GROOT-ROTTERDAM
1053
vmm,
Sen a;mliK kijkj«* »»p «ft: ttmmliiij* van li«*l ZiiidlH'VclaiKls* li kanaal. I»e provinciale stoniiilmot naar Walsoorden sloom! juist li<>( kanaal uil
iK'jLXN tlANtCi
HEKMAN!)
Kijk ii- op <|i Mavni l< Walsooi
z< k«-i nadert uien ln-l wi;il< <*n zie, «laai, in lu i w.iml,
hangen ti«*ï* een paar lichamen, mei lonwi-ii vastge
honden aan de overblijfselen van tl«*n mast, niet dunne
«baden vastgehouden aan hef leven Maai hel schip
i ni<-1 na«l« u it. Woest, als in «n heksenketel
de }*f>lv«-n toudoiu lu i si hip Wal nti 'IVmp
paan 4/
Dal n'toil
I.en van In l dappeie athflai bindt /it I» nu Itniw
om hel 111fT één sprong «ai lii| vei«Iwijtil ut «Ie golven
Zwemmende /al hij pmbeeren hel a hip Ie bereiken,
om zoodoende een verbinding mei hel wiak tol stand
brengenn-en «lei andeien spieekt één wool tl
ieder wee.! zijn plnhl. Maai «Ie /wemmei hipil ovm
lenzenkrachl Ie Imm hikken, hij ht-teikl Inl s« hip, de
verbinding is tol stand g« bracht.
laictor el I".mei go".
,,lk worstel en onIzwem".
W< derofll is «Ie spreuk in «ui /eeiiw»< i»«- wapen
bewaarheid geworden. Maar helaas, «Ir hooi kan in 1
wrak onmogelijk hei eiken. Maai één levende is nog
op het .schip, «a u vrouw, vastgebonden aan hm i
pen; <1« amh-ren zijn reeijs gr-sim ven
Maai wal nood VJug wordt /ij hc-.gciiiaak Iin «l«
armen g« nomen, vastgebonden >i nn-l /ijn l.r-,1 slot!
de ledder /.i« h in d«- kokende golv-n M« I /ijn .'lij»
IK' stuurman had zijn laalslen lochl gedaan hij
viel np hel veld, dal zoolang zijn arbeidsveld was
geweesl Deen luoiiiiiiieiil zal zijn graf sieren, geen
naam in de geschiedenis vernield worden, alleen de
herinnering „llij sliert op zee, oin een mede-
iiiensrh Ie redden", blijft. Ja, zulk een lof heeft
reeds menigeen aan onze kust getroffen, dat is
een deel van ons volksbestaan, leder ongetiblik
kan den een ol ander hetzelfde lol Irellen en de
kleine houten kruisjes op liet kelkhof vertellen in
weinig woorden d<* geschiedenis van den liehlen-
sliipl oti/ei /eeuwen.
Ilr r.liiiiilwr^' tliiiiIm I vrt'i I»- WttlitnitMkll l.inka af«hm«iIisttit «Iri VI I iiiiinvrj- Mij.
hand doorklieft hij de golven en kont! eindelijk hij
de bont, waar bereidwillige handen eerst de geredde
en daarna den redder binnen boord halen.
Maar op hetzelfde oogenhlik neemt de hoot een
zwaai. De grijze stuurman valt, slaat over boord en
verdwijnt in de diepte. ICen kroel van ontzet ling
gaat op, maar de kalmte en vasllreradenheid verlaat
deze mannen niet. Hier is niets meer te doen, hier
kan niemand meer helpen....
Stil wordt de lerngtochl aanvaard, maar de
plicht wordt niet vergelen. Na een strijd van een T>
uren is men weei aan hel strand. De strijd is beloond,
maar ten koste van een leven