2
De rijksweg HansweertWemeldinge langs het kanaal, wordt
verhard. Een kijkje op het werk.
de heer Brandsma. Het ambtsgebed is een belijdenis
en een bede, zei spr. De linkerzijde verklaarde zich
unaniem tegen invoering. Hun woordvoerder o. a. was
de heer Jac. Welleman, die het voorstel op vrijzinnig-
godsdienstige gronden bestreed. Een ambtsgebed wordt
spoedig een sleur, en doet dikwijls denken aan schijn
godsdienst, zei spr. En het laatste is een onmetelijk
kwaad. Nadat nog verschillende andere sprekers het
voor en tegen hadden laten hooren, werd het voorstel
aangenomen. De Christelijk-Historischen verlieten de
zaal en onthielden zich dus van stemming. In de
„Zeeuw" hebben deze leden over hun houding nog al
een en ander moeten hooren. Blijkens de woorden van
den heer v. d. Wart onthield de Chr.-Hist. fractie zich
van stemming, omdat van links veel tegenstand tegen
het gebed naar voren kwam. Een goed politicus zal
natuurlijk over zoo'n idealistische houding als hier aan
den dag werd gelegd, de schouders ophalen. Als
mensch kan men het gedrag der Chr.-Hist. waarlijk
wel waardeeren. Het valt den laatsten tijd ook in
Zeeland vrij dikwijls op, dat de Christelijk-Historische
partij van geven en nemen weet en het eigen inzicht
niet steeds botweg wil doorvoeren.
VERSCHILLENDE ZAKEN.
In dit bestek is het natuurlijk niet mogelijk alle
voorstellen van Ged. Staten en de wijze waarop de
Provinciale Staten daarop reageerden, te signaleeren.
We moeten ons dus beperken tot de voornaamste be
slissingen.
In Zeeuwsch-Vlaanderen zal men met genoegen ken
nis genomen hebben van het besluit om voor den stoom-
bootdienst HansweertWalzoorden op Zondag een
derden dienst in te leggen. 1 Februari a.s. reeds zal
dit geschieden. Ged. Staten deelden verder nog mede,
dat zij met ingang van den zomerdienst de tarieven
van vrachtgoederen enz. hopen te herzien en dat ook
aandacht geschonken zal worden aan de klachten be
treffende het gebrek aan laadruimte. Men ziet aan
de voornaamste grieven uit Zeeuwsch-Vlaanderen
wordt tegemoet gekomen, waaruit men zou mogen af
leiden dat het ook in onze provincie geen kwaad kan
om van tijd tot tijd eens een luid protest tegen minder
goede toestanden te doen opgaan.
Het eenige vrouwelijke staten-lid, mevr. Bergsma,
hield een warm pleidooi voor het handhaven in hare
betrekking van de gehuwde ambtenares. Een voorstel
in dezen geest vermocht evenwel niet de goedkeuring
der staten-leden weg tedragen.
ONS ZEELAND
De sproeiwagen zorgt voor flinke bevochtiging van het wegdek,
de stoomwals voor de verharding.
DE ELECTRIFICATIE.
Over deze kwestie, die in Zeeland reeds zoo lang
de gemoederen in beweging brengt, is ook in de jong
ste staten-zitting weer heel wat te doen geweest. Over
Zeeuwsch-Vlaanderen en over de Noordgroep, (welke
laatste thans voor een groot deel van stroom voorzien
zal worden), was men vrij kort, doch een langdurig
debat ontstond over de Bevelanden en Walcheren. En
wel in hoofdzaak naar aanleiding van het nieuwe plan
van Ged. Staten om het platteland van Walcheren en
de middengroep te electrificeeren met behulp van een
nieuw te bouwen centrale. Van deze laatste wijziging
in het electrische programma heeft men over het al
gemeen zeer vreemd opgekeken, want men begreep
niet goed waarom plots het plan inzake electriciteits-
voorziening uit Noord-Brabant of het contract met de
Vlissingsche centrale niet meer deugden. Men ver
baast zich niet zoo heel vlug meer over wijzigingen in
de electrificatie-voorstellen, doch dit deed toch even
de deur dicht.
Verschillende staten-leden hebben zich zeer terecht
scherp over de taktiek der P.Z.E.M. uitgelaten en sterk
op een spoedige oplossing voor de middengroep aan
gedrongen.
Het is waarlijk schandelijk om dit deel van Zee
land, dat naar electriciteit hunkert, (verschillende in
stellingen en particulieren wekken electriciteit zelf
reeds op), jaren en jaren aan het lijntje te houden.
Men kent onze meening daarover trouwens iedere
keer als er van de electrificatie sprake is, valt het
moeilijk, daarover zich niet scherp uit te laten.
We willen daar thans evenwel niet toe overgaan. En
wel omdat men ons van officieele zijde het navolgende
meldde
„Er bestaat thans alle uitzicht, dat aan het verlangen
naar electriciteit spoedig zal kunnen worden voldaan.
De plannen voor de definitieve voorziening van de Be
velanden en het platteland van Walcheren zijn thans
in zoover gevorderden staat van voorbereiding, dat,
indien geen onverwachte tegenslagen komen, de be
slissing der Staten zal worden gevraagd in hunne eer
ste gewone vergadering van 1928, welke overeenkom
stig de bepalingen van de gewijzigde provinciale wet
kan worden gehouden in de tweede helft van April
1928, misschien zelfs reeds in eene vóór dien tijd bijeen
te roepen buitengewone vergadering."
Deze mededeeling geeft weer eenige hoop. Van hoo-
ger hand gaat men blijkbaar nu zelf ook inzien, dat
uitstel in geen geval meer door den beugel kan.