Treffers en Poedels
Het einde van het Badseizoen.
Ongevraagde copie
De vrouw aan het woord
H. M. de Mode.
6
ONS ZEELAND
t Wordt stil aan de stranden van Zeeland,
zij gaan zich van drukte ontdoen,
de Zuidwestenwind wordt nu kouder,
nóg kouder dan vaak in 't seizoen.
Het strandzomerfeest raakt ten einde
en droevig-vroeg wijkt reeds het licht,
een motregen daalt nu onhoorbaar
kletsnat op des blijver's gezicht.
't Was druk in de zomersche dagen,
't krioelde op 't strandzand dooreen,
de zee trok weer duizenden menschen
en duizenden gingen weer heen.
't Was zonnig, het zand van de duinen,
dat rendez-vous, achter het strand;
door menige badgasten-strandflirt
kwam weer een verloving tot stand.
Hoteldirecteuren die tellen
het geld dat hen netto nog bleef;
ze zetten een streep en ze sluiten
voldaan, met een glimlach, hun safe.
De menschen-met-fototoestellen,
de baders en spelers-in-'t-zand,
de duizenden bruine gezichten,
die keerden terug naar hun land.
In 't wier van een golfbreker schemert
verscholen, beteekenisvol
'n papier en een houten geraamte:
de rest van een strandparasol!
Heel stil en heel zacht daalt de avond
en drukt onze stemming terneer;
de hemel wordt zwart en gesloten,
als kwam er de zomer nooit weer.
De regen sproeit stadig omlaagtoe,
niéts geeft nu impressie meer mee
dan 't eeuwige ruischen der golven
en t wondere lichten der zee....
WILLEM TELL II.
wordt alleen teruggezonden als de inzender
daarvoor porto insluit
Souvent femme varie", luidde het oude Fransche
gezegde, dat bepaald slechts doelde op ons steeds ver
anderend uiterlijk, want de Franschman was toch
steeds tè hoffelijk, om de Vrouw overigens ook maar
eenige grilligheid te durven toeschrijven. Aan wie(n)
de schuld, dat ons uiterlijk in den loop der jaren al
meer en meer veranderingen ondergaat? Dat onze sil
houette telken jare opnieuw gewijzigd wordt, dat zelfs
onze haren niet met rust gelaten worden, dat wij ons
zelve nauwelijks herkennen van foto's, die 5 a 6 jaar
geleden gemaakt werden? De Mode. Ja, de Mode
regeert ons. Maar waarom hebben wij dan ook een
maal ons mooi nationaal costuum afgelegd en ons aan
den wil dier machtige vorstin onderworpen? Nü kun
nen wij ons woord niet meer breken, nü moeten wij
haar volgen, nü moesten we ,,bois de rose" dragen, al
stond het ons absoluut niet, dezen zomer. Anders wer
den we immers door onze medemenschen bij de anti
quiteiten gerangschikt! En welke vrouw stelt daar nu
prijs op? Düs zijn we allen slaafsche volgelingen ge
worden.... eigenlijk toch wel héél erg!
Met een diepe zucht kijk ik even op van mijn papier,
den tuin in. Vlak voor het raam zie ik een zilv'ren
draadje, zachtkens zweeft het heen en weer. Een
Herfstdraad reeds! En...., die juist dreigde opstan
dig te worden, word door dat kleine draadje zacht wee
moedig gestemd. Ach, dat nu die blijde zomer weer
haast voorbij is. en onwillekeurig moet ik denken
aan zooveel wat voorbij ging. tot eindelijk mijn blik
weer valt op het woord, dat ik boven dit artikel schreef:
H, M. de Mode. En met schrik besef ik, dat Mevrouw
Mode geen tijd heeft, om te peinzen over wat heen
is gegaan. Voor haar is de Herfst een nieuw „seizoen",
zij moet iets nieuws brengen, nieuwe modellen, nieuwe
kleuren. Wat zal het nu weer zijn? Ze maakt het ons
hoogstwaarschijnlijk ditmaal niet zoo bar moeilijk. De
japonnen zullen wel eenvoudig blijven, zoodat een niet
al te onhandige vrouw ze best zelf kan maken. Het
lijfje glad met lange mouwen en kraag en polsgarnee-
ring van bont, lint of kant. De rok geplooid, geplis-
seerd of ingehaald. Ook zullen we veel ingezette zij
stukken zien, van dezelfde stof, maar op andere wijze
geknipt. De mantelpakjes hebben korte mantels en
rokken met naar binnen vallende plooien, zoodat ze
nauw schijnen. Veel ruiten-stoffen zullen nog gebezigd
worden, voornamelijk in grijs en beige, ook laken met
een smal streepje. Lange mangels worden van dezelfde
stoffen gemaakt, veel met zij-plooien en zakken. Het
heeft er vocrloopig allen schijn van, dat we onze hoe
den van verleden jaar nog zullen kunnen dragen. Wat
zal dat voordee'ig zijn! Bij de kleine togues dragen
de Parisiennes weer de ouderwetsche voile, maar ze
zorgen deze in dezelfde tint, als de hoed te hebben.
Als bontgarneering voor onze mantels zal grijs astra
kan zeer gewaardeerd worden, terwijl de bloem er op,
het nog steeds goed „doet", De mode-kleur zal wel
rood zijn, in al zijn nuances, terwijl de combinatie
zwart-rose voor avondtoiletjes een aardig effect maakt.
Ten slotte heb ik gezien, dat Brusselsche dames slechts
één snoer parelen meer dragen en dan vaak op den
rug afhangend en bijeen gehouden door een goud
schuifje, zooa's vroeger de horlogekettingen werden
vastgehouden. Of het mooi is, laat ik aan mijn leze
ressen over te beoordeelen. Ik heb U alleen gehoor
zaam overgebracht, wat H. M. de Mode gebiedt!
L. B. M.