mij.
'Dit zouden we niet meer doen. Je weet zelf dat we bijna niet te vreten
hebben met dit kolere winkeltje omdat jij te lui bent om je poten uit te
steken. En dan ook nog geld uitgeven voor die rotzooi.'
'Ach meneer', zei ze klagend, 'Al vijfendertig jaar hangt hij hier over de
toonbank en als je denkt dat er iets uitkomt. Met een beetje mazzel hadden
we nu een grote supermarkt. Maar met zoiets
Ik stak mijn boekje terug in mijn zak.
'Het gaat niet door dus', zei ik tegen de man.
Hij haalde verontschuldigend de schouders op en glimlachte aarzelend:
"t Wuuf is de baas zei hij.
Het had me niet verbaasd als ze op dat moment op hem gespuugd had.
Raats
14