ONS ZEELAND 5 ZEEUWSCHE ARCHIVARIA door ANDRE WESSELS DOUW. Cats. De Catten, die oorspronkelijk aan beide zijden van den Rijn woonden, waar men heden nog het Graafschap Catzenellebogen heeft, hebben ook op onze Zeeuwsche eilanden hun woonplaatsen uitge kozen. Tacitus zegt daarvan in zijn Lib de Morib. Germ., dat het een volk was met harde lichamen, vaste ledematen, wreed van aangezicht en hoog van moed, rijk van rede en vernuft. Een deel van dit volk heeft zich neergezet aan de monden van den Rijn en de Maas en de Schelde, Van daar de naam Catrijk. Vooral in Zeeland zijn de katten diep ingedrongen tot in Noord- en Zuid-Beveland. Zij vestigden en bouwden zich de stad Cats op Noord- en het dorp Cattendijke op Zuid-Beveland, 't welk ons duidelijk doet zien, dat deze Catten, ook in ons gewest van ouds gewoond hebben. Middelburg. Onder de Groote die ook Goede of Grafelijke steden genoemd werden, was van het Zeeuwsche Viertal (Goes, Zierikzee, Reimerswaal en Middelburg) de laatste wel de voornaamste. Zelandus, nadat hij het eiland Zeeland gesticht had, deed midden in een hechten Burcht verrijzen, die hij naar zijn Vader Metellus noemde. Om deze Burcht werden talrijke huizen gebouwd, welke een „heerlijke stede" vormde, die Metellusburch, daarna Mittelburch genoemd werd en thans haar be kenden naam draagt. St. Maartensdijk. In het eiland Tholen was ook een „smalle" stad gelegen. Als men zoo den naam dier plaats oppervlakkig beziet, dan denkt men dade lijk aan een Heilige. De naamsoorsprong staat dan ook met St. Maerten in verband. Door den Edelman Franck van Borzellen is op een dijk een Oude-mannen huis gesticht Ka poenhuis genoemd In dit huis moesten, volgens het stichtingsbesluit, zes paar oude mannen, een kape laan en een jonge maagd onderhouden worden. Paus Hixtus IV vaardigde een bul uit, die voor twee jaar aflaat gold, aan elk, die op St. Maartens-avond aan dit huis iets offerde. Vooral voor de Hervorming werkte deze bul reusachtig, want als de Kapelaan den anderen morgen een kijkje nam op den dijk, die aan het Huis behoorde, krioelde het van Lammeren, Big gen, Ganzen, Hoenderen enz., alles ter eere van St. Maarten. Naar aanleiding van deze, telkens terug- keerende offerande, ontstond den naam van de plaats „St. Maartensdijk". Zierikzee. Deze, aan Historie rijke plaats, is in 849 gesticht door een zekeren Heer, van onbekend land en geslacht Zieric geheeten. Dit wordt echter zeer be streden. Hieromtrent zijn zeer tegenstrijdige meeningen. Som mige meenen, dat zij in verband staan met de Bis schoppen Johannes van Zirxe en Fredericus van Zirxe (1288—1317). Maar dit staat vast, dat Zierikzee onder Zieric een stad begon te worden en de verzameling gehuchten en huizen, in 849, met een muur en vesten zijn ver sterkt en bevrijd geworden. Veere. Veere heeft zijn naam te danken aan Cam- pen, een voorname plaats op Noord-Beveland, 't welk in 1530 met de algemeene verzinking ten onder ging. Er was een veer, dat de verbinding met Walcheren onderhield en daarom Campveer genoemd werd. In 1332 was het reeds een voorname plaats. In 1358 werd het een stede met Poorten, en Torens. Nadat Vliete ook ten onderging, werd het de voornaamste visschers- haven van Zeeland. Later liet men het eerste deel van den naam Campveere weg waardoor de stad gewoon Veere genoemd werd. De Edelman Wolfert van Borselle liet er een hecht Kasteel zetten en omdat dit op zandigen grond werd ópgetrokken, heette dit „Zandenburcht". De naam Zanddijk, een vóórdorp van de stad Veere, staat hier mede in verband. Het zegevierende Goessche elftal voor de „Ons Zeeland"-lens, „Zeelandia" uit Middelburg werd Zondag j.l, door Goes I met 31 geklopt.

Tijdschriftenbank Zeeland

Ons Zeeland / Zeeuwsche editie | 1927 | | pagina 5