sAninja 4alle perken te buiten Dankbaar en blij geven wij U kennis van de geboorte van onze dochter. Wij noemen haar Haar geboortenamen zijn Aninja Maria Magdalena Antoinette J. L. Meersschaert M. W. Bolleman daarvan was de heer Jacobse niet op de hoogte. Toch moet bij de afgifte van een bevel tot inverzekeringsstelling aan een aantal be langrijke voorwaarden worden voldaan, verzekert ons de heer Theo Leenders, werkzaam bij het Bureau voor Rechtshulp Zeeland. 'Met name moet er sprake zijn van een ernstige verdenking en het moet in het belang van het onderzoek zijn dat een verdachte wordt ingesloten.' Verder zegt Leenders, het toepassen van een dergelijk zwaar middel een vreemde gang van zaken te vinden, daar bij zijn weten nog nooit eerder tot aanhouding is overgegaan bij een vermoeden van steunfraude in het geval van een ekonomische eenheid. Deze gang van zaken rond Meerschaert en zijn vriendin wordt des te vreemder als ons door de heer Van Schaik, wethouder van sociale zaken van Axel wordt medegedeeld dat 'inmiddels is besloten om in het geval van mevrouw Bolleman niet tot aangifte bij justitie noch tot een terugvordering van bijstand over te gaan. Met betrekking tot de handelswijze van de sociaal rechercheurs voor zover deze de aanhouding van Meersschaert betreft, wijst hij alle verantwoordelijkheid van de hand. 'Het gaat hier om een beslissing van Terneuzen', verklaart hij. 'Met betrekking tot de te volgen procedure bij dergelijke zaken toont wethouder Van Schaik zich voorstander van een andere aanpak: 'Ons beleid is om eerst met de mensen te praten' zegt hij, 'en op basis van dat gesprek een beslissing nemen.' Soortgelijke reakties komen er ook van de direkteur van de Sociale Dienst te Vlissingen mevrouw De Heer, groepchef van de Sociale Dienst te Middelburg de heer Lambermont en de direkteur van de gemeentelijke Sociale Dienst te Goes de heer Bongenaars. Allen verklaren nog nooit eerder in hun praktijk een dergelijke aanpak te hebben meege maakt. Mevrouw De Heer, voorheen werkzaam in Den Haag, zegt: 'Ik vind het een handeling die alle perken te buiten gaat. Uiteraard is de eerst verantwoordelijke voor een dergelijke aanpak de Officier van- Justitie, maar als direktie teken je niet voor niets vóór iets in onderzoek naar de sociale rechercheur gaat'. Lambermont geeft aan dat indien een dergelijke aanpak 'beleid' zou gaan worden, hij daar de grootste moeite mee zou hebben. Bongenaars zegt: 'Ik ben uitermate verbaasd en keur een dergelijke aanpak niet goed. De heer Burgers, adjunkt-direkteur van de Sociale Dienst te Terneuzen verklaart desgevraagd 'dat de dienst niet verantwoor delijk is voor de wijze waarop sociaal rechercheur Baart als politiefunktionaris zijn werk doet.' Inhoudelijk wil hij niet op deze zaak ingaan, daar de feiten hem onbekend zijn. Verder verklaart hij dat deze zaak eerst naar de buitendienst is geweest, konform de in Terneuzen afge sproken procedure. 'Deze hebben kenne lijk geoordeeld dat er een nader onderzoek nodig was', zegt hij. Omdat Baart'sdirekte chef de heer Hindriks, korpschef van de Terneuzense gemeente-politie is vragen wij Hindriks om een reaktie. Het antwoord: 'Ik praat niet over het funktioneren van een individuele agent met u. Met betrek king tot de gang van zaken rond dit onderzoek moet u in Hulst zijn.' N.Z.: 'Maar u bent toch zijn direkte chef en op grond daarvan de verantwoordelijke persoon voor zijn funktioneren?' Hindriks: 'U moet in Hulst zijn.' We herhalen onze vraag. Hindriks: 'Het dringt kennelijk niet tot u door, u moet hiervoor niet bij mij zijn.' Kennelijk komt het er in de praktijk op neer dat een door de Sociale Dienst betaalde sociale rechercheur, die tevens politiefunktionaris is, kan handelen naar eigen goeddunken. Richtlijnen hoever hij mag en kan gaan vanuit de Sociale Dienst zijn er niet, en over het funktioneren van een individuele agent valt niet te praten Omdat wij ons herinneren dat in verband met een dergelijke zaak in de gemeente Oudenbosch nog niet zo lang geleden door mevrouw Ria Beckers van de P.P.R. in de Tweede Kamer vragen zijn gesteld vroegen wij naar de uitkomst daarvan. Marion van Leeuwen, fraktie-medewerkster zegt dat het antwoord van staatssekretaris De Graaf 'nogal wazig' was over de betrok kenheid van de rijkspolitie in deze zaak. Het ging hier over iemand die drie uur had vastgezeten op het bureau. Verder zegt mevrouw Van Leeuwen 'Ook mij zijn binnen de Haagse politiek geen gevallen bekend waarbij men is overgegaan tot het gebruik van het middel inverzekeringsstel ling.' De grote vraag bij dit alles blijft of de aanpak van de Zeeuwsvlaamse sociale rechercheur beleid wordt of dat het hier slechts om een incident gaat, met alle gevolgen voor de betrokken personen. Immers, Meersschaert's relatie tot zijn hospita wordt er door vertroebeld omdat ook déze wordt aangepakt door sociaal rechercheur Baart. Verder is hij na zijn vrijlating dusdanig onder de indruk van de toegepaste methode én van de suggestie dat hij ieder moment opnieuw kan worden aangehouden, dat hij de raad van Baart om zich na zijn vrijlating in Axel te vestigen, opvolgt. Dit temeer omdat hij van Baart te horen krijgt dat hem in Terneuzen toch geen uitkering meer zal worden verstrekt! Onder druk van deze kombinatie van faktoren en uit onwetendheid over wat hij tegen deze gang van zaken kan onderne men trekt hij uiteindelijk als kostganger bij zijn vriendin in. Op zijn aanvraag om uitkering bij de gemeente Axel krijgt hij in april te horen, dat hem per maand een uitkering vanƒ735,- zal worden uitbetaald, omdat wordt aangenomen dat hij met zijn vriendin nu een ekonomische eenheid vormt. Dit laatste is bij Meersschaert de druppel die de emmer doet overlopen, hij voelt zich door Baart flink ingepakt en besluit dat het nu tijd wordt om zich van deskundige hulp te verzekeren. Hij vestigt zich opnieuw te Terneuzen, en besluit om uit de anonimi teit te treden: 'Ik hoop hiermee te bereiken dat andere mensen dit nooit overkomt', zegt hij. Inmiddels overweegt Meersschaert een schadeclaim in te dienen bij de rechtbank te Middelburg wegens het feit dat hij vindt ten onrechte te zijn gearresteerd. André van Himme 7

Tijdschriftenbank Zeeland

Nieuw Zeeland | 1985 | | pagina 7