er is begrip voor de jeugd,
die uit de race dreigt te vallen....
voor het eten, bijbellezing en zondags naar
de kerk. Het internaat staat inmiddels te
koop.
De Volle Evangelische Gemeente, heilzaam
in het Arnemuidse bezig met de neurotische
genezing van homofielen, heeft de kans
voorbij laten gaan (door zelf een voorzie
ning, met steun van de gemeenschap
overigens, te bouwen) om de al misbruikte
gebouwen in Wemeldinge te benutten. Naar
verluidt mogen alle onderwijzers die anders
zijn en persé op een bijzondere school willen
werken, hier leren geen aanstoot te geven,
als ze voor de klas staan.
Het Huiskamerproject voor Drugsverslaaf
den in Vlissingen wordt zo langzamerhand
bijna helemaal gerund door de Pinkster
gemeente. De Vereniging Kinderzorg be
roept zich op een evangelie, maar stelt dat
deze grondslag van geen betekenis is bij de
aanname ven het personeel en bij het
plaatsen van kinderen. De evangelische
grondslag dient wel gerespecteerd te
worden.
Misschien hoeven de kinderen bij Kinder
zorg geen bijbeltjes te lezen, ik hoop 't.
Duidelijk zal het in elk geval zijn dat ik
tegen de achtergrond van een overwegend
confessionele jeugdhulpverlening pleit voor
een jeugdzorg die niet gebonden is aan een
kerkelijke overtuiging en die meer een
afspiegeling is van de bevolking (ga nu
eindelijk eens het lidmaatschap van dat
kerkelijk genootschap, waarop overheids
subsidies aan de kerken zijn gebaseerd,
schrappen bij de burgelijke stand).
Goedkoop
De ongebonden, ambulante hulpverlening
van instellingen als JAC, Releas en Sosjale
Joenit bestaan inmiddels al meer dan
vijftien jaar. In die tijd hebben ze bij de
landelijke overheid waardering weten te
oogsten, zoals blijkt uit de rijksnota
Jeugdbeleid van september 1984:
'In deze fase is het van belang dat jongeren
een beroep kunnen doen op adviserende
instanties, waarmee ze zich verbonden
voelen. Als zodanig' zijn kindertelefoons en
jongeren adviescentra van belang. De
jongeren-voor-jongeren-aanpak spreekt hen
aan.'
Nu is de overheid wel aan zichzelf verplicht
om meer aandacht te besteden aan de
ambulante zorg, gezien de forse bezuinigin
gen op ander gebied in de welzijnssfeer,
waardoor waardevolle voorzieningen grof
de nek konden worden omgedraaid. Om
niet iedereen met deze bezuinigingen te
ontmoedigen, schiep de landelijke overheid
de pot 'aanvullend en nieuw beleid'. Op
deze manier kan de overheid laten zien toch
vaderlijke aandacht voor de bedrukten te
hebben en zijn ze nog goedkoper uit ook.
Uit deze pot kreeg de provincie 3,3 ton voor
dit jaar en daarvan profiteren onder meer
het JAC en de kindertelefoon. Voor dat
geld zou een coördinator twee jaar lang 32
uur per week in dienst van het JAC zijn.
18
G.S. ziet het als experiment. Zij hopen dat
de coördinator buiten de werving en
begeleiding van vrijwilligers de bereikbaar
heid van het JAC kan vergroten en de
voortgang van de hulp en dienstverlening
zeker kan stellen.
Hoeksteen
De gemeenteraad van Terneuzen beslist in
september over de gemeentelijke bijdrage
van tien procent voor de coördinator. De
welzijnsportefeuille is in handen van
CDA-wethouder Van Rooyen. De houding
van het CDA zal dan ook een beslissende
zijn. De socialisten zijn voor de versterking
van het JAC en verwacht mag worden dat
het CDA de eigen wethouder steunt tegen
het JAC. De twee vrijwilligers en de huidige
twee stagiéres zijn er niet gerust op;
tenslotte staat de hoeksteen van de
samenleving mede ter discussie en dan is
alles mogelijk.
