Hoe men elders lacht 12 ONS ZEELAND MMi; Buurman: „Hallo, Pieterse! Ik merk dat je vrouw weei thuis gekomen is?" (London Opinion). Ouwe George (in wanhoop): „Ik vraag je, hoe kun je nou zien wie van hen den poot en wie den vleugel van de kip moet hebben?" De ridder (tot de maagd, die achtergelaten is als offer voor den draak): „Vrees niet, schoone maagd, ik ben gekomen om u te verlossen en mede te nemen." De maagd: „Ik dank u hartelijk maar ik zal toch maar liever op den draak wachten." (Passing Show). Moeder: Dicky, waarom heb je me niet verteld, dat juf de kan gebroken heeft?" Dicky: „Ze kocht me om, als ik 't niet zei." Moeder: „Waarmee?" Dicky: „Ze heeft me twee dagen lang niet gewasschen." (London Opinion). De jonge man (bezig den naam van zijn meisje in een bank te snijden): „Ik denk, dat ik er toch maar niet mee door zal gaan." (London Opinion). Schilder: „Op 25.na had ik dit schilderij vandaag verkocht." Vriend: „Hoeveel vraag je er voor?" Schilder: 25.(London Opinion).

Tijdschriftenbank Zeeland

Ons Zeeland / Zeeuwsche editie | 1926 | | pagina 12