Delta moet 'wetland' worden
In de periode na de oorlog is het
gezicht van het hele zuidwestelijke
Deltagebied voor het overgrote deel
bepaald door economische facto
ren. De Delta kreeg een zwart
gezicht.
Nu mag het belang van de natuur
van groter gewicht zijn geworden,
dat moet ook in beleid worden
omgezet. Dat gebeurt nog nau
welijks, vindt de Zeeuwse Milieu
Federatie (ZMF). De hele Delta
zou moeten worden bestempeld tot
beschermd gebied, tot een zoge
naamd wetland.
Donderdag 6 februari is de ZMF
een van de deelnemers aan een
symposium over de natuur in de
Delta. Flet vindt plaats in Roosen
daal onder de titel:
De Delta, Ondeelbaar.
De ZMF vormt met nog zeven natuurclubs
het Delta-overleg. Ze leggen in een knel
puntennota de vinger op de wonden in de
natuur. Op het symposium is de nota de
basis voor de diskussie. Ze staan niet zo
ang stil bij de enorme vernietiging van
Zeeland en de industrialisatie. Er blijft nog
veel over en de nieuwe situatie, na de Delta
werken, kan ook voor nieuwe natuurgebie
den zorgen, menen de natuurvrienden.
Het Deltagebied wordt overigens ruim
genomen: van Rijnmond tot en met
Antwerpen en van Zeeuws-Vlaanderen tot
en met West-Brabant. Dit gebied van zout
en zoet water, van regelmatig droogval
lende platen en slikken, met schorren,
dijken, welen en kreken is ondanks de
vernietiging nog steeds een natuurgebied
van internationale betekenis. En dat moet
zo blijven, vindt het Delta-overleg.
Willekeurig
Een brede samenhangende visie van de
overheid ontbreekt echter. Er moet beter
beschermd en gepland worden en bij de
afweging van de belangen moet de overheid
ook een volwaardige rol toekennen aan het
natuurbelang. 'Tot nu toe is niet zozeer het
natuurbelang als wel de economische factor
steeds bepalend geweest voor het wel of niet
honoreren van ambitieuze ruimtelijke
claims', schrijft het Delta-overleg.
'Na de naoorlogse expansieperiode wordt
het thans tijd dat de verandering en
waardering voor natuur-en milieuwaarden
wordt vertaald in beleid. Natuur en milieu
in het Deltagebied worden te veel gezien als
draagvlak voor allerlei activiteiten.' Activi
teiten die strijdig zijn met natuurbelangen,
dus.
Tot nu toe beschermt de overheid slechts
delen en ook dat laat te wensen over. In de
meeste streekplannen en sectornota's is
niets te bespeuren van enig verband met
andere delen van de Delta. 'Voor ieder
gebiedje, vaak bepaald door niet-natuur-
lijke, vaak willekeurig getrokken admini
stratieve grenzen wordt een plan gemaakt',
constateert het Delta-overleg.
'Het grootste euvel is gelegen in de poging
een bestuurlijk bepaald gebied-, provincie,
gemeente- zo mogelijk alle problemen op te
laten lossen. In de praktijk komt het er dan
op neer dat alle gemeenten een zo groot
mogelijk deel van de recreatie-, industrie-,
en woningkoek willen inpikken, er vaak aan
voorbijgaand dat daardoor het draagvlak
van natuurwetenschappelijke elementen
onnodig wordt belast.' Ze zeggen het wat
ingewikkeld, maar ze bedoelen gewoon dat
men natuurterreinen opoffert voor indus
trie en vermaakcentra voor toeristen.
Straffen
Uitgaande van het standpunt dat de grote
natuurlijke verscheidenheid in de Delta
positief bijdraagt aan het bestaan, pleit het
Delta-overleg voor een duurzamer beleid
met meer overzicht op de gevolgen van een
besluitje op de Delta als geheel. Een goede
planologische bescherming is in de eerste
plaats nodig, want eenmaal vastgestelde
bestemmingsplannen worden nu te vaak
met voeten getreden, ook door gemeente
besturen.
Er zijn namelijk geen wettelijke mogelijkhe
den om de overtreders te straffen. Strenge
sancties zijn noodzakelijk, vindt het Delta-
overleg.
Op langere termijn is aanwijzing van het
hele Deltagebied als zogenaamd Wetland
een voorwaarde voor behoud en verster
king van de natuurwaarden.
'Niet slechts de Oosterschelde of het
Markiezaatsmeer verdienen de status 'Wet
land', maar juist het Deltagebied als geheel
vanwege de vele ecologische relaties tussen
land en water'. 'De Nederlandse overheid
heeft zich met de bekrachtiging van de
Ramsarconventie bereid verklaard een halt
toe te roepen aan de toenemende aantasting
van de watergebieden. Bij deze intentiever
klaring is het echter gebleven', constateert
het Delta-overleg.
Nederland bekrachtigde het internationale
verdrag van de Ramsarconventie van 1971
pas negen jaar later, in 1980. Het valt
makkelijk te raden waaro'm de overheid er
niet voor voelt om de Delta tot Wetland te
bestempelen: de handen moeten vrij blijven
om direct geld opleverende activiteiten niet
te blokkeren. Waarmee weer blijkt dat bij
afweging van belangen de natuur niet de
volwaardige rol krijgt die ze zo langzamer
hand toch wel moet krijgen.
Ad de Jong
21