Uk cr wtutro Echte Zeeuwsche Boterbabbelaars J. B. DIESCH' ONS ZEELAND 3 De beetwortelsuikerindustrie, die na de thans ver dwenen meekrapbereiding is gekomen, vormt tot op den huidigen dag een integreerend deel van onze volks welvaart, waarbij millioenen als kapitaal- en arbeids- loonen betrokken zijn. Achteruitgang of nog erger, ver nietiging ervan, zou een nationale ramp beteekenen. Niettegenstaande het hooge peil den bouw der sui kerbieten betreffend en ondanks de uitstekend toe geruste fabrieken, loopt de bietenverbouw gevaar ach teruit te gaan of zelfs venrietigd te worden, een gevolg van de beschermende maatregelen, die het buitenland neemt ten behoeve der eigen industrie en teelt. Alleen ons land heeft geen beschermende maatregelen geno men, zocdat groote ongelijkheid in de concurrentievoor waarden is ontstaan. De voorzitter der Z. L. M. pleitte op historische gronden in bovengenoemde vergadering, dat het logisch en reëel is, dat men ook in ons land overgaat de suikerindustrie te beschermen. Duizenden verdienen in den peetijd een goed stuk broed bij het uitdoen, vervoeren of laden der bieten, die in enorme hoeveelheden van de zware klei naar de suikerfabrieken in West-Brabant worden vervoerd en het zou zeer te bejammeren zijn, indien deze be langrijke bron van inkomsten van het landbouwend deel onzer bevolking, met name de Zeeuwsche, zoo niet geheel, dan toch gedeeltelijk opdroogde. Indien de toestand werkelijk zoo dreigend is als ze wordt geschilderd, dan zal de regeering zich wel her inneren: Gouverner c'est prévoir! M. d. P. Malaria; verkeer; een zonderling wethouder; een loongeschil op gelost. ,,Ja" en ,,Neen" is een lange strijd, zegt men wel eens, en een verstandig mensch doet er niet aan mee, tenzij hij in het bezit van een behoorlijken feitenvoor- raad den waarborg heeft, dat hij den strijd zal winnen. Tot voor enkele jaren waren de meeningen op Walche ren zeer verdeeld over de vraag: of de strijd tegen de malaria-plaag, zooals die hier was ingezet, tot het ge- wenschte doel zou leiden ja, dan neen. Intusschen werd de strijd voortgezet, niet met woorden maar met daden; niet door maar ondanks Walcheren. Onder leiding van Dr. Hehewerth werd de campagne tegen de anophelis verdeeld over de jaren 1921, '22 en '23 en het ontmuggen van stallen met kracht aan gepakt. In den aanvang stuitte men op verzet, maar gaandeweg werd het aantal weigeringen, om de ont- muggers toe te laten, minder en werden legio muggen gedood. In de jaren volgende op de ontmugging, d.i. '22, '23 en '24 werden de aantallen malariagevallen op- geteekend en nu bleek het volgende. Terwijl de aan tallen voor overig Zeeland stationnair bleven, werden voor Walcheren de getallen geleidelijk minder. Vóór 1921 stond Walcheren nog aangeteekend voor 217 ge vallen. Dat getal daalde in 1922 tot 46, was in 1923 iets lager en wees in 1924 aan slechts 19 gevallen. Er is dus op Walcheren een succes verkregen; veel ten goede veranderd. De neen-zeggers hebben ongelijk ge had. Nu volgehouden! En niet alleen door en bij de boeren; maar ook in de huizen, ook in poelen en plas sen, waar een paar Liters petroleum het jonge broed verderven. Teneinde den lezer eenig idee te geven van den om vang der verrichte werkzaamheden diene, dat in 1921 alleen 4637 ontmuggingen werden verricht. Ook in ander opzicht schijnt een verandering ten goede tot stand te zijn gekomen. Te Serooskerke maakt men zich bezorgd, dat de op komst schijnende wijzi gingen van den verkeersweg den stroom van 't verkeer buiten de kom der gemeente zullen leiden en wordt bij voorbaat het niet wenschelijke daarvan betoogd. En te Biggekerke werd bij monde van een der leden leven dige voldoening uitgesproken over de goede werking der verkeersregelen in de kom der gemeente, waarbij de wensch werd uitgedrukt, dat deze regelen ook zul len gelden voor fietsers. Dat klinkt anders en geeft van juister inzicht blijk, dan de motiveering, waarmee een zeker wethouder zijn stem tegen het plaatsen van een lantaarn deed vergezeld gaan, toen hij zei: ,,Ik kom 's avonds nooit op 't dorp." (Historisch!) Dat het veronachtzamen van de regelen van 't ver keer zich aan den overtreder wreekt, ondervindt men dagelijks, en ik geloof niet, dat dit een speciaal Wal- chersche ervaring is, al moet worden geconstateerd, dat de jongste week door verkeerd uitwijken van fietsers en uitspringen door trampassagiers meerdere ongeval len zijn voorgekomen. Wanneer zullen de menschen toch eens voorzichtig worden? Hoe gelukkig steekt bij zulk een houding af de poging van zoo menig gemeen tebestuur, b.v. dat van te Middelburg te vorigen jare, toen ze er poogden het hoekhuis: Seisstraat-Seisplein aan te koopen, om daardoor ten gerieve en tot veilig heid van het publiek een verkeersverbetering aan te brengen, t Schijnt, dat er nu kans bestaat, dat die er alsnog komt. Laat ons hopen. Dezen krabbel kunnen we gelukkig eindigen met een verblijdend bericht. Inzake het reeds zoo lang han gende loongeschil tusschen de Directie van de Maat schappij „De Schelde" en de georganiseerde werk nemers is door eensluidend advies van den Alg. Ned. en den R. K. Bond van Metaalbewerkers om de voor gestelde regeling aan te nemen, eindelijk de beslissing gevallen. y. MET QOUD BEKROOND Alleen echt met het merk J. D. CHOCOLATERIE „IN DEN ZOETEN INVAL" LANGE BURG C 110 MIDDELBURG Bestellingen boven f 2.50 franco

Tijdschriftenbank Zeeland

Ons Zeeland / Zeeuwsche editie | 1926 | | pagina 3