m\m EN PCEDEb Echte Zeeuwsche Boterbabbelaars J. B. DIESCH' Boschviooltjes. 6 besloten met de verloting van enkele voorwerpen onder de cursisten. Reeds waren in den vooravond op deze wijze een paar prijzen toegekend aan de ongehuwde cursisten. Toen echter het lot zou beslissen wie onder de gehuwde cursisten een prijs zou ontvangen. deed de politie een inval. Op strengen toon stelde zij aan Zuster Jansen eenige vragen, waarna de aanwe zigen gelast werden het kerkgebouw te verlaten, ten einde de „overtreedster" rustig te kunnen ..verhooren". Zuster Jansen weigerde nadrukkelijk met de politie dienaren (er waren er twee) alleen te blijven. Tenslotte kwam het zoo ver, dat Zuster Jansen, als verdacht van een ernstige overtreding der loterijwet, naar de kazerne geleid werd. Tot groots verontwaardiging van gansch Philippine. Waar Zuster Jansen's gering vergrijp natuurlijk ge heel te goeder trouw gebeurde, wordt het optreden der betrokken marechaussée's ten zeerste gelaakt. X Naar wij uit een der Zeeuwsche bladen vernamen, verkondigde onlangs het Vlaamsch-Nationalistisch weekblad „Vlaanderen", dat op het oogenblik door de agenten van het „Comité de politique nationale" gepro beerd wordt, onder „voorspiegeling van allerlei voor deden, economische en andere" (wegenverbetering) ons, Zseuwsch-Vlamingen, te verlokken, zich te doen hcoren als zijnde vóór samensmelting met België. Een annexicnistische actie dus. Daar het Zeeuwsche blad dit bericht echter niet erg vertrouwde, verzocht het aan een zijner correspon- derten, of iemand anders uit Zeeuwsch-Vlaanderen, cm nadere inlichtingen er over. Van uit Sas van Gent werd dit nieuws dan ook geest- driftig-verontwaardigd gelogen straft. Nu heben enkele niet-Zeeuwsch-Vlamingen in mijn nabijheid hun verwondering uitgesproken over het feit, dat slechts één Zesuwsch-Vlaamschs stem is opgestaan tegen de bewering van het weekblad „Vlaanderen". Verder verwijzend naar het annexatiejaar 1919 en onze „zwijgende houding" ten opzichte van het verworpen verdrag, vroegen zij mijhoe komen de Zeeuwsch- Vlamingen de laatste zes, zeven jaren toch zoo stil, zoo in-zich-zelf gekeerd? Ik wil hen hier antwoorden. Ik geloof, dat in het Zeeuwsch-Vlaanderen van heden eerst bij allerhoogste spanning het moment van '19 herboren zou kunnen worden, het moment van .den hartstochtelijk uitgestooten schreeuw: „Zeeuwsch- Vlaanderen: Nederland!" Want men vergete niet, dat tijdens de annexatie beweging de donder der kanonnen ternauwernood had opgehouden en de lucht over Europa toen nog als het ware zwaar geladen hing met nerveusiteit. De geest der oorlogsjaren had den Zesuwsch-Vlaamschen volks aard lang niet onaangetast gelaten: onze oude kalmte was weg. Toen nu in '19 het Belgische annexisme begeerig de handen uitstrekte naar ons, sprongen wij, opeens heftig geprikkeld, als één man recht en kreten: „Blijf af!" 1919 is voorbij. We beleven 1927. We zijn weer ons zelf geworden. Onze „stilte", „ons-in-zich-zelf-gekeerd- ONS ZEELAND zijn", dat is onze herwonnen kalmte. Maar al maken onze kelen niet zoo spoedig gerucht meer, wij blijven wat wij altijd geweest zijn: Nederlanders van het échte, réchte ras. v. d. E. Langs de lange Zeeuwsche dijken waar de boerenwagens gaan, staan ze, nederig-eenvoudig, trekken onweerstaanbaar aan. Eerste warme zonnestralen spelen zacht er over heen, doen de blauwe vlakken schijnen als de mooiste edelsteen. Boschviooltjes, blauwe waarheid, welke ziel verstaat U niet? Talloos zijn de lieve diensten, die gij aan de menschen biedt. Als het zilverwitte maanlicht alles tot een sprookje maakt en bij 'n tweetal jonge menschjes lenteliefde stil ontwaakt, is het blauwe boschbouquetje, dat een bruidscorsage lijkt, 'n zwijgende bekentenis, die op een meisjesmantel prijkt. Kinders van de armste armen héél van ginder uit de stad, hebben aan die blauwe bundels gratis verkoopwaar gehad. Met den klerk naar zijn bureaustoel, meisje naar haar atelier, onderwijzer naar zijn klasse, gaat zoo'n dijkjuweeltje mee. Op de tafel naast het ziekbed staat de eerste lentegroet, die een licht'loos menschenleven hevig weer verlangen doet. Voor hen, wie het zwakke leven nimmer meer een lente brengt is dat geurend-blauwe tuiltje iets dat Hoop op Leven schenkt. WILLEM TELL II. MET GOUD BEKROOND Alleen echt met het merk J. D. CHOCOLATERIE „IN DEN ZOETEN INVAL" LANGE BURG C 110 MIDDELBURG Bestellingen boven f 2.50 franco Heeren Winkeliers vraagt prijsopgave en monsters

Tijdschriftenbank Zeeland

Ons Zeeland / Zeeuwsche editie | 1927 | | pagina 6