Wegeling's Nieuwsblad Luxe=Carrosserieën Autobus=Carrosseriën Bestel-Carrosserieën Bureaux te Vlissingen en Middelburg Uiterst billijken prijsf - Zeer vlugge levering Zeeuwsch - Vlaamsche Carrosseriefabriek R. J. de Kraker - Axel Zevla 1 en Zevla 2 BESTELCARROSSERIEËN als regel uit voorraad Het gestadig groeien van het aantal abonné's op komt in de eerste plaats den adverteerders ten goede. Oplaag 9000 exemplaren Vraagt onze lage regelprijzen ONS ZEELAND 19 van de huizen kwam van achter de gesloten jaloezieën hier en daar nog een lichtspleet. Het heele villa kwartier lag als een groote, slapende tuin aan den voet van den Slotberg. De mannen, die in alle stilte de wacht rondom het huis van Einar Blomdal betrokken hadden, keken zwij gend en in spanning den weg af. Maar er gebeurde niets. In de kamer waar de brandkast stond, zat Einar Blomdal met de zes puikste rechercheurs van de Noor- sche hoofdstad en praatte fluisterend met hen. Af en toe keek hij naar de klok het had al middernacht ge slagen. Niets verdachts was er te bespeuren geweest. Een zenuwachtige spanning had zich van de wachten de mannen meester gemaakt een koortsachtige op winding, die van minuut tot minuut toenam. Door de kamer, door de hersens van de mannen, door de heele zwoel-gespannen atmosfeer trilde on uitgesproken, maar toch bijna tastbaar een naam en die naam luidde Marc Michel. Kwart over twaalven. De kwartierslag van den toren van de Frelserkerk klinkt angstaanjagend door den nacht. Het volgende oogenblik sprongen ze alle zeven op: het electrische licht ging opeens uit Waar is de telefoon, meneer Blomdal?, schreeuw de de inspecteur. Ik moet direct telefoneeren Blomdal leidde den inspecteur aan de hand naar een hoek van de kamer, waarop een tafeltje de tele foon stond. De inspecteur belde den prefect op U spreekt met inspecteur Mikkelsen. Wat is er aan de hand, inspecteur In de villa St. Olafsgade no. 21 is zooeven het licht uitgegaan. Dat is al het derde bericht, dat ik krijg. Het heele Slotparkkwartier schijnt buiten stroom te zijn. Vermoedelijk storing in het onderstation. Treft ook ongelukkig Wat moeten we doen Blijven. Ik kom bij u. Laat kaarsen aansteken Eenige minuten later kwam een auto aan razen en stopte bij de villa. De prefect stapte uit. Een van de agenten salueerde. Het licht is uitgegaan, mijnheer. Weet ik al, klonk het kortaf. Is er een nood verlichting Er zijn overal kaarsen aangestoken. Heeft iemand een poging gedaan om het huis te betreden Niemand. Ik dank je. De agenten wierpen de beide helften van de voor deur open de prefect trad het schemerige huis binnen. In de kamer waar de brandkast stond flakkerden twee kaarsen, die de ruimte in het halfdonker lieten. De prefect trad binnen. Goddank zuchtte Einar Blomdal verlicht. Wat nieuws vroeg de binnentredende kort, Neen, Absoluut niets Absoluut niets, mijnheer. Heeft niemand een poging gedaan om de brand kast te naderen Niemand Dus u bent overtuigd, dat de diamant nog op zijn oude plaats ligt Zonder eenigen twijfel. Goed. Maakt u de kast dan open. Einar Blomdal haalde zijn sleutelring uit de zak, draaide de handvatten van de kast om en sloot open. De prefect kwam naderbij. Zijn blik viel op een zwart étui, dat in de kast stond. Daar zit dus de beroemde „Paladijn" in zei hij, terwijl hij zijn hand naar het étui uitstrekte.... Op hetzelfde moment schrilde de telefoon door de kamer. Allen vlogen ze, als door een redeloozen schrik bevangen, op. Blomdal nam de hoorn van het toestel. Terwijl hij het deed klonken de daverende klokslagen van de Frelserkerk weer half een. -Wel wat is er vroeg de prefect aan den heer des huizes. Blomdal haalde de schouders op Er komt niemand aan het toestel De prefect drukte op den knop van het étui het deksel sprong open. Acht gezichten bogen zich in spanning over het luxueuze juweelenkistje en uit acht kelen klonk een onderdrukte kreet het étui was leeg De prefect keek grimmig de rij der mannen langs, die bleek en bevend voor hem stonden. Hoe verklaart u dat, meneer Blomdal vroeg hij met trillende stem. (Wordt vervolgd).

Tijdschriftenbank Zeeland

Ons Zeeland / Zeeuwsche editie | 1927 | | pagina 19