iii m IKWEtï UlttT PM..' c ii. y^\ ONS ZEELAND 7 te Hulst bestaande vereeniging, teneinde te komen tot centralisatie en gezamenlijke veiling. Dit is zeker een stap in de goede richting. Wie weet, of we in de naaste toekomst hier in de bodemcultuur niet een groote verandering zien plaats grijpen. Ons district is nu een sterk overwegend land bouwgebied, maar het lijkt me niet onmogelijk, dat, evenals dat op Zuid-Beveland is geschied, de tuin bouw al meer den landbouw gaat verdringen. Er is landhonger. Tal van boerenzoons willen een bedrijf gaan beginnen, maar het lukt hun niet. Om een eigen landbouwbedrijf op te zetten, heeft men een flinke oppervlakte aan grond noodig. Maar voor tuinbouw is kleiner gebied noodig. Meer liefhebbers kunnen dus worden geholpen, meerdere arbeidskrach ten vinden werk dan in den landbouw, terwijl de finan- cieele uitkomsten over enkele jaren genomen zeker niet ongunstiger zijn dan in den landbouw. Het komt er nu maar op aan, dat in dezen de leiding krachtig en deskundig is, dat men zich door tegen slagen in 't begin niet laat ontmoedigen en dat de adspirant-tuinders al hun best doen, om spoedig de noodige theoretische en practische kennis op te doen. In Axel bereidt men zich weer op feestviering voor. De Vereeniging tot bevordering van Vreemdelingen verkeer zei toe, medewerking te zullen verleenen bij de viering van het 40-jarig bestaan van de muziek- vereeniging Concordia". Voorts wil zij op Konin ginnedag een kinderfeest organiseeren en daaraan een huisvlijttentoonstelling verbinden. Nu, de kunst van feestvieren verstaat men in Axel wel. Z. V. ....het komt me voor, dat geen land ter wereld zulk een prachtige en vooral zulk een daadwerkelijke propaganda voert voor het stoutste volkenbondsidee: Europa zonder verdeelende inwendige grenzen dan Holland. Bij alles wat de Hollander-in-bosjes nalaat of zich voorneemt te doen, vraagt hij zich af: ,,Hoe dien ik het best de internationale gedachte, hoe speel ik het klaar mijn egoïsme uit te schakelen, hoe kan ik overtuigend bewijzen dat mij het hemd niet nader is dan de rok. Het geheele leven van den bewoner van het lage land aan de zee is gebaseerd op het Rijk Europa, ingesteld op het ziéh altijd herhalende ver langen: alle andere landen in dit werelddeel goed te doen. In dezen tijd, die een streep haalt door de goede voornemens, ontsproten aan den oorlog van 1914, doet iemand die den vrede lief heeft, verheugend aan. Hij staart met afschuw naar de landen in de omgeving die het woord volkenbond en vrede op de lippen doch de buskruit-grenzen in het hart dragen en zijn oog valt welgevallig op Nederland, dat niet moe wordt met de daad voor z'n idealen te strijden ten koste van eigen gewin. Wellicht werpt hij de vraag op. moet het prachtige streven van Nederland niet in breeden kring bekend gemaakt worden; moeten de staten, waar het lands-egoïsme hoogtij viert, niet attent worden gemaakt op het land van klei en zand met water, moe ten er geen lange geschriften op groote schaal ver spreid worden, die de rest van Europa kunnen doen inzien hoe ver Nederland hen voor is en hoe diep zij zich schamen kunnen over hun nalatigheden jegens de algeheele verbroedering. Het komt me voor dat deze vraag bevestigend beant woord dient te worden, en dat er staande de lezing van dit nummer van ,,Ons Zeeland,, een bond van .in ternationale plichtenwijzers" opgericht moet worden, wiens eerste taak zal zijn aan alle Europeesche regee ringen een manifest van ongeveer de navolgenden in houd, te zenden. (Gelieve door te halen wat niet gewenscht is.) Majesteit, Excellentie, mijnheer de President, Kameraden. (Het laatste alleen te gebruiken voor Rust-land.) „Gezien er de laatste jaren veel gesproken is over eeuwigdurende vrede, over oorlog aan den oorlog en over verbroedering der volken: Gezien het schoone doel en overdenkende, dat woor den wekken maar voorbeelden strekken: hebben de „internationale plichtenwijzers", allen woonachtig in Nederland (liggende aan de zee ten Noorden van België en ten Westen van Duitschland) de eer u te wijzen op een kruimpje van het reuze-veel dat dit land reeds van den vrede van Munster af voor de internationale idéé heeft gepresteerd. Wij hopen, •dat het u zal inspireeren tot navolging, dat het u zal doen overhellen naar de internationale liefdadigheid en de ware verbroedering, die de linkerhand niet laat weten wat de rechter doet. Dat Nederland steeds zijn egoïsme kon afschudden en terwille van het doel altijd aan anderen den voor rang wist te geven, dankt het o.m. aan de opvoeding der jeugd gedurende vele geslachten. Hierdoor toch heeft langzamerhand de meening ingang kunnen vin den, dat binnen de grenzen van Nederland alles klein is, daar buiten alles groot. U zult ons toegeven dat een dergelijke meening voor de practijk van de Euro peesche filantropie niet gemist kan worden. Het houdt het verlangen naar de buitenwereld levendig, het doet vreemde talen leeren, het bezorgt de hotelhouders buiten de Nederlandsche grenzen een ware bron van inkomsten. De zorg van het welzijn der niet-Neder- landers eindigt niet bij deze categorie van personen, er zijn voorbeelden te over om dit te bewijzen. Her innert u slechts de duizenden die in het lage land aan de zee de gelegenheid kregen gedurende vele maanden een verkoudheid op te doen op Nederland sche kosten. Het milde Nederlandsche hart heeft in de jaren van Europeesche ellende van groot en klein gesproken, zóó zelfs dat de liefdadigheid het karak- Vervolg op bladz. 10 c'

Tijdschriftenbank Zeeland

Ons Zeeland / Zeeuwsche editie | 1927 | | pagina 7