B.V. Angst en Druk
De productieprikkels van Dow Chemical
ond
Zij
rondlopen. In de ca
hebben doorgaans 'sfèdAts uit te voCfèn
.,Er zuilen weinig bedrijven te vinden i\j
handarbeiders heeft ^^ontevredenheid een goer
leiding hen opdraagt.
De democratie is tenslotte niet tot de bedrijven doorgedrongen. Hoewel tot voor kort vrijwel ni
werken er bij Dow Chemical in Terneuzen nogal wat handarbeiders die nog weer meer redenen hebben om
ongelukkig te zijn met de manier waarop de leiding het maximale rendement uit zijn mensen probeert te halen.
Uit een onderzoek komt naar voren dat dit grootste bedrijf van Zeeuws-Vlaanderen de mensen zeer succesvol
naar zijn hand weet te zetten. Dat komt dan door een produktieproces dat een te grote werkdruk oplevert en
door een personeelsbeleid dat werknemers bang voor elkaar maakt. Wat maakt Dow Chemical tot een soort
B.V. Angst en Druk?
i,f«,-j
.4.-<*&»
pp» "V
Bij de vakbonden kwamen, en komen,
regelmatig klachten van werknemers bin
nen over Dow Chemical. De bonden
kunnen daar niets mee doen, want Dow
weigert al sinds 1978 met de bonden te
praten. De directeur sociale zaken van
Dow zegt bijvoorbeeld: 'Wij zijn niet anti
vakbond, zoals door buitenstaanders wel
eens is beweerd. In beginsel vinden wij
vakbonden een goede zaak. Maar, op het
ogenblik dat de vakbonden een politieke
machtsstrijd willen voeren, ontstaan er wel
moeilijkheden. De directie is in eerste
instantie verantwoordelijk voor het beleid
dat wordt gevoerd. Die verantwoordelijk
heid zullen wij niet uit handen geven.
Dat doet Dow dan ook niet. Het bedrijf
heeft de bonden helemaal uitgeschakeld.
Zelfs C.A.O.-onderhandelingen staan niet
meer bij Dow op de agenda. Met de
werknemers sluit het bedrijf individuele
arbeidsovereenkomsten (i.a.o.'s).
'Een C.A.O. leidt', zo meent de Dow-
directie, 'tot vertraging en mogelijk blokke
ring van allerlei veranderingen die we als
onderneming willen doorvoeren. Als bedrijf
willen we niet gehinderd worden bij de
invoering van veranderingsprocessen, waar
mee we bezig zijn of die we voornemens zijn
uit te voeren.'
Uit vakbondsstandpunt bezien is het dan
ook logisch dat naar manieren werd
gezocht om weer enige macht bij Dow te
krijgen. Een onderzoek zou wel een of
meer handvaten bieden, zo hoopte de
Industriebond FNV. Onder leiding van
Arie de Kool van het Interuniversitair
Instituut voor Normen en Waarden in de
Samenleving gingen bij het bedrijf werken
de kaderleden van de FNV aan de slag. Het
resultaat is om twee redenen interessant.
Het onderzoek legt de denkbeelden bloot
die aan het produktieproces bij Dow ten
grondslag liggen en het geeft aan hoe Dow
die denkbeelden in de productiepraktijk
toepast.
Heksentoer
In een toelichtend gesprekje op het
Rotterdamse instituut meldt Arie de Kool
dat meteen aan het begin van het
onderzoek al een cruciaal probleem
opduikt.
'De samenstelling van een representatieve
groep bleek een heksentoer te zijn. De
mensen durfden in tegenwoordigheid van
anderen hun mond niet open te doen; ze
waren bang dat 't werd doorgebriefd aan de
leiding. Daarmee heb je een belangrijk deel
van het probleem al geformuleerd.
Toch ontstaat er een groep, die alle
afdelingen in het bedrijf, waar handarbei
ders werken, vertegenwoordigt. Ze gaan na
wat de oorzaak kan zijn van veel
voorkomende klachten als: 'altijd moe',
'een te grote werkdruk', en 'voortdurend
opgejaagd'.
In het onderzoeksverslag schrijft Arie de
Kool bij dit onderzoek met heel andere
problemen te zijn geconfronteerd dan bij
andere onderzoeken op vergelijkbaar
gebied.
'Tot dan toe hadden we steeds van doen
gehad met werknemers die enerzijds goed
wisten in bepaalde opzichten van het bedrjf
afhankelijk te zijn, die zich ook met aspecten
van het bedrijf verbonden voelden, maar die
zich er ook van bewust waren, dat de
afhankelijkheid wederzijds was. Ze kenden
het belang van hun kwalificaties voor het
bedrijf en ze ontleenden daaraan een zekere
macht en een zeker zelfbewustzijn, die ze
ook wilden verdedigen, bijv. tegen aan
tasting van die positie door automatiserings-
projekten.
Bij Dow krijgt de Kool met machteloze
mensen ze maken. Of, zoals het in het
onderzoeksverslag staat:
'De vraag werd dan ook met veel emotionele
kracht gesteld: het deugt hier niet, overal om
ons heen zien we collega's kapot gaan, maar
niemand durft zijn mond open te doen, want
er zijn zeker privileges en die durft niemand
in gevaar te brengen door ook maar na te
denken over wat die priviliges hen kosten.