Echte Zeeuwsche Boterbabbelaars
J. B. DIESCH'
Heeren Winkeliers vraagt prijsopgave en monsters
10
ONS ZEELAND
zijn instrument de weemoedige wijsjes ontlokt van
liefde en dood.
De geschiedenis van deze stad? In Veere, waar elke
steen zijn eigen geschiedenis schijnt te hebben, komt
men er als vanzelf toe, naar haar te vragen. En inder
daad heeft deze stad een geschiedenis als weinige
andere in deze landen, een historie van roem en rijk
dom, van eer en luister. Reeds in de dertiende eeuw
verhief zich hier het groote en sterke kasteel Magdalon,
waarop Floris V, ,,der keerlen vorst", in 1290 waar
schijnlijk eenigen tijd residentie heeft gehouden. In het
midden der veertiende eeuw, toen van menige groote
stad van tegenwoordig nog geen schijn of schaduw te
bekennen was, kreeg Veere zijn stederechten en werd
dientengevolge omgeven van muren en wallen. Willem
van Beieren schonk haar in 1349 tolvrijheid door Hol
land en Zeeland, wat haar met de grootste steden gelijk
stelde. Gedurende de veertiende en vijftiende eeuw
nam de stad van jaar tot jaar in rijkdom en aanzien
toe, wat zij niet het minst te danken had aan haar
ambachtsheeren, de heeren van Borssele, die, op het
nabijgelegen kasteel Sanderburg zetelende, door hun
uitgebreide relaties met vele vorstelijke hoven van
Europa, menig belangrijk voordeel voor hun geliefdste
bezitting wisten te verwerven. Het voornaamste dezer
privileges was wel het Schotsche stapelrecht, het mono
polie van den linnenhandel op Schotland, door Veere
omstreeks het midden der vijftiende eeuw verkregen.
Het Schotsche Huis en het Lammetje, de merkwaardige
huizen aan de Kade te Veere, herinneren nog aan deze
periode van ongeëvenaarden bloei voor het nu van
allen handel en vertier beroofde stadje.
Behalve met Engeland en Schotland dreef Veere,
vcoral omstreeks 1500, een levendigen handel met Bis-
caje in Spanje. Het verval van Brugge doet den bloei
van Veere van jaar tot jaar toenemen; de Hanzesteden
bezochten van de Nederlandsche havens vooral Veere,
waar ze de veiligste reede van Zeeland vonden en
bovendien de krachtigste bescherming van de zijde der
overheid en de meeste voorrechten aantroffen. Niet
zelden vertrokken in dezen tijd op één dag zestig in-
en uitvarende schepen uit de haven van Veere
dezelfde haven waar thans alleen een paar hoogaarzen
geankerd liggen, in afwachting tot het tij gunstig zal
zijn om uit te varen ter vischvngst.
Zoo is Veere in haar bloeitijd, een machtige onder de
machtige Zeeuwsche koopsteden. Teistering van brand
(1510) noch van pest (1518) kunnen haar deeren; de
bevolking is te levenskrachtig, haar handel en nijver
heid zijn te welvarend dan dat tijdelijke tegenslagen
haar bloei zouden kunnen be'emmeren. Omstreeks het
begin der zeventiende eeuw zijn hier de kantoren ge
vestigd van Balthazar de Moucheron, de voornaamste,
de ondernemer dste onder de kooplieden van zijn tijd,
die zijn vloten uitzendt naar alle landen der aarde en
van Veere uit den wereldhandel wil beheerschen, totdat
een bankroet al zijn planden den bodem inslaat. En het
schijnt of Veere lief en leed van zijn energieken burger
moet dealen, want terwijl overal elders in de Republiek
der zeven provinciën de handel toeneemt en het goud
zich opstapelt in de kisten der kooplieden, gaat Veere's
bloei langzaam, maar met ontstellende zekerheid, tanen.
MET GOUD BEKROOND
Alleen echt met het merk J. D.
CHOCOLATERIE „IN DEN ZOETEN INVAL"
LANGE BURG C 110 MIDDELBURG
Bestellingen boven f 2.50 franco
Toch houden zich dn het midden van de zeventiende
eeuw nog een vijftienhonderd man bezig met de zee
vaart. En hoewel in de achttiende eeuw de bevolking
reeds gedaald was tot vierduizend zielen, schonk de
handel nog altijd vrij goede winsten, vooral ook door
het nog steeds van kracht zijnde Schotsche stapelrecht,
waarvan de contracten nog in 1748 werden vernieuwd.
In het voorafgaande jaar was Veere's politieke betee-
kenis weer opnieuw gebleken, toen haar bevolking,
evenals in bet rampjaar 1672, door haar manifestatie
ten gunste van den Oranjevorst het sein gaf tot een
beweging die zich over de geheele republiek uitbreidde.
Wanneer vervolgens het gansche land een tijdperk
van vernedering en verval op elk gebied ingaat is ook
voor Veere het einde van haar welvaren en bloei aan
gebroken. De handel verloopt geheel en al; in 1795
wordt het stapelrecht opgeheven en verlaten de koop
lieden de stad, waar voor hen nu toch geen winsten
meer te behalen zijn. Wanneer de regeeringsvorm ver
andert, trekken ook de aanzienlijke standen weg, en
de overblijvende bevolking vindt in visscherij en land
bouw slechts een karig bestaan. In 1801 wordt Veere
door een hevigen watervloed geteisterd, die de helft
der stad overstroomt. Acht jaar later brengt het bom
bardement der Engelschen haar aanzienlijke schade
toe. Vervolgens wordt zij door de Fransche troepen
bezet, die de groote kerk tot kazerne en militair hos
pitaal inrichten en het monumentale gebouw onher
stelbaar verwoesten. Een zware storm doet in Novem
ber 1836 tal van huizen instorten vele andere had men
reeds zelf afgebroken, uit gebrek aan bewoners.
In het midden der vorige eeuw wordt Veere ons
beschreven als een bouwval. Voor zoover de groote
huizen niet gesloopt zijn, staan ze leeg en verlaten, de
wind heeft er vrij spel door de gebroken ruiten en de
regen stroomt ongehinderd binnen door het dak,
Geheele straten zijn tot bouw- en weiland geworden,
de haven is verzand en biedt nauwelijks ligplaats voor
een paar ondiepe visscherspinken. Nauwelijks wonen
bier negenhonderd menschen, waarvan de meesten, de
allerlaagste standen misschien uitgezonderd, dan nog
van elders afkomstig zijn.
Sindsdien is er in Veere veel veranderd, maar waar
schijnlijk nog meer gebleven. De bevolking is slechts
met enkele honderden toegenomen, en nieuwe huizen
zijn er niet veel bijgebouwd. Enkele pogingen om het
stadje weer te doen opleven uit zijn verval, hebben
Vervolg op bladz. 12