Hier komt bij dat in het verleden de
gemeente Terneuzen nimmer een beroep op
de rijksbijdrageregeling heeft gedaan, om
dat zij tot nu toe het motto hanteert dat deze
vorm van hulpverlening pas goed is als het
een vrijwillige blijft.
Daar het JAC in een behoefte voorziet, mag
blijken uit het feit dat de jeugd tussen de 14
en 20 jaar, maar voornamelijk 17- tot
19-jarigen deze instelling weten te vinden.
De afgelopen vakantieperiode bijvoor
beeld, kwamen er vijftig om hulp vragen.
Opmerkelijk daarbij is het grote aantal uit
Walcheren afkomstige kinderen: tien. Ge
middeld twintig procent van de hulpvragers
is afkomstig uit Walcheren.
Dat geeft te denken, want alleen doorzetters
komen tot Terneuzen. De groep die op
Walcheren en de Bevelanden nergens
terecht kan, zou wel eens veel groter kunnen
zijn, maar dit terzijde. Een JAC komt
voornamelijk in de publiciteit als er weer
eens een van huis weggelopen kind tegen de
zin van de ouders aan een onderduikadres
wordt geholpen. (De vakantieperiode geeft
trouwens wat betreft het weglopen altijd
een piek te zien, ook in Terneuzen). Maar
het is maar één aspect uit het totale
dienstverleningspakket. Het JAC fungeert
ook als informatieadres, het adviseert de
kinderen, verwijst ze desnoods door en
bemiddelt tussen kinderen en ouders,
scholen en instellingen.
Vertrouwen
De algemene doelstelling is de verbetering
van de maatschappelijke positie van
jongeren, want tot nu toe hebben de mensen
die nog niet volwassen zijn volgens de wet
nauwelijks rechten. Zo kan een JAC zich
bemoeien met jongerenhuisvesting en alles
wat daarbij komt en zal het niet schuwen en
op te treden tegen huisjesmelkers. Met de
kraakbeweging worden dan ook goede
contacten onderhouden. Maar ook jeugd
lonen, uitkeringen en rechtspositie hebben
de aandacht.
Dit gebeurt allemaal zo'n beetje vanaf de
rand van de samenleving: er is begrip voor
de jeugd die uit de race dreigt te vallen. Deze
houding en het standpunt dat hulpverlening
in strijd is met dwang brengt het JAC vaak
in conflict met ouders, kinderbescherming
of andere justitiële hulpverlening.
Als individuele hulp niet werkt en overleg
met de overheid evenmin, dan schuwt het
JAC de publiciteit niet om toch het
gewenste doel te bereiken. Zo is ondermeer
bereikt dat het verbergen van minderjarigen
onder bepaalde voorwaarden niet strafbaar
is, terwijl een regeling voor bijstandsverle
ning aan weglopers werd afgedwongen als
ouders hun kind niet kunnen of willen
onderhouden.
Voorop staat dat het JAC niet voorbij mag
gaan aan het vertrouwen dat de jeugd,
meisjes komen er meer dan jongens
overigens, erin stelt. Dat is vaak roeien
tegen de stroom in, want de overheid voert
een jeugdhulpverleningsbeleid, waarin bu
reaucratische en gekunstelde taakafbake
ningen op instellingsniveau vóór de behoef
ten en vragen van jongeren gaan. Het JAC
houdt zich zo ongeveer met alles bezig,
waarmee de jeugd tobt en kan dan ook geen
bureaucratische taakafbakeningen accepte
ren.
Met de gemeentelijke verkiezingen in
aantocht en in het achterhoofd de weten
schap dat 1985 het Internationaal Jonge-
renjaar is, zou je haast denken dat
Terneuzen niet in de fout kan gaan.
Ton Besselink
met dank aan Joop de Smet.