MENDER DEP NCCPDePCEP ONS ZEELAND A, C. v. d. REST, Ass.-Apotheker 2 hun macht hebben) en dat we op den duur niet be hoeven te komen tot een lijvig reglement op het snel verkeer, dat niemand meer last kan bezorgen dan de auto- en motorbestuurders zelf. Ook in een ander onderwerp van mijn vorigen brief vind ik nog aanleiding om er thans op terug te komen. Men zal zich herinneren, dat ik een week geleden met vreugde constateerde, dat de malaria-epidemie vrijwel voor goed van de baan was en minder opgewekt op merkte dit niet van alle epidemieën te kunnen zeggen. In de laatste dagen is dit, behalve door de vroeger ge noemde besmettelijke ziekten van plant en dier, op nieuw gebleken door het uitbreken van typhus te Hoedekenskerke en door een vreemde, zeer gevaar lijke ziekte onder de varkens in Heinkenszand. De typhus, die het eerst geconstateerd werd onder de be woners van een arbeiderskeet van den locaalspoorweg, heeft reeds eenige menschen buiten die omgeving aan getast. Men kan moeilijk op zulke kwesties vooruit loopen, doch de toestand is weinig opwekkend te noemen. Terwijl we dit schrijven, is reeds één slacht offer aan deze ziekte gestorven. De epidemie onder de varkens had ook den dood tengevolge. Men vreest te doen te hebben met pest. Nu ik met mijn gedachten midden in ziekten van allerlei aard geraakt ben, kan ik moeilijk anders dan even het nieuwe R, K. ziekenhuis te Goes in dit opstel betrekken. De grootsche opzet van deze ziekeninrich- ting, waarover^ des tijds nogal een en ander te d'oen is geweest, zai de meesten bekend zijn. Men heeft met den bouw goede vorderingen gemaakt, de eerste vloer die geheel uit gewapend beton bestaat, is deze week gereed gekomen en op 1 October heeft de plech tige eerste steenlegging plaats gehad onder belangstel ling van autoriteiten en particulieren. In het komende jaar zal Goes een nieuw ziekenhuis rijker zijn geworden, dat door een moderne inrichting zich met het beste op dit gebied zal kunnen meten. Voor Katholieken zoowel als voor anders denken den, beteekent deze inrichting voor zieken een mooie aanwinst. „Luctor et Emergo"; de verrader lijke Scheldestroom; het offer aan den waterwolf. Geen sprekender wapen in ons land dan het Zeeuw- sche Een leeuw van geel op een veld van goud ten halverlijve bedolven tusschen zilveren en azuren baren, zooals onze leermeester in de aardrijkskunde altijd met eenige fierheid op zijn heraldische kennis beboogde. Inderdaad, geen ander wapen drukt zoo treffend juist de gesteldheid van onze immer belangwekkende provincie uit, terwijl de spreuk Luctor et Emergo" het embleem als t ware extra onderstreept. Worste len en ontkomen! Doch de belangstellende bewoner van ons gewest behoeft maar even het blad der historie op te slaan of hij stuit al dadelijk op jaartallen, die in hun dor heid belangrijke gebeurtenissen vastleggen, rampen aanduiden, die de altijd knagende waterwolf of storm vloed heeft veroorzaakt. Worstelen, maar niet altijd ontkomen Schouwen kan daarvan meespreken. Het is hier niet de plaats de stormvloeden en dijkvallen te releveeren, die in den loop der eeuwen de thans halvemaan vormige uitgeslepen Zuidkust van Schouwen hebben geteisterd. In den strijd tegen den stormvloed, die in een zwarten winternacht de angstige bewoners naar den dijk deed snellen, bleven de beschuttende groene wallen, hoewel lang niet altijd overwinnaar, maar te gen het verraderlijke knagen van den feilen ebstroom langs den vooroever, won het water het vrijwel altijd. O, de Ooster Scheldestroom vloeit op den gouden herfstavond zoo kalm en vredig langs den dijkvoet en het water weerspiegelt zoo mooi het licht der zinkende zon, maaronverbiddelijk schuurt de ebstroom langs de randen en slijpt en vreet net zoo lang, tot bij het allermooiste weer plotseling een heel stuk dijk wegzakt in de diepte. In vroeger dagen paste men het systeem toe, om achter den waterkeerenden dijk een slaper te leggen, maar dat systeem is na 1860 verlaten. Men past tegen woordig een doeltreffender verdedigingsmiddel toe, n.l. het bekleeden van de oevers met zinkstukken en steenbestortingen. Dit middel is. echter duur. Gere kend mag worden, dat na 1860, na welk jaar deze wijze van ceververdediging in Zeeland bijna uitslui tend werd toegepast, gemiddeld 1 millioen gulden per jaar werd ten koste gelegd aan oever-, strand- en dijksverdediging. Van dat jaartal af heeft Zeeland tot nu toe ruim 100 millioen besteed aan den strijd tegen de zee, en tot het behoud van hetgeen het bezit. Schouwen heeft aan den waterwolf rijkelijk geofferd. Millioenen zijn reeds in het vat der Danaïden gewor pen. Heel begrijpelijk is het daarom, dat de ingelan den uitgezien hebben naar nieuwe bronnen, die aange wend zouden kunnen worden om de hooge lasten op den duur te kunnen blijven betalen. Wat in Walcheren toegepast is, kon men ook in Schouwen aanwenden, n.l. de gebouwde eigendommen in den polder gelegen, ook gaan belasten. Er zit iets billijks in. De niet-landbezitter schuilt evenzeer achter den breede dijkrug, die de golven keeren moet. Reeds zijn door het waterschapsbestuur pogingen aangewend om deze belasting binnen afzienbaren tijd te kunnen innen, maar gemakkelijk gaat het niet, want Geneesmiddelen, Ziekenverplegingsartikeien Breukbanden, Elastieken Kousen, enz. worden door geheel Zeeland verzonden door GROOTE MARKT 9, GOES - Telefoon 168

Tijdschriftenbank Zeeland

Ons Zeeland / Zeeuwsche editie | 1926 | | pagina 2